Toen ik nog politieverslaggever was had ik te maken met veel shit. Vreselijke rampen, ongelukken, verkrachting, zelfmoorden, moord en doodslag. En handel in drugs, drugstransporten, arrestatieteams, inlichtingendiensten, gevangenen en gekken. Foute politiemensen, vreemde officieren van justitie en keiharde criminelen. Contacten met verklikkers en burgeragenten. Aanslagen en seriemoordenaars.
Elk moment van de dag- en nacht kon de telefoon rinkelen en was het uitrukken geblazen. Op verjaardagen, met Sint, Kerst en in vakanties. Leed stopt niet, nooit.
Je zou er zelf mesjogge van worden, als je geen uitlaatklep zou hebben. Mijn uitlaatklep was mijn partner en collega in crime Bambi, een reus van een vent, met armen als kabeltouwen, en een hart zo groot als de hele wereld, die eigenlijk anders heet maar zich voorstelde als Bambi. Ik noemde hem kind, als junior politieverslaggever. Hij mij Vader, het liefst in interviews met notabelen, burgemeesters, waardoor het gesprek met de notabele soms snel werd afgebroken als Bambi mij voorstelde als Papa. Je zag zo’n mens dan denken: knettergek!
We trokken samen op, zorgden voor elkaars veiligheid en analyseerden zaken. We vertrouwden elkaar voor duizend kilo. Soms namen we ieder maar ook samen een week vrij, als de shit ons uit de oren droop, om erna weer het riool in te kunnen kruipen. Het werk wende nooit, maar we moesten het er mee doen.
In de klassieke homeopathie is het zo dat het gelijke met het gelijke wordt aangepakt. Wij gingen ons dus ook raar gedragen, net als het OM, de Hermandad en de boeven. Ik maakte er een gewoonte van om Bambi zogenoemde ambtelijke brieven te schrijven- zogenaamd ondertekend door een officier van justitie aan wie we beiden een rot hekel hadden en dat was wederzijds. Bambi ontving een of twee keer per week ‘onthullingen’ van deze ovj en las de tekst dan hardop voor in ons kleine kamertje bezijden de grote redactiezaal waarop ik verrast reageerde. Die officier toch.
Enkele weken lang schreef ik niet- ik had geen onderwerpen voor Bambi, maar de brieven in bruine envelop bleven maar komen, wekenlang. Heel merkwaardig. Zou ik een concurrent nepbrievenschrijver hebben?
Bambi werd gedagvaard, werd als getuige gehoord, zou worden opgesloten, was nagetrokken, was kroongetuige en moest naar het parket afreizen om door de hoofdofficier te worden gehoord. Stond in die brieven. Elke dag bezocht een collega ons kamertje en ik hoorde ze zeggen: die Joop wordt steeds beter met zijn vervalsingen, er staan nu ook al officiële stempels op de brieven. Ze keken mij bewonderend aan, ik steeg in hun achting. Wist ik veel.
Op een ochtend belde de hoofdofficier van justitie zelf. Hij was witheet. Als Bambi niet als de wiederweerga naar zijn bureau zou komen werd hij gearresteerd. Het parket- lees de vreemde ovj aan wie wij zo’n hekel hadden, had al twintig brieven naar hem geschreven en Bambi reageerde maar niet. Was hij helemaal van de pot gerukt. Het liep goed af voor mijn partner. De officier, die bij het gesprek aanwezig was, was door de hoofdofficier tot de orde geroepen. Maar ik ben maar gestopt met brieven schrijven. Sindsdien zongen we, pop, rock en klassiek in ons kamertje. Bambi was zelf een drummer in een rockband dus zang was hem niet vreemd. Wat een mens al niet moet doen om de geest rustig te houden.
Moge iedereen gelukkig zijn, met name jij.
Vrede en alle goeds, zeggen de Franciscanen.
Moedig voorwaarts!
Olivier Vink zegt
“Goedemorgen/ middag/ avond, telefoniste van dagblad ******** ********* )”. “Met wie mag ik u doorverbinden?”
‘Toestel 233 graag’
“Moment, ik verbind u door”
*( Hele diepe zware stem) Goedemorgen/ middag/ avond, u spreekt met Bambi, zeg het maar*
‘(Een stuk hoger stemmetje) Ik ben op zoek naar Joop Ha Hoek’
*Hij is niet aanwezig, maar ik zal zeggen dat u gebeld heeft, Officier. Wel grappig dat u een hoog kinderstemmetje heeft opgezet om hem te spreken te krijgen, haha. Fijne dag verder!*
Tuut tuut tuut
De hoorn op de haak en een kind in totale verwarring aan de andere kant van de (vaste) lijn. Die Bambi, een rots met humor in de branding!