Het aantal lijstjes in de Pali-canon en dan vooral de abidhamma is haast eindeloos. Het is niet onlogisch – de teksten moesten eeuwen lang mondeling worden overgedragen totdat opschrijven technisch mogelijk werd, en rijtjes/lijstjes onthoud je makkelijker dan ellenlange monologen.
We moeten echter niet vergeten dat dit lijstjesgedoe een hulpmiddel is om de dharma te onthouden, en niet ‘de dharma zelf’. Sterker nog, de Boeddha was er kort na zijn verlichting levensgroot van overtuigd dat zelfs menselijke taal absoluut geen recht kon doen aan de spirituele ervaring, verlichting, die hij had doorgemaakt en met zich meedroeg. Vandaar de spreekwoordelijke ‘stem van brahma sahampati’ die hem vroeg toch maar te gaan onderwijzen, ‘voor die mensen die slechts weinig stof in hun ogen hadden en dus voldoende open stonden voor de leer’.
Verder is een bepaald Pali (of Sanskriet) woord vaak voor meerderlei uitleg vatbaar en varieert die uitleg soms zelfs met de context. Zo vind je meditatie al in de beginfasen van het spirituele pad terug, maar zit serieuze meditatie (sati en samadhi) pas aan het eind van het achtvoudig pad. En enerzijds kunnen juist inzicht en juiste intenties, vooraan het pad, onder wijsheid gerubriceerd kunnen worden; terwijl anderzijds in een andere populaire formulering, sila-samadhi-panna, wijsheid juist weer volgt ná diepe meditatieve ervaring. Dus het lijkt er sterk op dat er hier over verschillende niveau’s of zelfs betekenissen van respectievelijk meditatie en wijsheid gepraat wordt.
In dit praatje kijken we eerst naar mudita (medelevende vreugde) als onderdeel van de brahmaviharas. En daarna komt diens relatie met metta en de andere kusala-kammas (weer een rijtje!) aan bod omdat juist mudita zoveel te maken heeft met positiviteit en de diepere betekenis van de leer. Daarbij komt zelfs een vergelijking met een deze maand extra in de aandacht staande sport om de hoek kijken: het vrouwenvoetbal.
De brahmaviharas
Okay, mudita is deel van wéér zo’n rijtje, de vier brahmaviharas oftewel ‘goddelijke verblijfplaatsen’. De naam Brahma (de hoogste god van de hindoes, zijn rol naar Boeddha toe zag je hierboven al) duidt op de beeldspraken die Boeddha koos passend bij de toenmalige cultuur. De brahmaviharas zijn een concept ter ondersteuning van meditatie, en daarmee van je hele spirituele pad. Door te proberen deze kwaliteiten te ontwikkelen zul je gaandeweg verheven spirituele staten ontwikkelen, en dat kun je ook goddelijke verblijfplaatsen noemen; ook de hindoe-goden zaten op dit niveau, al was er vermoedelijk minder altruïsme aanwezig dan Boeddha predikte.
De kwaliteiten hebben elk hun ‘naaste’ en ‘verre’ vijand/tegenpool. Oftewel de emotie die er makkelijk mee verward kan worden, en de emotie die je abusievelijk kunt oproepen als je zonder de juiste positieve energie-voorbereiding probeert een bepaalde brahmavihara te ontwikkelen. Voor de laatste geldt duidelijk ‘bij twijfel niet doorbijten’, want zit zo’n giftige emotie verward met zuiverheid eenmaal dieper in je systeem dan is het best lastig wegpoetsen. Denk maar aan heel wat idealisten aan linker- en rechterzijde van het politieke spectrum die bijvoorbeeld vegetarisme en milieubewustzijn weten te combineren met rassenideologie of oproepen tot geweld-ten-dienste-van-het-ideaal, dus vormen van haat; ‘fighting for peace’ zoals het spreekwoord luidt. Naast eigen verkeerde aanpak (proberen dit te ontwikkelen zonder voldoende positiviteit) speelt ook groepsdwang hier een woordje mee, mensen maken elkaar soms aardig gek met verkeerde inzichten inplaats van positief sangha-gedrag te vertonen. Je moet met ontspoorde idealisten vooral mededogen mee hebben inplaats van hen te haten, maar ze hebben vermoedelijk ergens ‘op het pad vol goede bedoelingen de juiste afslag gemist en zijn de weg naar de hel ingeslagen’.
Brahmavihara | Naaste vijand | Verre tegenpool |
Metta
(Liefdevolle vriendelijkheid) |
Pema (bezitterige en conditionele liefde) | Haat, afkeer |
Karuna
(Universeel mededogen) |
Sentimenteel mede-lijden | Wreedheid, cynisme |
Mudita
(Medelevende vreugde) |
Vreugde met eigenbelang | Jaloezie, ‘Schadenfreude’ |
Upekkha
(Gelijkmoedigheid) |
Jezelf emotioneel afsluiten, ongevoeligheid | Hebzucht en wrok |
Mudita specifiek
Deze vier meditaties komen allemaal voort uit metta. De metta bhavana zal bekend zijn: begin met positiviteit voor jezelf, dan een goede vriend/vriendin, dan een neutraal persoon, dan een ‘moeilijk’ karakter en tot slot alle wezens. Bij karuna maak je contact met een persoon die pijn ervaart en dan kan jouw positiviteit tot mededogen voor haar/hem leiden; bij mudita maak je contact met zijn/haar vreugde en ben je daar oprecht deelgenoot van. En tot slot bij gelijkmoedigheid neem je alle emoties binnen en buiten jezelf oprecht waar, laat ze ook naar binnen, maar ‘overstijgt’ de individuele effecten ervan omdat je weet dat ze met wereldse winden verbonden zijn.
