Dharmapelgrim schreef onlangs een zeer lezenswaardig artikel over sterven met als titel ‘Niet bang zijn’. Ik heb in mijn leven de dood meerdere keren aangekeken en ik ben elke keer bang geweest. Ik ben dan weer wel zo dat ik mij afvraag heb ik de dood of mijn eigen angst aangekeken, ik weet het niet. Ik heb wel jaren geworsteld om die angst beheersbaar te maken, want er is nog steeds angst in mijn leven.
Maar het bijverschijnsel van deze ontmoetingen heeft mijn leven 180 graden gedraaid. Mijn eerste ontmoeting was in Afghanistan. Ik was op mijn 18e of 19e jaar liftend (lowbudged) naar het verre oosten afgereisd en zo als bijna iedere westerling werd ik ziek, maagklachten, uitdroging enz. Het advies was om terug te gaan naar Europa. Dus zo ziek als ik was keerde ik liftend terug. In Afghanistan ging het mis, ik ben langs de kant van de weg in elkaar gestort. Toen ik weer bij kwam stond de lokale bevolking rond mij heen en een Afgaan met een indrukwekkende tulband hield een grote zwarte pil voor mijn neus en zei: ‘Me doctor’. Ik vertrouwde de man voor geen meter maar ik had weinig keus. Even later begon mijn omgeving schokkerig te worden ik miste stukken in mijn waarneming. Ongeveer het effect zo als je bij een stroboscoop ervaart. Een snel knipperend licht waardoor je bewegingen als schokkerig ervaart. Daarna kwamen er in golven hallucinaties. De schildering op de vrachtwagen die iets verderop stond begon te leven een afbeelding van een vrouw begon te lachen. Kleurige cirkels draaiden rond, mijn hoofd voelde aan alsof het omgeven was door wolken en mijn tijdsbeleving was weg.
Het was voor mij op dat moment realiteit en toen ik min of meer bij kennis was gekomen en de gangbare realiteit weer herkende, had deze ervaring zoveel indruk achter gelaten dat het mijn leven voorgoed veranderde. De onmiddellijke ontdekking was: er is meer tussen hemel en aarde. Vooral het schokkerige effect heeft vragen bij mij opgeroepen, temeer omdat ik het later weer een keer meegemaakt heb.
Hallucinaties
In het Tibetaanse dodenboek staan vaste patronen van stadia die iemand doormaakt als hij of zij sterft en stervende is. Ik vroeg mij af of mijn hallucinaties er ook in beschreven werden, maar ik heb niets concreets kunnen vinden. Maar een ervaring in een bioscoop was een eyeopener. De film brak en voor een moment zag ik het zelfde effect als ik in Afghanistan had ervaren de schokkerige beelden. Het licht ging aan en op het doek verscheen het woord ‘pauze’. Iedereen in de zaal keek wat wazig om zich heen, ze waren plotseling in een andere film terecht gekomen, maar even later had de operateur de boel weer aan de gang ging de oude film weer draaien.
Mijn ervaring in Afghanistan was dat na de schokkerige beelden de vrachtwagen begon te leven en er een tijdloos gevoel optrad. Mijn gedachtegang na de bioscoopfilm was: ‘een film speelt 24 beeldjes per seconde af’ dus er moet in ons brein een soort mechanisme zitten die van die 24 beeldjes per seconde een vloeiend beeld maakt. Stel dat je ook een film op bijvoorbeeld 16 beeldjes per seconde zou kunnen maken en die kan verwerken in de film van 24 beeldjes. Die neem je dan waar, waarschijnlijk onbewust. En bewust als het mechanisme van de 24 beeldjes per seconde verstoord wordt. Het reclamefenomeen om in een film één beeld te stoppen waar levensgroot ‘koffie’ op staat, is een voorbeeld van dat het de waarnemer beïnvloed, meerdere werelden in elkaar verborgen.
Spoedig sterven wij
Later zag ik de film Het Tibetaanse dodenboek die met de volgende tekst ingeleid werd:
‘Spoedig sterven wij en dan hebben onze hoop en angst geen enkele betekenis meer. We projecteren alle beelden over het leven en het sterven, onze angsten en vreugde, goden en demonen, op de stralende continuïteit van het bestaan. Hierna worden deze beelden voor ons de totale werkelijkheid. We onderwerpen ons hier aan en we vergeten hun dans. In elke beweging van deze dans projecteren we onze grootste angsten over de dood. Waar we ons hele leven mee bezig zijn, is onze poging om dat te ontwijken. Alles wat vorm heeft vergaat. Alles dat zich verzameld heeft valt uit elkaar. We zijn net als bijen, alleen op deze wereld gonzend en zoekend, zonder een plek om uit te rusten. Daarom zeggen we het volgende gebed.’
