• Door naar de hoofd inhoud
  • Skip to secondary menu
  • Spring naar de eerste sidebar
  • Spring naar de voettekst

Boeddhistisch Dagblad

Ontwart en ontwikkelt

Header Rechts

Veertiende jaargang

Zoek op deze site

  • Home
  • Agenda
    • Geef je activiteit door
  • Columns
    • Andre Baets
    • Dharmapelgrim
    • Bertjan Oosterbeek
    • Dick Verstegen
    • Edel Maex
    • Emmaho
    • Goff Smeets
    • Hans van Dam
    • Jana Verboom
    • Joop Hoek
    • Jules Prast
    • Paul de Blot
    • Rob van Boven en Luuk Mur
    • Ronald Hermsen
    • Theo Niessen
    • Xavier Vandeputte
    • Zeshin van der Plas
  • Nieuws
  • Contact
    • Steun het BD
    • Mailinglijst
  • Series
    • Boeddha in de Linie
    • De werkplaats
    • Recepten
    • De Linji Lu
    • De Poortloze Poort
    • Denkers en doeners
    • De Oude Cheng
    • Meester Tja en de Tao van Niet-Weten – alle links
    • Fabels door Goff
    • Cartoons van Ardan
    • Tekeningen Sodis Vita
    • De derwisj en de dwaas
  • Over ons
    • Redactiestatuut van het Boeddhistisch Dagblad
    • Redactieformule van het Boeddhistisch Dagblad
  • Privacy

Home » Boekbespreking » Het wezen van het christendom

Het wezen van het christendom

11 mei 2025 door Erik Hoogcarspel Reageer

Het wezenlijke standpunt van de godsdienst is het praktische, dat wil zeggen het subjectieve. Het doel van de godsdienst is het welzijn, het heil, de zaligheid van de mens, de verhouding van de mens tot God is niets anders dan diens verhouding tot zijn heil: God is het verwerkelijkte zielenheil, of de onbeperkte macht om het heil, de zaligheid van de mens te verwerkelijken. Met name de christelijke godsdienst onderscheidt zich hierin van andere godsdiensten dat geen andere dan hij het heil van de mens heeft benadrukt. Daarom noemt die zich ook niet Godsleer, maar heilsleer. Dat heil is echter niet een wereldlijk, aards geluk en welzijn. Integendeel, de meest diepe, ware christenen hebben gezegd dat aards geluk de mens verwijdert van God, dat daarentegen werelds ongeluk, lijden en ziekte de mens weer tot God voeren en derhalve enkel voor de christenen geschikt zijn (bladzijde 225).

Een revolutionair filosoof

Ludwig Andreas Feuerbach (1804 –1872) was een revolutionair filosoof, die vanwege zijn kritiek op het christendom zijn academische carrière moest beëindigen. Toen hij nog maar 26 jaar oud was verscheen van hem het boek Gedanken über Tod und Unsterblichkeit (Gedachten over dood en onsterfelijkheid). Hierin betoogt hij dat onsterfelijkheid, zoals deze onder andere in het christendom wordt verkondigd, een illusie is. Hij publiceerde het werk anoniem, maar de opschudding die het verwekte was zo groot dat het door de censuur in Duitsland werd verboden. Uiteindelijk werd bekend dat Feuerbach de schrijver was en kon hij aan de universiteit niet worden gehandhaafd. Hij ging echter door met schrijven en in 1841 verscheen zijn hoofdwerk Das Wesen des Christentums (Het wezen van het christendom). Hierin betoogt hij dat de god van de christenen en andere religies niets anders is dan een projectie van een onmogelijk menselijk ideaal, dat wil zeggen van een onbeperkt bewustzijn met onbeperkte mogelijkheden. Religie is volgens hem een zaak van het gevoel en zit vol met tegenstrijdigheden en zelfbedrog.

De reacties bleven niet uit. Met name de opkomende Karl Marx was in het begin enthousiast. Toen Marx ontdekte dat voor Feuerbach religie een zaak was voor het individu en geen politiek middel van de elite om de massa er onder te houden, schreef hij in 1845 zijn bekende “Stellingen over Feuerbach”, die deel uitmaakten van het boek “De Duitse ideologie”. Marx vond dat religie geen zaak van het individu was, maar de “opium van het volk”, dat door de heersende klasse werd toegediend om het volk rustig te houden. Van christelijke zijde kwam er natuurlijk ook heftige kritiek. Niettemin kun je bij het lezen van het hoofdwerk van Feuerbach niet ontkomen aan de actuele strekking van zijn analyses. Hij heeft ongetwijfeld veel invloed uitgeoefend op Friedrich Nietzsche (1844 – 1900) en tegenwoordig ziet men in hem ook een voorloper van de mediatheorie.

