Een boek lees ik helemaal van begin tot einde. Ook al heb ik soms in het midden de neiging om het over te slaan. Maar,… ik heb gemerkt dat er dan toch belangrijke informatie verloren kan gaan.
In één van zijn boeken begint Thich Nhat Hanh het dankwoord met: ’Deze uitgave kwam tot stand omdat de tijd er rijp voor was.’
Mijn leven leert mij dat alles tot stand komt als de tijd er rijp voor is. En toeval bestaat niet. Dus ook mijn schrijven nu zal voor mij een reden hebben.
In september, na mijn eindexamens op het lyceum, rinkelde op zaterdagochtend de telefoon. Oma was, samen met mijn tante, in de ziekenauto met spoed op weg naar het ziekenhuis. Of we meteen naar dat ziekenhuis wilden komen. Wij gingen direct op stap, maar kwamen te laat. Oma was al overleden. En ook al verklaarden mijn ouders dat we helemaal uit België kwamen, we mochten haar nu niet zien. En moesten vanavond maar terug komen. Na het gesprek met mijn tante werd besloten dat enkel mijn tante, oom en mijn ouders oma gingen groeten. De kleinkinderen moesten haar herinneren zoals ze haar het laatst ontmoet hadden. Zo werd abrupt een deel van mijn leven afgesloten.
Meteen werd er een oplossing geboden voor een dilemma dat ik had. Wilde ik verder studeren en de vakanties met oma doorbrengen of gaan werken en volwassen worden? Het werd dus dat laatste. Als ik verder wilde studeren moest ik een week na oma’s begrafenis terug starten en dat kon ik toen niet aan. Ik vond vlug kantoorwerk.
Eerst heb ik moeten ondervinden wat ego’s zijn en wat zij betekenen voor mij en vooral hoe mijn ego reageert. In een job waar alleen het grootste ego zijn kansen heeft en maakt, dat was niets voor mij. Vooral door mijn interesse in de filosofie wist ik dat ik iets anders moest zoeken. Ik wilde een job waar ik met gelijkgestemde mensen kon omgaan. En dat kwam ook op mijn pad.
Verpleging met middenjury studeren was een oplossing. Want er waren al enkele jaren voorbij gegaan, ik had het ouderlijk huis verlaten en moest een inkomen hebben. Meteen na de laatste stageperiode werd een proefcontract met kans op een vaste baan aangeboden.
Onze bewoners van een gesloten afdeling in een psychiatrische instelling waren tegen hun wil opgenomen. Hun leeftijd varieerde van achttien tot tachtig jaar en ouder. Dit was toen ook één van de weinige afdelingen waar agressieve, (demente) mensen verpleegd werden en hoopten wij om hen toch een plaats in een verplegingstehuis te kunnen aanbieden. Deze afdeling was een plaats waar niemand wilde zijn. De job was een echte uitdaging voor mij. Heel mijn loopbaan was niet één dag hetzelfde.
Al vlug merkte ik dat vele, vooral jonge bewoners hun toevlucht zochten in de boeken van de Dalai Lama. In het boeddhisme. Vooral het tot rust kunnen brengen van hun overvolle geest was het voornaamste doel. Rust in het hoofd zonder medicijnen of drugs of andere dingen. Die boeken waren ook een aanknopingspunt waar ik een gesprek mee kon opstarten. En zo contact kon maken met het doel vertrouwen te winnen. Maar dan moest ik de boeken natuurlijk eerst zelf lezen.
Als ik de nacht had vroegen ze of ik ze wakker wilde maken voor ik naar huis ging. Met slaperige ogen en volle moed begonnen ze te mediteren. Alles moest meteen perfect en probeerden ze in lotushouding op hun bed te zitten. Want niet iedereen had de luxe van een eigen kamer. Dus de gordijnen rond het bed dicht en starten maar.
Telkens moest ik aan mijn eigen eerste meditatiepogingen denken. Het mediteren ging bij mij niet goed in het begin. Steeds maar weer die pijn in mijn benen en besloot ik een stoel te nemen. Dan steeds weer die gedachten die opwelden, en wat moest ik dan daarmee? Maar met de tijd is het gelukt en kan ik ervaren wat meditatie/ mindfulness betekent.
Als er een nieuwe bewoner met mediteren begon dacht ik: ’Zou hij/zij het kunnen volhouden? Ook als ze terug in de samenleving zijn? Zou het lukken om hun rusteloze geest te kunnen richten op het huidige moment? Kunnen ze de basisprincipes van de Vier Edele Waarheden tot hun waarheden maken.
De Boeddha leert ons dat er inzicht nodig is om te veranderen. Zouden ze inzicht en mededogen kunnen ontwikkelen door bereid te zijn om te kijken, zoals psychiater en zenleraar Edel Maex ons aantoont in zijn boek: ‘De bereidheid om te kijken’.
En met dit boek in gedachten:… ‘Ben ik bereid om te kijken? ‘
Rafa zegt
Om mij heen veranderd alles elke dag …en Soms blader ik terug in het boek, soms lees ik het einde eerst soms leg ik het boek even weg .. soms lees ik het boek 2 keer of 8 of meer keer .. en heel soms staat er een universele zin in of zelfs maar 1 woord .. dat neem ik mee (beeldspraak zou ik zeggen in mijn hart) ik geloof dat ik dan verander heel diep van binnen ..
Siebe zegt
Ja, ben ik bereid echt te kijken? Ben ik bereid te zien dat er in mezelf sterke neigingen zijn tot agressie, gretigheid, drift, lust, een gevoeligheid voor beeldvorming, gehechtheid aan van alles etc? Ben ik bereid te zien dat ik onder bepaalde omstandigheden heel goed kan verruwen, verharden, vervreemden? Ben ik bereid te zien dat ik vaak zelfs het goede doe als investering? Ben ik wel zo altruistisch of zit in alles wat ik doe en laat wel een verwachting? Ben ik ooit wel echt met wat anders bezig dan met mezelf? Ben ik zelfs in het goede doen niet gericht op zelf-bevrediging?
Piet Nusteleijn zegt
Echt kijken is toch niet jezelf de maat nemen?