‘Je hébt geen recht op een zo lang mogelijk leven, je hebt het recht om tegen een vroegtijdige dood te worden beschermd.’
Deze stelling van Marli Huijer, oud-hoogleraar publieksfilosofie houdt me bezig. Wat is een vroegtijdige dood? Is er ook een laattijdige dood? Wel een tijdige dood.
Een tijdige dood. (mijn spelcontroller geeft tijdelijke aan) Een tijdige dood vind ik een dood die op tijd komt zodat (lang en uitzichtloos) lijden voorkomen wordt.
Vroegtijdig is zo’n ongrijpbaar begrip. Wanneer is het te vroeg? Wie bepaalt wanneer het te vroeg is, wanneer het je tijd is? Voor de een is de dood een verlossing die niet snel genoeg kan komen, voor de ander een gruwel die zo lang mogelijk moet worden uitgesteld.
Is zeventig jaar vroegtijdig? Of zestig of tachtig? Dat bepaal jezelf toch, of niet? In veel gevallen helaas nog steeds niet. Bizar.
Waarom het leven zo lang mogelijk rekken? Koste wat kost. Al ons handelen en zeker ook ons taalgebruik is er op gericht de dood zo lang mogelijk uit te stellen en liefst te vermijden. Waarom?
Waarom omarmen we de dood niet? De dood hoort immers net zo bij het leven als geboorte. Geboren worden, dood gaan. Waarom zien we veelal, lijken we zelfs geprogrammeerd, de dood als iets zwaars te zien en niet als een natuurlijk fenomeen?
We menen te weten en rekenen erop af wanneer mensen in wat de de algemene opinie is geworden te vroeg doodgaan. Als de oorzaken en omstandigheden daar zijn dan is het kennelijk onze tijd om te gaan. Daar kunnen we ons tegen verzetten, daar kunnen we het niet mee eens zijn. We kunnen het misschien een beetje rekken, maar dat rekken brengt mogelijk veel lijden, wellicht nog meer lijden, met zich mee.
Als we kunnen lezen, begrijpen, inzien en weten, zoals Thich Nhat Hanh zo prachtig verwoordt, dat:
‘We niet dit lichaam zijn en er niet in gevangen zijn, dat we leven zonder grens. Dan weten we dat we nooit geboren worden en nooit sterven. Geboorte en dood zijn dan slechts deuren waar we doorheen gaan, heilige drempels op onze reis. Geboorte en dood zijn een verstoppertjesspel.’
En afsluitend:
‘Dus lach met mij, houd mijn hand vast, laten we elkaar gedag zeggen, gedag zeggen om elkaar weer te ontmoeten. We ontmoeten elkaar vandaag, we zullen elkaar morgen ontmoeten, we ontmoeten elkaar ieder moment aan de bron, we ontmoeten elkaar in alle vormen van het leven.’
Remy Hart zegt
Dank je wel