Ik schrok gisteren vreselijk toen ik in de bomen van het etablissement De Eekhoorn in het Kralingse Bos in Bunkerstad aan touwen dode kauwen zag hangen. Op hun kop. Ik dacht gelijk aan Bertus, mijn eigen kauw die in de halfdode boom tegenover de Kloosterbunker zijn toevlucht zoekt en mij goed in de gaten houdt. Zou Bertus door de uitbater van De Eekhoorn om zeep gebracht zijn?
Ik vroeg het een medewerker van De Eekhoorn. Nee, zei de man, ze zijn van plastic, gekocht bij de Action en bedoeld om de kraaien en kauwen weg te jagen. Soms zaten er wel twintig tegelijk op de tafeltjes van de gasten en pikten brutaal een vorkje mee. Nu blijven ze weg, zei de werknemer trots. Even later ging hij de hond uitlaten en verdween uit het zicht. Zeven kauwen stortten zich op de tafels onder de bomen met hun dode plastic soortgenoten. Aten een patatje, een stukje brood, resten van een kroket. Een kauw hou je niet voor de gek. De werknemer keerde terug met de uitgaleten hond. En, vroeg hij, nog een kauw gezien? Wel zeven, zei ik. Prettige dag nog, zei de man.
Moedig voorwaarts!