Het is mijn gewoonte om mijn lezingen zonder voorbereiding direct vanuit het hart te houden. Maar gewoontes zijn er om doorbroken te worden.
Omdat ik min of meer een vakidioot ben leg ik meestal wat ik schrijf aan enkele van mijn leerlingen voor die er dan het nodige aan bijschaven. Dus deze lezing is van het drieman/vrouwschap Seppo, Jisho en Zeshin.
De kern van het onderricht dat hier gegeven wordt, is de overtuiging dat u, ik, iedereen het boeddhaschap in zich draagt. Dat zeg ik nu maar direct omdat dit de essentie van mijn lezing is.
Als je besluit het spirituele pad in te slaan, dan is je taak je boeddhaschap te claimen, om vervolgens een leven als een boeddha te leiden. Dit is geen gemakkelijke opgave, omdat de meeste van ons er niet van overtuigd zijn dat het boeddhaschap voor hen is weggelegd.
Ze denken het niet te zijn, maar anderen wel, hun buurman of die vergevorderde leerlingen. Daarmee zet je jezelf in een uitzonderingspositie- Jij niet, anderen wel. Dat is arrogant, denk je dat je anders bent dan een ander?
De andere kant is, diegenen die wel denken een boeddha te zijn. Ze zijn als dieven die hun diefstal ontkennen terwijl ze de gestolen goederen nog in hun handen hebben. Ze claimen een uitzonderingspositie voor zichzelf door zich een boeddha te noemen. ‘Zij hebben het boeddhaschap verworven en anderen niet.’
Wat is boeddhaschap?
Boeddhaschap is een ontmoeting met een ‘alles omvattende tijdloze oneindigheid’.
Alles wat zich buiten het ‘alles omvattende’ bevindt heeft geen bestaansrecht omdat zich niets buiten het ‘alles omvattende’ kan bevinden. Zelfs ‘niets’ kan zich niet buiten het alles omvattende bevinden. Alles (wat er binnen valt) heeft dus wel bestaansrecht. Dat was voor mij de reden om het boeddhisme te omarmen.
Als je daar een ontmoeting mee hebt hoe zou je jezelf dan een boeddha kunnen noemen?
Boeddhaschap bestaat uit ‘een boeddha zijn’.
Het idee dat mensen van hun leven hebben is gebaseerd op het concept ‘ik’. En met dat IK scheiden ze zichzelf af van de rest van de wereld, een wereld waar ze midden in staan. Ze grijpen dit concept IK vast als was dit het meest dierbare in de wereld.
Hun pijn is erger dan die van elk ander wezen. Ze achten zich meer bijzonder dan elk ander wezen. Maar is dat ook zo, is hun pijn erger dan van elk ander wezen, zijn ze zo uitzonderlijk?
Stel, een vrouw is zwanger, dat is voor een man wat moeilijker voor te stellen. Die vrouw voelt zich normaliter erg gelukkig en haar situatie is op z’n minst bijzonder. Ze komt een andere zwangere vrouw tegen die in haar ogen onnozel is en ook zwanger is. Dat kan niet, zo iets bijzonders, dat mens kan nog niet tot tien tellen. Hoe kan zo iets bijzonders ook zo’n onnozel wicht overkomen. Voor Seppo is dit heel herkenbaar, na het overlijden van zijn zoon Junior dacht hij vele malen; waarom worden vrouwen ongewenst zwanger en raken wij (ongewenst) ons kindje kwijt? Hoe oneerlijk zit de wereld in elkaar.
Hoe verschillend zijn we van elkaar? Ik ben in 1948 geboren en laten we zeggen dat ik in 2025 kom te overlijden, dan word ik zevenenzeventig jaar- dat is een mooie leeftijd, ik teken er voor. Maar iemand anders hier is in 1980 geboren en die overlijdt in 2057. Die wordt ook zevenenzeventig, daarin is niet zo veel verschil. Wij hebben doorsnee genomen allemaal ongeveer de zelfde tijdseenheid ter beschikking, het leven is beperkt, afgebakend, en verdwijnt als sneeuw voor de zon.
Pas als je ouder word komt alles weer boven, en alles is voorbij voor je het weet. Op een gegeven moment werkt je lichaam niet meer mee en is grensverleggende meditatie niet goed meer vol te houden. Zelfs de Boeddha was op het eind van zijn leven niet meer instaat te mediteren.