Een nieuwe vertaling

Er is kortgeleden een nieuwe vertaling verschenen van “De essentie van het christendom”. Het moet zelfs het eerste deel worden van een serie over vrijdenkers. Het is in elk geval een indrukwekkend begin ervan, een stevige pil van meer dan 300 pagina’s, vol met indrukwekkende analyses. Het boek is verdeeld in twee delen. In het eerste deel beargumenteert Feuerbach dat religie in wezen een vorm is van antropologie en in het tweede toont hij aan dat elke theologische opvatting van religie onjuist is.

Het wezen van de mens is volgens Feuerbach dat hij bewustzijn heeft. Dit wil zeggen dat hij met zichzelf een gesprek kan aangaan. Hij kan zichzelf hierbij bekritiseren en zichzelf in een ander verplaatsen. Daardoor kan de mens een religie ontwikkelen, maar ook wetenschap.

Het wezen van de mens bestaat uit drie aspecten: het vernuft (intellect of redeneervermogen), de wil en het gevoel. Dit zijn de hoogste krachten van de mens en ze vormen het doel van zijn bestaan. De mens leeft om te kennen, lief te hebben en iets te willen (bladzijde 52). Deze drie krachten zijn sterker dan het individu. Het is bijvoorbeeld niet zo dat de mens de liefde heeft, de liefde heeft de mens. Dit is trouwens ook de boeddhistische opvatting ervan. Wanneer iemand in gedachten verzonken is en zichzelf en zijn omgeving vergeet, dan heerst het vernuft over de mens. De drie krachten worden dus niet door de mens bepaald of bestuurd, ze zijn autonoom en ze zijn oneindig omdat ze zichzelf kunnen versterken (bladzijde 55).

Je kunt niet je gevoel ervaren als iets dat beperkt is, iets dat niet verder gaat dan een bepaald gevoel. Elk gevoel is op zich grenzeloos, het wordt alleen maar verdrongen door het verstand of tegengestelde gevoelens. Je kunt ook je gedachten niet denken als iets dat door andere gedachten wordt beperkt, probeer maar eens de grens van het heelal te denken. Bewustzijn is daarom een zichzelf tot stand brengen en zichzelf bevestigen. Het is het zichzelf beminnen en zich over zichzelf verheugen vanwege het gevoel van de eigen volmaaktheid. Dit kan alleen maar het kenmerk zijn van een volmaakt wezen, denk je dan. De objecten van de drie krachten zijn objectiveringen van deze gedachte.

Een gevoel is iets wat je voelt en volgens Feuerbach daarmee een objectivering van het voelen. Het gevoel is vanuit zijn eigen perspectief goed en voelt zijn God als zijn eigen goedheid (bladzijde 59). God is volgens Feuerbach de projectie van het zuivere onbeperkte vrije gevoel. Iets dergelijks geldt ook voor de wil en het vernuft.

Het bewustzijn van God is dus het zelfbewustzijn van de mens, de kennis van God is de zelfkennis van de mens (bladzijde 61). Godsdienst is het eerste en wel indirecte zelfbewustzijn van de mens. Ze gaat daarom vooraf aan de filosofie. De godsdienst is voortgekomen uit een soort kinderlijke kern van de mensheid, waarbij het net als een kind zijn wezen buiten zichzelf ziet.

De illusie van de religie

De mensen die zich hun eigen godsdienst als de enige ware voorstellen en de andere als dwaalwegen, objectiveren een gemeenschappelijke zelfobjectivering. Ze maken er een volgens Feuerbach een absoluut (virtueel) object van, waaraan ze hun eigen objectiveringen ondergeschikt maken. De christen die dus zegt “mijn god is de beste”, stelt zich eerst zijn eigen kern voor als iets dat buiten hem om bestaat en maakt daar vervolgens een ding van dat voor alle andere christenen ook op dezelfde manier bestaat. Het wezen van deze god is echter niets anders dan het wezen van de mens. Het is het wezen van de mens zonder de beperkingen van de individuele, dat wil zeggen echte, lijfelijke mens. Objectiveren wil zeggen dat het beschouwd wordt en fungeert als een ander wezen, dat op zijn eigen houtje bestaat. Alle eigenschappen van het goddelijke wezen zijn daarom eigenschappen van de mens (bladzijde 63).

