In 2016 stond een groep nonnen in de rij om hun Geshe Ma, of doctoraatsdiploma in de boeddhistische filosofie, uit handen van de Dalai Lama te ontvangen. De Geshe vertegenwoordigt het hoogste leerniveau binnen het Tibetaans boeddhisme. Gedurende meer dan 2000 jaar kregen alleen mannen toestemming om naar dit onderwijsniveau te streven.
Maar een paar jaar geleden, als gevolg van het Tibetan Nuns Project dat Tibetaanse boeddhistische nonnen die in India wonen ondersteunt en met de steun van de Dalai Lama, werd het vrouwen toegestaan om de heilige boeddhistische teksten te bestuderen. In 2016 werd van de eerste lichting nonnen het examen afgenomen, verdedigde zij hun stellingen en promoveerden op een ceremonie in Mungod, Karnataka, India.
In de door Malati Rao geregisseerde documentaire The Geshe Ma is Born wordt de gebeurtenis in 2016 belicht, waarvan de rimpelingen verder reiken dan de Tibetaanse boeddhistische gemeenschap. De doctoraten geven de nonnen de bevoegdheid om “de vaardigheden te verwerven die ze nodig hebben om hun eigen instellingen te leiden en modellen te creëren voor toekomstig succes en uitbreiding” en stellen hen in staat om “op een kritiek moment in de geschiedenis van onze natie een eigenzinnige leraar te zijn en leiderschapsrol op zich te nemen”, vertelde Rinchen Khando Choegyal, oprichter en directeur van het Tibetaanse nonnenproject, op de website van Lion’s Roar in 2016.
De reis van de nonnen, die op verzet en vooroordelen stuiten als ze proberen dieper en hoger te gaan, is ook het verhaal van vrouwen overal ter wereld die proberen uit hun aangewezen rollen te breken en gelijkheid en eerlijk gedrag te eisen. Het stille radicalisme van de nonnen en de aanpassing van de religieuze orde aan hun eisen vormen de kern van The Geshe Ma is Born, dat wordt vertoond op het Mumbai International Film Festival dat tussen 28 januari en 3 februari wordt gehouden.
Activisme, dat meestal wordt geassocieerd met “rally’s en slogans en piketomheiningen”, speelde zich op een andere manier af binnen de Tibetaanse boeddhisten. Hun geleidelijke maar volgehouden pushback wordt weerspiegeld door de contemplatieve en kalme toon van de documentaire. De film bouwt op tot het grote moment van de diploma-uitreiking en pikt onderweg details op van het leven van de nonnen, de achtergrondverhalen van hun gevaarlijke reizen van Tibet naar India en hun gedachten over de Boeddha en zijn leer.
De centrale figuur in de documentaire is Namdol Phuntsok, net als verschillende anderen in het Mungod klooster, kwam Phuntsok vele jaren geleden vanuit Tibet naar India. Phuntsok lijkt voor velen te spreken als ze zegt dat ze als kind “verlangde naar de leer van Boeddha”, maar zich ervan bewust was dat “we als nonnen geen toestemming hebben (om die te ervaren)”. Rao spotte Namdol tijdens het debat dat plaatsvindt voordat de Geshe-graden worden uitgedeeld. Tijdens deze sessies verdedigen nonnen, monniken en abten hun theologische kennis publiekelijk.
Zoals de persoonlijkheid van Namdol in de documentaire naar voren komt en zich verder ontwikkelt, zo komen ook de kwesties rond de plaats van de vrouw in de religie aan bod. Namdol spreekt over de vrijheid die ze ervaart als ze zich eindelijk losmaakt van haar familie. Hoe maakt een religieuze orde, die intrinsiek conservatief is en het individu ondergeschikt maakt, ruimte voor de aspiraties van de vrouw, vooral als ze gekleineerd wordt door basisteksten en weggehouden wordt van de besluitvorming?
Een van de belangrijkste interviews in de documentaire is die met de Dalai Lama, die de redenering achter oude teksten die de rol van de vrouw verbieden, probeert uit te leggen.
De samenwerking met het Tibetan Nuns Project heeft Rao’s toegang tot de nonnen vergemakkelijkt, maar het was niet zo dat ze overal en zowat alles konden filmen. Er waren momenten dat de oudere nonnen de aanwezigheid van een filmploeg in een plaats van aanbidding en contemplatie verafschuwden.
bolletje zegt
Dat nonnen niet mochten doordringen tot de hoogste regionen van de leer, vind ik tamelijk…achterlijk.
Dit zijn geen harde woorden en is ook niet lasterlijk. Het idee dat vrouwen ‘dommer’ zijn en ‘minder’ dan mannen, is totaal, algeheel, compleet achterlijk en hoort thuis in de tijden dat mensen met stenen bijlen takken bewerkten etc.Als boeddhisme ingang wil krijgen in de westerse wereld, dan moet men dit belachelijke seksisme achter zich laten. Want het Westen is ( in theorie ) hier niet van gediend.
Het is ook een belediging naar de Boeddha toe. Hij onderwees immers iedereen. Dat je man bent, of dat je rijk bent, is geen garantie. Zo makkelijk kom je er niet vanaf. Dat je man bent, geeft je geen voorrang. Of je nou man, vrouw, rijk, arm, homo of hetero bent. Je zal door het stof moeten gaan, voor de verlichting. Zo heb ik de boeddha geinterpreteerd.
Patriarchale onzin, hoort niet thuis in het boeddhisme. Vind ik dan hé. Als mensen graag hun patriarchale sekte willen opzetten, het is aan hen.