Dit leven is kostbaar, het leven geeft je de kans om een antwoord te krijgen en je te vereenzelvigen met wie je in werkelijkheid bent. De vraag wie je in werkelijkheid bent drijft ons voort. Daar is je groei van baby tot bejaarde voor bedoeld.
Een spiritueel pad volgen is daar een antwoord op te vinden, hoe kan ik werkelijk mijn boeddhaschap claimen, claimen wie je werkelijk bent.
Als je op onderzoek naar je zelf gaat zul je zaken moeten doorbreken die je als reëel ziet, dingen die werkelijk voor je zijn. Je komt zaken tegen zoals: Wat ik doe dat is mijn identiteit, dat is mijn werkelijkheid en wordt bevestigd door mijn omgeving. Je doet goede dingen, je slaagt in het leven, je bekleedt een waardige positie, dan voel je je goed Maar als je moet sappelen om de eindjes aan elkaar te knopen en niets lijkt te lukken, geen baan, alleen maar ruzie thuis, dan word je neerslachtig.
En als je ouder wordt, dan kun je niet zo veel meer. Ik ervaar dat aan den lijve. Dan zeg je: maar kijk eens wat ik gedaan heb in mijn leven, kijk eens naar mijn kinderen die ik gevormd heb, ik heb mijn leven wel besteed.
Kijk eens naar mijn leerlingen, ik heb veel goeds in mijn leven gedaan. Nog mooier is: Ik ben wat anderen van mij zeggen, lees de retenties in de nieuwsbladen maar, Luister eens wat mensen zeggen welke wijsheden ik verkondig. Dat is vele malen krachtiger dan dat ik dat over mij zelf zeg, dat maakt pas indruk.
Maar als er een negatief stuk in de krant komt, en je wordt afgeschilderd als een hebzuchtige seksbeluste sekteleider? Dat hakt er behoorlijk in, de mening van anderen is overheersend. Als ze goed over je spreken dan kun je minzaam rondlopen, maar als je over de hekel gehaald word, als je gediscrimineerd wordt, dan zou je van schaamte in de grond willen zakken; het raakt je tot in het diepst van je hart.
Een simpel voorbeeld is als iemand zegt dat je niet goed bij je hoofd bent- dat kan dan je hele dag verpesten. We benoemen ons zelf met: Ik beschik over. Ik beschik over een goed leven, een goede baan, een goede opleiding, ik heb een goede gezondheid, goede vrienden. Maar zodra je gezondheid het af laat weten, en je vrienden niet meer langs komen, en je je baan verliest dan raak je depressief. Misschien ga je dan wel iets spiritueels doen om van die depressie af te komen. Spiritualiteit gaat per slot over het mooie, het positieve, genieten, goedvoelen, de hemel en al je energie gaat zitten, in:
‘Ik ben wat ik heb, ik ben wat ik doe, ik ben wat ik weet, ik ben wat anderen over mij zeggen.’
Als je van mening bent dat een spirituele training dat oplevert, het najagen van: Ik ben wat ik heb, ik ben wat ik doe, ik ben wat ik weet, ik ben wat anderen over mij zeggen. Laat ik het zo zeggen, dan ben je slachtoffer van het jojo-effect. Het ene moment in de hemel het volgende moment in de hel. Als ze goed over mij praten ben ik gelukkig, maar als ik alles begin te verliezen raak ik depressief. Wij zijn ontvankelijk voor deze gevoelens en voor je het weet nemen je emoties de overhand en ben je een jojo, up en down Je stopt al je energie in positief blijven, in gezond blijven, je werk behouden, in te overleven. Met alles wat in je is klamp je je daar aan vast, terwijl je weet dat je het uiteindelijk zult verliezen. Op een gegeven moment raak je alles kwijt, uiteindelijk zul je sterven. Als je leven gericht is op deze uitersten, op deze dualiteit, als een jojo op en neer gaan… Uiteindelijk stopt de jojo op zijn laagste punt- dood, afgelopen, voorbij eeuwige duisternis, geen spullen meer, je kunt niets meer doen, je bent alles kwijt. Van dat leventje van zevenenzeventig jaar is niets meer over.
Deze hele gang van zaken heeft niets met spiritualiteit te maken. Deze voorstelling van zaken dat is niet wie je bent, niet wie ik ben en niet wie iedereen om je heen is.