God krijgt zijn eigenschappen vanuit het perspectief van de individuele gelovigen, want niemand kan iets van de objectivering van een ander ervaren, al denken veel mensen dat dit wel zo is. In die zin is God dus voor elke gelovige volledig bepaald en volledig gegeven en daardoor wordt de individuele mens boven zijn eigen eindigheid of nietigheid uitgetild. De mens komt echter nooit boven zijn wezenlijke zienswijze uit, maar ze bezielt, bepaalt en beheerst hem (bladzijde 68). Wie aan god twijfelt, twijfelt daarom aan zichzelf.

Religie is mensenwerk

Alles wat God is, is hij echter in relatie tot de mens, dat wil zeggen tot zijn gelovigen. Daarom kan alles van de ene dag op de andere veranderen. Wat gisteren nog godsdienst was, is misschien vandaag voorbij en wat vandaag als atheïsme geldt, geldt misschien morgen als godsdienst (bladzijde 80). Omdat God een projectie is van de mens krijgt God de eigenschappen die de mens bij zichzelf mist. Daarom is God het tegengestelde van de mens. Als God echt los van de mens zou bestaan, zou hij zich niet druk maken om de mens. God kan als zodanig alleen maar gedacht worden, hij is abstract. “Het verstand is aldus het ens realissimum, het aller reëelste wezen van de oude onto-theologie. Ten gronde, zegt de onto-theologie, kunnen we ons God niet anders indenken dan wanneer we al het reële dat wij bij onszelf aantreffen, zonder alle beperkingen aan hem toevoegen” (bladzijde 88). Het woord “onto-theologie” is opmerkelijk, want het zal later door de filosoof Heidegger worden geadopteerd. Omdat God een projectie is, is ook de moraliteit en de gelukzaligheid die hij de mens verleent een sigaar uit eigen doos. Je zou in het boeddhisme op dezelfde wijze de goeroedevotie kunnen bekritiseren.

Het narcisme van de religie

God denkt, wil zichzelf en houdt van zichzelf, hij is dus de volmaakte narcist. Het goddelijke bewustzijn is niets anders dan het bewustzijn van het bewustzijn als absolute of goddelijke essentie (bladzijde 113). “Het smeekgebed is het middel, om onder de schijn van deemoed en onderworpenheid de heerschappij en superioriteit over een ander wezen uit te oefenen”, schrijft Feuerbach op bladzijde 121. Daarom is volgens hem in het christendom Jezus het belangrijkste. De zoon is niet afhankelijk van de vader maar omgekeerd, want het christendom kun je alleen via de zoon de vader bereiken. Van die vader merk je nooit iets, hij is als het ware een lege plaats.

Het grootste struikelblok is ook bij Feuerbach de theodicee, de vraag hoe een goede almachtige God de mens aan zo’n aards tranendal kan onderwerpen. Deze vraag verdwijnt zodra je inziet dat God niets anders is dan een projectie van de mens. De theologie wordt zo een antropologie. De eigenschappen van God kunnen dan worden verklaard uit de voorkeuren en neigingen van de mens. Zo kun je ook de obsessie met wonderen in het christendom begrijpen.

Theologie is boerenbedrog

In deel twee legt Feuerbach nog uit dat godsdiensten in wezen een praktisch doel hebben, dat wil zeggen zaligheid en dus psychologische constructies. Elke vorm van theologie is niets anders van een rookgordijn om het ware wezen van de godsdienst voor de gelovige te verbergen. Godsbewijzen zijn daarom altijd tegenstrijdig, omdat God alleen bestaat dankzij een wonder en zelf een wonder is. Ze zijn alleen verzonnen om het atheïsme te bestrijden. Het begrip “God” is op zich al tegenstrijdig, want God is zowel persoonlijk als bovenpersoonlijk, hij heeft een wil maar is toch onbegrijpelijk, hij bemoeit zich met de mens maar is toch ver boven de mens verheven.

