Vorig jaar werd ik als uitgever en hoofdredacteur van het Boeddhistisch Dagblad door een advocaat gesommeerd om binnen een paar uur een artikel uit onze krant te verwijderen. Het was met de beste bedoelingen gemaakt en door een derde partij aangeleverd. Aan de publicatie gingen dagen van overleg, telefoontjes en sms’jes vooraf. We keken naar eventuele schadelijke effecten voor de persoon die het hier betrof. Maar zagen die zelf niet. Het was een duiding van feiten. We wilden niemand kwetsen, wel openbaren. Toch nam die persoon er aanstoot aan, de privacy was geschonden, en schakelde een advocaat in die alle rechten voorbehield om ons aan te spreken op eventuele aangerichte schade. Ik heb de gewraakte tekst verwijderd uit de krant en was daarna nog dagen bezig om die ook te laten verwijderen in allerlei zoekmachines. Wij willen mensen niet beschadigen, ook al staan we als redactie nog steeds achter de inhoud van het artikel.
Daar moest ik aan denken na de publicatie van mijn column van gisteren over de heer Zuckerberg, de oprichter en baas van Facebook. Het platform is opgericht om te delen- foto’s, berichten, verzoeken, meldingen en onzin. Je weet niet wat er waar is van wat er wordt gedeeld. Wie is er verantwoordelijk voor de inhoud van de content? Zijn dat de gebruikers, de vrienden, of is dat Facebook? Als je in een winkel rotte sinaasappelen koopt krijg je verse terug na reclamatie. Ik zou de meest flagrante onzin op Facebook kunnen plaatsen, leugens en bedrog, zonder dat ik word ontmaskerd. Hoever kan ik gaan om de privacy van anderen te schenden op dat ‘sociale’ medium?
Na mijn column van gisteren werd bekend dat ziektekostenverzekeraars via een tracking cookie informatie doorspelen naar Facebook, zodat dat op de hoogte is van mijn afspraken met artsen en ziekenhuizen. Zodat Facebook de vrienden gerichte advertenties kan zenden over medicijnen, luiers en dat soort zaken. Het is nog erger dan ik dacht.
Facebook is niet leuk, ik vind het een bedreiging van de democratie. Het is een totalitair systeem dat ons bespied en ongevraagd adviseert. Niet in het belang van de gebruikers, maar in het belang van de adverteerders en de top van Facebook die steeds rijker wordt. Over de ruggen van de vrienden. Ik vind Facebook ook griezelig, totalitair op den duur. Het doet me denken aan Oost-Duitsland waar de Stasi, de geheime dienst, alles van iedereen wist. En de vrijheid verdween doordat honderdduizenden mensen hun omgeving in de gaten hielden en rapporteerden aan de leiding.
Ik ben niet tegen vriendschap, tegen delen. Het boeddhisme, de leer, is voor mij de leidraad. Vriendelijkheid, compassie. Liefdevol omgaan met elkaar, in een persoonlijk contact. Weg met haat, gehechtheid en onwetendheid waar Facebook een synoniem van is.
Moedig voorwaarts!