Spiritualiteit heeft te maken met het claimen van je boeddhaschap, te zijn wie je bent.
Alles wat je als buiten jezelf ervaart, alles wat je ziet hoort proeft ruikt en voelt zul je verliezen, buiten jezelf is er niets te vinden. Waar is dit alles, dit totale universum als jij er niet bent? Verzaak het universum, laat het voor wat het is, ontdek je boeddhaschap en claim het als jezelf. Dat wat je normaliter als jezelf beschouwt is de persoon die je denkt te zijn, de rol die je in dit leven speelt. Het is een kortstondige illusie, een leugen. Als je deze rol voor werkelijk houdt, als realiteit claimt, veroorzaakt dat haat, afgunst en jaloezie.
Als iemand in een mooie auto rijdt veroorzaakt dat hebzucht afgunst en jaloezie bij hen die dat ontberen. Terwijl de eigenaar van mening is dat hij door het bezit van zijn auto gelukkig word. Het vastklampen aan iets wat je niet werkelijk als van jou kunt claimen veroorzaakt onenigheid, ruzie en uiteindelijk geweld. Werkelijke spiritualiteit gaat over het herkennen wie je bent, inzien dat elk wezen van oorsprong een boeddha is.
Als je je boeddhaschap claimt, zullen mensen je prijzen, ze zullen je verachten, ze zullen je op een voedstuk plaatsen en ze zullen je door de modder halen. Je zult vreugde en verdriet kennen, pijn en genot, daar verandert niets in, je kunt zelfs je boeddhaschap niet bewijzen.
Hoe wil je bewijzen dat jij jij bent, of dat een boom een boom is?
Maar het boeddhaschap schenkt je de mogelijkheid te leven met afwijzing en geprezen worden, “ Het boeddhaschap verweeft zich met je leven”. Simpelweg omdat je je vereenzelvigd hebt met je gezicht van voor je geboorte, van voor dat je ouders geboren waren.
Boeddha is niet een of andere godheid, meester of boddhisattva, jij bent van nature een boeddha en je taak is je boeddhaschap te claimen.
Wat ik schrijf is geen standaardverhaaltje. Misschien ben je nu boos, verward, aangedaan, getroffen, het heeft je op de een of andere manier geraakt. Ik heb je iets aan de hand gedaan waar je niet omheen kunt.
Je bent geen op zichzelf staand individu, dat waar je al je hoop op had gevestigd is op losse schroeven komen te staan, (maar dat wist je eigenlijk al.)
Doe er mee wat je wilt, maar mocht je geen bevrediging in de uiterlijkheden van mijn woorden hebben gevonden en je zou op zoek willen gaan, dan is een waarschuwing op zijn plaats.
Zij die geen bevrediging vinden in de uiterlijkheden van het religieuze instituut en zelf op zoek gaan. Voor hen is het zaak een plek te vinden waar je met rust gelaten wordt zodat je gehoor kunt geven aan je roeping en kan uitdragen waar je voor staat. Uitdragen staat voor ‘only giving’, alleen maar geven.
Veel kloosters zijn op onbereikbare plaatsen gebouwd om gevrijwaard te zijn van interventie. Vaak in de bergen op een richel of tegen een rotswand geplakt. Dit is zowel in de christelijke als in de boeddhistische wereld zo. In Griekenland is een klooster dat alleen te bereiken is via een grote mand die opgetakeld wordt.
Suiren-Ji is niet zo onbereikbaar, we hebben dan ook af en toe last van interventie die nogal storend werkt. Zulke plaatsen trekken mensen aan die op zoek zijn. Er is ook wat anders. De invloed die van deze plekken uit gaat tast onvermijdelijk de macht van de gevestigde orde aan. Zulke (klooster) ordes zijn ‘ tuig van de richel’ waartegen redelijkerwijs niets ondernomen kan worden, doordat zij het werkelijke antwoord hebben op dat wat elk mens zoekt en geen kennis verborgen houden.
Zeker binnen religieuze gevestigde instituten mag je niet uit de school klappen. Instituten, zowel politiek als religieus, hebben er vaak belang bij de massa in slaap te houden, terwijl religie juist uit is op ontwaken.
Dus als je het spirituele pad inslaat, wees gewaarschuwd!
Marco zegt
THX a Lot…