Het godsbegrip is trouwens ook in strijd met de drie-eenheid, de sacramenten, het geloof en de liefde van God. Dit bevestigt zijn conclusie dat de inhoud en het object van godsdienst volledig menselijk is en dat het geheim van de theologie de antropologie is (bladzijde 304).

Het boek is door Karel D’huyvetters mooi vertaald. Het is echter stevige kost, maar zal voor velen toch de moeite waard zijn. De visie van Feuerbach doet verrassend actueel aan. Niet alleen Marx is door hem geïnspireerd, maar ik moest bij het lezen vaak onwillekeurig ook denken aan Friedrich Nietzsche en Emile Dürkheim. Tegenwoordig zien sommigen in hem zelfs de eerste filosoof van de media. De keuze van de term “vernuft” als vertaling voor “Vernunft” klinkt echter wel een beetje kunstmatig. Er is ook een passage op bladzijde waar “gemoedelijk” wordt gebruikt als vertaling voor “Gemütlich”, het werd door Feuerbach echter gebruikt in de betekenis van “betrekking hebbend op het gemoed”. Hij omschrijft gemoed als “een droom met open ogen”, waarbij het ik zichzelf tot onderwerp van beschouwing maakt (bladzijde 183). Afgezien van deze kleine onduidelijkheden is de vertaling prima en het boek een aanwinst voor eenieder die kritisch over religie en levensbeschouwing wil nadenken. Het is stevig uitgevoerd zodat het meerdere malen ter hand kan worden genomen.

Op het laatst waarschuwt Feuerbach ons nog eens: “Waar de moraal gegrondvest is op de theologie en het recht op goddelijke instelling, daar kan men de meest immorele, meest rechteloze meest schandelijke zaak rechtvaardigen en beredeneren.”

Ludwig Feuerbach: Het wezen van het christendom, Karel D’huyvetters (vert.), Uitgeverij Damon, Eindhoven 2025, harde kaft, 315 bladzijden.

Categorie: Boekbespreking, godsdienst Tags: antropologie, atheisme, bewustzijn van God, de sacramenten, de wil, doel van bestaan, drie-eenheid, Emile Durkheim, Friedrich Nietzsche, gevoel, godsdienst, het geloof en de liefde van God, het vernuft, illusie van de religie, Karel D’huyvetters, Ludwig Andreas Feuerbach, Marx, narcisme van de religie

Lees ook:

  1. Over Theologie deel 5 – Vader, Zoon en Heilige Geest 
  2. Boeken – dit leven
  3. Boeken – Hier was het wachten op, zo’n tweehonderd jaar
  4. Boeken  – Tijdloze wijsheden voor een beter leven

Elke dag het BD in je mailbox?

Elke dag sturen we je een overzicht van de nieuwste berichten op het Boeddhistisch Dagblad. Gratis.

Wanneer wil je het overzicht ontvangen?

Lees Interacties

Geef een reactie Reactie annuleren

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie gegevens worden verwerkt.

Primaire Sidebar

Door:

Erik Hoogcarspel

Erik Hoogcarspel studeerde filosofie en Indische talen aan de rijksuniversiteiten in Groningen en Leiden. Hij publiceerde ‘Koken met Filosofie’ en een vertaling van de belangrijkste tekst van Nagarjuna ‘Grondregels van de filosofie van het midden’. 
Alle artikelen »

Agenda

  • Agenda
  • Geef je activiteit door

Ochtend- of avondeditie

Ochtend- of avondeditie ontvangen

Abonneer je

Elke dag gratis een overzicht van de berichten op het Boeddhistisch Dagblad in je mailbox.
Inschrijven »

Agenda

  • 10 februari 2025
    Zen Spirit studiegroep 'Het verborgen licht'-vanaf 10 februari 2025
  • 13 mei 2025
    Verdiepingsbijeenkomst Hand in hand met de Boeddha
  • 13 mei 2025
    Dinsdagavond op even weken samen mediteren in Almere Buiten
  • 13 mei 2025
    Oude boeddhistische inzichten voor geslaagde moderne relaties
  • 13 mei 2025
    Oude boeddhistische inzichten voor geslaagde moderne relaties
  • 13 mei 2025
    Oude boeddhistische inzichten voor geslaagde moderne relaties
  • 14 mei 2025
    Alleen maar zitten
  • 14 mei 2025
    Online lezingenserie: Meewerken aan 2000 jaar toekomst van de Theosofia (3)
  • bekijk de agenda
  • De werkplaats

    De werkplaats.