Er zijn net zo veel illusies als de weerspiegelingen van de maan op een kabbelende zee.
De mensen worden zo snel gevangen in het net van verwarring en pijn.
Mag mijn mededogen net zo grenzeloos worden als de hemel.
Zo dat iedereen kan uitrusten in het heldere licht van zijn eigen gewaarzijn.
Wat gebeurt er als we sterven?
Als we dood gaan raken we alles waarvan we dachten dat het echt was kwijt. Als we de dingen die ons zo dierbaar waren in dit leven niet los kunnen laten, zullen we door angst bevangen worden. Als we ons blijven vastklampen aan ons oude leven, zullen we door onze angsten en verlangens in een volgende pijnlijke werkelijkheid terecht komen. Tot zover de film.
‘We projecteren alle beelden over het leven en het sterven, onze angsten en vreugde, goden en demonen, op de stralende continuïteit van het bestaan.’ In één zin de hele illusie van leven en dood verklaard. De film ‘De Matrix’ brengt de projecties van de mensheid in beeld, maar blijft nog steeds hangen in de illusie ervan. Een beter inzicht geeft de film ‘The Thirteenth Floor’ maar red het ook niet, hoewel het ruimte open laat voor inzicht. Voor mij is de realiteit een vloeipapiertje geworden, een keer blazen en de voorhang van je tempel scheurt in stukken, zoals een filmscherm dat scheurt. En waar kijk je eigenlijk naar: wat flakkeringen van licht op een doek geprojecteerd waarin je personen herkent die misschien reeds lang overleden zijn. Zoiets als het licht van een geëxplodeerde ster waarvan het licht ons nu pas bereikt.
Ik heb geen antwoorden, ik heb niet meer dan mijn gedachtegang waar dit alles uit voortkomt, alles komt voort uit geest, en wat is geest? Een vriend van mij is ooit in coma geraakt, wat hem tot het boeddhisme bracht. In 2007 wijdde dagblad Trouw daar een artikel aan.
Zonder religieuze beleving geen religie – misschien is ze wel de kern ervan. Toch lees je er maar weinig over. In deze rubriek beantwoorden mensen vragen over wat ze op religieus gebied hebben beleefd. Vandaag: Lex van Heukelom.
Wat hebt u meegemaakt?
‘Het was in 1984. Ik liep met mijn vriendin een shoarmazaak op de Amsterdamse Rozengracht binnen en we wilden een shoarma bestellen. Na ons kwam een oude Marokkaanse man binnen en die werd eerst geholpen. Mijn vriendin maakte er een opmerking over, en ik grinnikte daar om. Toen kwam de man, die achter de bar met een groot mes shoarma aan het afsnijden was, woedend onze kant uit zetten, met zijn mes in de aanslag.
Ik duwde mijn vriendin naar buiten en hield de glazen deur dicht, totdat hij weer terugliep. Toen ik een meter of tien gelopen had, zakte ik in elkaar. Een hartinfarct. Vanaf boven de elektriciteitskabels van de trams zag ik mezelf liggen, wel tien minuten keek ik toe hoe iemand mij hartmassage gaf totdat ik achter mijn lichaam aan de toegesnelde ambulance in ging.
Ik ben elf dagen in coma geweest en werd wakker met een ernstige hersenbeschadiging. Ik herkende zelfs mijn tweelingbroer niet meer. Mijn oudste broer nam me mee naar de Tibetaanse verlichte meester Trumgpa rinpoche, bij wie hij in de leer was, en die even in Nederland was.
De rinpoche keek dwars door me heen, en zei: Just meditate. Ik keek hem aan en zei: sure. Hij voegde er streng aan toe: The proper way. Mijn broer vertelde de rinpoche dat ik een bijna-doodervaring had gehad, maar de leraar keek daar niet van op. „Iedereen ziet zichzelf als hij dood gaat’, reageerde hij, „maar je bent nog hier, dus mediteer!’ Tot zover Trouw. Voor het hele artikel klik hier.
Ik heb hem ooit de vraag gesteld: ‘Als jij jezelf zag liggen, wie keek er dan?’ Tsja,… dat kon hij niet zeggen hij vertelde dat zijn belevings-(wereld) niets meer met zijn beleving van nu te maken had. Hij kon er niet meer over vertellen dan dat het waarschijnlijk uit de geest voortkwam We wisselen wel meer ervaringen met elkaar uit en ik vertelde dat ik in Japan een ingrijpende ervaring had gehad. Die ging gepaard met een gelukzalig gevoel, dat mijn zicht op theorieën, eerdere ervaringen, mijn hele fundament op losse schroeven zette.
