Is goed te vertalen met leed, de pijn van ziekte ouderdom en dood, iets waar elk levend wezen aan onderhevig is. Elk levend wezen loopt in cirkels om telkens weer op zijn schreden terug te keren, geboorte, ziekte, ouderdom en dood. Wat is de diepgang van het westers boeddhisme? Elke avond wordt in Japanse kloosters de volgende tekst gereciteerd:
‘Iedereen die het pad beoefent luister:
Geboorte en dood zijn de enige zaken die van belang zijn
Tijd verdwijnt als sneeuw voor de zon
Daarom, wijd je aan je training en verspil je tijd niet.’
Toen ik in 1986 in het Japanse klooster Bukkoku-Ji intrad werd mij na een maand door de Roshi gevraagd welke meditatie ik deed. Niet begrijpend antwoordde ik, ‘zenmeditatie’. Er werd mij duidelijk gemaakt dat ik mijn ademhaling moest tellen, maar dat deed ik al, zo had ik het geleerd.
Waarmee ik mee wil zeggen dat in het klooster niet veel werd verteld omtrent het zenboeddhisme. Wij hier in het Westen willen weten, en het liefst waarom. Er worden lezingen, uitleg en vraag en antwoord gegeven.
De eerste dagen werd ik in het klooster gemeden alsof ik een besmettelijke ziekte had. Een klooster is een soort wasmachine, er kleefde nog zoveel maatschappelijke troep aan mijn lijf en brein. Op dat moment was ik de grote stoorzender in het klooster. Ik werd niet gecorrigeerd, er werd mij niets uitgelegd, er werd mij niets verweten, ik werd alleen gemeden als de pest. Om kort te gaan- je zit in een klooster, je draait het hele programma mee, meditatie, gymnastiek, tempeldiensten, samu (werkperiode) ceremonieel eten (oriyoki). En als je niet op een barbaar wilde lijken was de enige manier, de anderen imiteren. O ja,… er werden toespraken gehouden in de vorm van teisho en mondo. Maar die waren in het Japans en de teisho waren traditioneel tijdens de meditatie, niks vragen om antwoorden, stil zitten en luisteren naar een onbegrijpelijke taal.. Het willen weten kon je wel vergeten. Een betere methode is er niet, je wordt volledig op jezelf teruggeworpen, geen ontsnappen mogelijk.
Geen afleiding door vragen te stellen, discussies aan te gaan, zeuren over ‘mijn kussen is te hard, het eten is vies, die vent naast me ademt zo hard,’ enz. Zen gaat over naar binnen kruipen naar de as van de draaimolen. Chögyam Trungpa rinpoche heeft een boek geschreven met als titel ‘Idiot compassion’. Veel boeddhisten hebben mededogen hoog in het vaandel staan, begaan met het leed in de wereld, hoe arrogant is dat. Met hun blik op de buitenwereld gericht zien ze de pijn van alle levende wezens. Ja, ze hebben het goed en hebben alle afleiding die ze zich kunnen veroorloven om hun eigen pijn niet onder ogen hoeven te komen. Ze maken zich druk over bio-industrie, het milieu, oorlog, armoede, maar vergeten zichzelf.
Er is een bekende Boeddha-legende waar Boeddha naar een ploegende boer kijkt.
Snuivend kwam de os aan zetten, vlak voor zijn voeten trok de ploeg de grond open. Boeddha keek hoe de boer onder het ploegen zijn hemd uittrok, zijn rug glom van het zweet. ‘Hu, vort’, zei de boer weer. In de omgeploegde grond klauterde een glanzend zwarte kever over de grote brokken klei. Dat moet een kabaal geweest zijn voor zo’n klein beestje, dacht Boeddha. Kwetterend schoot een vogeltje uit de struiken en dook boven op de kever. In één tel vloog het vogeltje met de kever in zijn snavel weer op. Hoog in een boom peuzelde het vogeltje de kever op. Boeddha keek weer naar de boer. Achter de ploeg vloog een zwerm vogels die onophoudelijk duikvluchten uitvoerde op de omgeploegde aarde. Plotseling als een steen viel een havik uit de lucht en griste met zijn scherpe klauwen een vogeltje achter de ploeg weg. Het vogeltje schreeuwde, piepte van angst. Een halve minuut later was het doodstil.
De boer ploegt om graan te zaaien waar brood van gemaakt wordt, dat hele proces is een grote slagerij, eten en gegeten worden, jij bent de oorzaak van het leed in de wereld, zonder jou bestaat deze wereld niet, waar was die wereld voor je geboorte? Natuurlijk was die wereld er voor jouw geboorte, maar niet voor jou, je was er nog niet. Hoe was het ook als weer mededogen met alle levende wezens. Mag je een aardappel villen en in kokend water gooien? Is een aardappel geen levend wezen? Eet jij geen brood? Waar wil je heen, waar wil je naar toe vluchten? Je probeert je schuld te ontkennen terwijl je de gestolen goederen nog in je handen hebt. Er is maar één uitweg, kniel voor jezelf, huil je hart uit je lijf, wie of wat wil je redden? Er staat je maar één ding te doen, jezelf redden, mededogen is gemakkelijk als je anderen red. Jezelf redden is een heel ander verhaal, het lef opbrengen om naar binnen te kijken, Fuck te World, you are the World.
Samsara, dit aards tranendal is de mallemolen van het leven en iedereen draait zijn rondje mee geen ontsnappen mogelijk. Je word duizelig, misselijk, moet overgeven om vervolgens volledig gedesoriënteerd uit het leven te stappen. Samsara is goed te vertalen met ‘samen rond rennen’.
Dukkha is de gehechtheid of verslaving aan samsara, we zijn als motten die om een kaarsvlam dansen. Boeddhisme is de weg naar binnen, hoe meer je naar de as van de draaimolen loopt hoe minder het effect van de centrifugale kracht is. Hoe dichter bij de as hoe helderder je leven is. En…don’t worry de oplossing ligt bij jou, dus je hoeft het niet ergens anders te zoeken. Eh,..misschien aan iemand vragen hoe het moet en steun zoeken bij lotgenoten.
Succes.