    Boeddhistische kunstenaars

    Artikelen en beschrijvingen van en over het werk van boeddhistische kunstenaars. Lezers/kunstenaars kunnen zich ook aanmelden met hun eigen werk.
    lees meer »

    Pakhuis van Verlangen

    In het Boeddhistisch pakhuis van verlangen blijven sommige teksten nog een tijdje op de leestafel liggen.

    Weet jij wat een anker is? Test jezelf!

    Hans van Dam - 2 mei 2025

    Deel 3 van een 5-delig dwaalgesprek over de mystieke roos.

    ‘Het leven zelf is zazen’

    Wim Schrever - 28 april 2025

    De grote tragedie hier in het Westen is dat we onze eigen spirituele traditie zo snel hebben opgegeven en met het badwater -de religie- ook het kind -de spiritualiteit- hebben weggegooid. Terwijl een mens fundamenteel nood heeft aan spiritualiteit, aan zingeving.

    Geschiedenis als wapen deel 1

    Kees Moerbeek - 20 april 2025

    President Vladimir Poetin zei in 2014: ‘Onze collectieve herinnering bepaalt onze cultuur, onze geschiedenis en onze tegenwoordige tijd. En onze toekomst zal worden gevormd aan de hand van onze historische ervaring.’ Hij is het zelf die actief deze herinnering en ervaringen vorm geeft en propageert. Ivo van de Wijdeven schrijft dat in de Sovjettijd er nog werd gegrapt dat het land een zekere toekomst had, maar een onvoorspelbaar verleden. Onder Poetin is Ruslands geschiedenis als in beton gegoten. Er is maar één historische waarheid en deze is verankerd in de grondwet en de Nationale Veiligheidsstrategie.

    Jaloerse goden te slim af – de geschiedenis de baas…?

    gastauteur - 13 april 2025

    Hongersnood in een hermetisch afgesloten kuststrook die onwillekeurig aan de vernietigingskampen van weleer doet denken, besmet met meer dan een zweem van genocide… Regeert Adolf Hitler over zijn graf heen? Want bestaat Israël niet bij diens gratie? Zou zonder die bittere nazi-erfenis Palestina als land van drie monotheïstische religies niet nog gewoon zo heten? Is de grond er niet vervloekt, juist door godsdiensten die, gevoed vanuit één fictieve bron, vervolgens als protestbeweging steeds in chronologische volgorde aan haar voorgangster ontspruiten, waarmee de kiem voor een eeuwigdurende vete om de absolute waarheid is gelegd? En claimt niet elk van deze broeder- of zusterstromingen dat stuk met hun aller bloed doordrenkte aarde, aanvankelijk voor Abrahams JHWH, vervolgens voor Jezus’ Vader en ten slotte voor Allah – drie godheden die, in verbitterde onderlinge jaloezie verwikkeld, strijden niet alleen om religieuze hegemonie, maar ook om de profane en politieke macht?

    Wat is quiëtisme?

    Hans van Dam - 27 maart 2025

    Over het stillen van de wil.

    Meer onder 'pakhuis van verlangen'

    Footer

    Boeddhistisch Dagblad

    over ons

    Recente berichten

    • Menno – autobiografie van een yogi
    • God als de totaal andere – Karl Barth
    • Het wezen van het christendom
    • Guy – dhammazaadjes – Onwetendheid
    • Burgerinitiatief – ‘minister  van vreemdelingenhaat Faber uit ambt zetten’

    Reageren

    We vinden het geweldig om reacties op berichten te krijgen en op die manier in contact te komen met lezers, maar wat staan we wel en niet toe op de site?

    Over het BD

    Het Boeddhistisch Dagblad is een onafhankelijk journalistiek webmagazine over boeddhistische thema’s en inzichten.
    Lees ons colofon.

    Zie ook

    • Contact
    • Over ons
    • Columns
    • Reageren op de krantensite

    Het Boeddhistisch Dagblad is een onafhankelijk journalistiek webmagazine over boeddhistische thema’s en inzichten. Lees ons colofon.