Toen ik tijdens Dokusan (privéonderhoud) dit met mijn leraar besprak zei hij: ‘Don ‘t worry it will pass by.’ Iemand vroeg hem ook eens: ‘Roshi Sama what happens after death? ‘Antwoordde hij: ‘ I do not know I’m not dead yet.’ Alles wat ik hier geschreven heb komt van hen die leven. Zelfs als ik zou beweren dat ik met een overledene heb gesproken ben ik als levende die dat zegt. Ben ik bang voor de dood, ik denk het wel, maar ik weet het niet ik sta nog niet voor dat moment.
Suzuki Roshi heeft op zijn ziekbed iets in de strekking gezegd van. Als ik mij tijdens sterven vreemd gedraag, denk dan niet dat ik in de war ben, dat is boeddhaleed.
Ga je wel dood?
En sterven, ga je wel dood? Ik heb nooit in de belevingswereld van een overledene kunnen kijken. Wat gebeurt er als je sterft Ik weet het niet. Ik ben ooit geboren, is mij verteld, maar ik weet er niets van. Hoe komt het dat ik…Dat wat ik ik noem geboren is. Zou datgene wat ik ik noem nog een keer geboren kunnen worden? Het is tenslotte al een keer gebeurd, ik bedoel ik ben geboren. Je komt automatisch op het thema reïncarnatie terecht wat voor mij een hellend vlak is.
Op 23 december vorig jaar is in het Boeddhistisch Dagblad een artikel van mijn hand gepubliceerd met de titel ‘Liever naakt dan namaak.’ Wat zoveel wil zeggen dat ik een ongelovige Thomas ben. Ik geloof niet in reïncarnatie omdat iemand beweert dat hij een Egyptische farao is geweest. Ik ga uit van ervaringen en inzichten die aan mij verschijnen en die zijn al verwonderlijk genoeg. En zaken die aannemelijk zijn laat ik in het midden. In de boeddhistische literatuur wordt veelvuldig reïncarnatie aangehaald. Ook het christendom spreekt van wedergeboorte en zelfs in de Islam is er sprake van verrijzenis uit de dood, daardoor heeft het mijn interesse. In de tachtiger jaren was er een serie op tv waar iemand personen onder hypnose bracht die zeer plaatselijke situaties beschreven waar zij volgens hun zeggen in het verleden gewoond hadden. Een vrouw uit Australië beschreef in Engeland een boerderij waar zij gewoond zou hebben. De beschrijving bleek minutieus te kloppen terwijl de vrouw van haar leven geen stap in Engeland had gezet.
Ook van een Hollander die in Oostenrijk had gewoond bleek de beschrijving naadloos te kloppen. Wat mij opviel was dat al die personen iets met de plaats die ze beschreven te maken hadden. De Australische vrouw was een blanke vrouw die een boerderij beschreef uit 1700. De meeste blanke Australiërs stammen af van de Engelsen, de Hollandse man had een Duitse naam. De film is heel overtuigend maar in de film was geen sprake van genetische herinnering. Ik heb de Nederlander die na de film als regressietherapeut commentaar gaf gebeld met de vraag of er ook stamboomonderzoek was gedaan Ik vroeg hem of het misschien mogelijk was dat informatie genetisch doorgegeven kan worden. Min of meer geïrriteerd brak hij het gesprek af en ik heb het gelaten voor wat het was. In de film is er geen sprake van stamboomonderzoek.
Wel vind ik een tekst in een andere film die toegevoegd lijkt waar in twee zinnen word geschreven dat het geen genetische herinnering kon zijn. Maar genetisch zijn wij met alles en iedereen verbonden. Ik gebruik weleens een Babushka poppetje om de eenheid van het bestaan te verduidelijken. Stel dat die pop de eerste vrouw is, die krijgt een dochter. Je maakt de pop open en haalt de volgende pop er uit, dat is de dochter. Zo ga je door tot het laatste poppetje, en dat ben jij. Vervolgens stop je ze allemaal weer in elkaar en de vraag is dan: ‘Waar heb je vanaf het begin der tijden in gezeten?
Vreemd fenomeen
Ook de hersens zijn een vreemd fenomeen, in de hersenstam zit het oudste gedeelte van ons brein. En is vergelijkbaar met het totale brein van een reptiel. Onze oerdriften liggen hierin opgeslagen. Het cerebellum of kleine hersens zorgen voor houding, spieren, en heeft een simpel geheugen, en is vergelijkbaar met het brein van vissen. Het limbisch systeem van de hersenen wordt ook wel de zoogdierhersenen genoemd. Dit alles is op te zoeken in het boek ‘Het wonder van het menselijk brein’ Er staat in beschreven hoe de hele evolutie in ons brein terug te vinden is Wat leuk is dat het gelijk loopt met het bijbelse scheppingsverhaal. Het oudste gedeelte van ons brein is verbonden met reptielen, met het cerebellum er bij vissen, met het limbisch systeem van zoogdieren, dan apen en vervolgens mens. Dus Darwin en de bijbel bijten elkaar niet, de hele schepping ligt keurig op volgorde in de hersens opgeslagen.
Dit alles zijn gedachtekronkels die zich in mijn hoofd afspelen, ze zijn zeker niet wetenschappelijk. Het zijn spinsels die mij te denken geven om tot de conclusie te komen dat er geen oplossing in ligt. En of reïncarnatie werkelijk bestaat? En wat er na de dood is? Volgens het boeddhisme is alles wat onderhevig is aan karma, oorzaak en gevolg, illusie.
Daarom vind ik het meest inspirerende verhaal het verhaal van Ikyu.
Zenmeester Ikkyu bezoekt een oude monnik die op sterven ligt. Ikkyu vraagt hem. ‘Zal ik u leiden? De oude monnik antwoordt: ‘Wat valt er te leiden? Ik ben alleen gekomen en ik ga ook alleen. Hoe zou u mij kunnen helpen?’ Waarop de meester Ikkyu antwoordt: ‘Als u denkt dat u komt en gaat, dan is dat een waanidee. Staat u mij toe het pad tonen waarop geen komen of gaan is.’ Wat meester Ikkyu tegen de oude monnik zei was zo duidelijk dat de monnik met een glimlach stierf.
Mijn hoop is dat ik de lezer flink in de war heb gebracht, boos gemaakt, dan wel flink laten lachen. Maar nog meer hoop ik dat dat omslaat in verwondering, het leven in ogenschouw nemen. Natuurlijk weet ik dat ik een grote stommeling ben en dat ’weten’ niet meer is dan het bestaan er van erkennen. Daarom hoop ik dat de realisatie niet lang op zich laat wachten en ik mij met recht een grote stommeling kan noemen.
Sjoerd Windemuller zegt
Tja, dat programma op tv bleek later nogal fake en frauduleus te zijn geproduceerd, heb ik altijd begrepen.
’t Geeft niets, echt houvast is als een 30 meter hoge gladde paal die met vet en groene zeep is ingesmeerd, met de opdracht klim erin en wat ga je doen als je boven bent,kun je je hele leven vooruit. Zo kort of lang als het duurt.
Zelf kan ik me uit de narcose van een operatie komende, mijn geboorte herinneren (denk ik). Met name de gang door het geboorte kanaal was nogal benauwend en stemde vreemd(?) genoeg overeen met wat mijn moeder vertelde toen ik haar daar later een keer over sprak.
Doodgaan is mijn hobby niet. Ik heb het een keer “geprobeerd” met een medische vergissing in het voorschrijven van medicatie en de gevolgen daarvan, maar hoewel ik klinisch dood werd verklaard, brachten ze me in het ziekenhuis toch weer bij kennis.
Ik vond het doodgaan heerlijk, zo rustig oplossen in het niets van de omgeving, maar het bijkomen en de draad weer opvatten vond ik pittig.
’t Geeft allemaal niets, ’t gaat allemaal voorbij en uiteindelijk gebeurd het. Zo ben je geboren, zo leef je en zo ga je dood.
Je kunt altijd nog kiezen om als een jezus, boeddha, profeet of wat voor een gewoon wijs mens dan ook te leven.
’t Maakt voor jouw eigen dood niet zoveel uit, je redt er de wereld niet mee, maar je kunt er anderen zo’n plezier mee doen om wijs en met compassie met ze om te gaan.
Een mooi levendig verhaal over jezelf Zeshin, wat weer allerlei associaties aan mij ontlokt.
Stiltespinster zegt
Een mooi verhaal waarin ik mijn eigen denken herken.
“Ben ik bang voor de dood,ik denk het wel ,maar ik weet het niet, ik sta nog niet voor dat moment”… Je staat altijd voor dat moment, denk ik.
Maak er wat moois van in de tussentijd want er is geen ontkomen aan.
Zeshin zegt
Ik had misschien beter kunnen schrijven “mijn lijf is nog niet in dat moment” (het is tenslotte altijd angst voor verlies) Teken aan de wand,…….? mijn poes komt net met een vogeltje binnen.Even Namu Kie Butsu gezegd en haar met vogel en al naar buiten gestuurd.