Specifiek voor mudita nog wat detail over de naaste en verre vijanden. Je begint de mudita bhavana met positiviteit voor jezelf, dan voor de goede vriend(in), en maakt contact met een moment in zijn/haar leven dat zhij echte vreugde ervaart. En probeert vervolgens datzelfde te voelen voor de neutrale en moeilijke persoon en zelfs voor het hele universum.
- Echte mudita betekent deze vreugde ervaren, en waarderen, als ‘deel van een universele vreugde die iedereen kan ervaren’.
- Vreugde-met-eigenbelang zou zijn als ons positieve gevoel vooral bestaat in ‘het gaat goed met MIJN vriend’ of ‘fijn dat MIJN nicht nu de loterij gewonnen heeft, dat is goed voor MIJN familie’. Er is weinig universeels aan, het is primair groeps-materialisme.
- En de tegenpool die ontstaat door op mudita te mikken maar de boot te missen is jaloezie, en tevens uitvergroten van de beperkingen van die persoon en daarvan genieten. Dus weliswaar zien dat de ander vreugde ervaart maar dan met een gevoel van ‘jammer dat ik minder vreugde ervaar’ en zelfs ‘wie hoog klimt zal diep vallen, en zodra dat gebeurt sta ik al aan de zijlijn klaar om mijn zoete wraak te kunnen voelen’.
Een-tweetje
De brahmaviharas komen voort uit ethiek/sila. En specifiek allemaal uit metta, de basis van alle ik-neem-op-me-ervan-af-te-zien leefregels. Maar als je ‘m uitstrekt naar bredere vreugde dan kan het weer een gedachtensprong vormen naar de vijf kusala-kammas (ook wel ‘vijf dharmas’ of ‘vijf kamma-pathas’genoend); een hoger niveau met andere context van diezelfde ethiek. En die leiden uiteindelijk tot verlichting.
Om een voetbal-analogie te geven: Lieke speelt de bal naar Vivianne om te vermijden dat een tegenstandster de bal afpakt, ze loopt voorbij die tegenstandster en krijgt de bal teruggespeeld. Jawel, de Leeuwinnen-versie van het een-tweetje. En die zien we hier ook in boeddhisme – van metta via meditatie weer terug naar diepere metta. Het verschil is de context waarin metta gebruikt wordt; als kusala-kamma is het niet zozeer ondersteuning in je meditatie, maar een totale zijnstoestand waarin een verlicht wezen van nature opereert.
Positiviteit in de kusala kammas
Juist mudita heeft veel te maken heeft met positiviteit en de diepere betekenis van de leer. En is voor mij dus een gedachtenspring naar de kusala kammas. Die vormen een hele goede manier om dharma uit te leggen zonder iets van negatief interpreteerbare begrippen zoals lijden, insubstantialiteit en geen-permanent-zelf. Om nog even de lijst te geven:
Kwaliteit | Formuleringen (negatieve ‘sila’ en positieve kusala kamma) |
Metta
(liefdevolle vriendelijkheid) |
· Ik neem op me ervan af te zien levende wezens kwaad te doen.
· Met daden van liefdevolle vriendelijkheid zuiver ik mijn lichaam. |
Dana
(Vrijgevigheid) |
· Ik neem op me ervan af te zien te nemen wat niet is gegeven.
· Met gulle edelmoedigheid zuiver ik mijn lichaam. |
Samtushti
(Rust, Eenvoud en Tevredenheid) |
· Ik neem op me af te zien van seksueel wangedrag.
· Met rust, eenvoud en tevredenheid zuiver ik mijn lichaam.
|
Satya
(Eerlijkheid) |
· Ik neem op me af te zien van onware spraak.
· Met eerlijke communicatie zuiver ik mijn spraak. |
Sati
(Achtzaamheid/bewustheid) |
· Ik neem me voor af te zien van het gebruik van bedwelmende middelen.
· Met bewustheid en opmerkzaamheid zuiver ik mijn geest. |
En die omschakeling kun je als volgt zien. Lijden (dukkha) moet je niet direct proberen te attaqueren en verminderen. Het is een diepgeworteld te veel waarde hechten aan samsarische dingen die voorbij zullen gaan. Je lichaam, fysiek genot; je gedachten en meningen; je hele idee van een zelfstandige entiteit zijn die primair ten koste van anderen kan leven, inplaats van in diepe verbinding met anderen te handelen. Dus ja, het kan niet in directe zin opgelost en beeindigd worden.
Je beste ontwikkelroute is de indirecte. Je gaat langzaamaan proberen om je levensinstelling te baseren op de vijf kusala karmas (positieve leefregels). Metta, vrijgevigheid, rust-eenvoud-tevredenheid, eerlijkheid en helderheid-van-geest. En naarmate die meer deel van je leven en persoonlijkheid worden verdringen ze de mate van lijden omdat je de waarde van samsara dan juist gaat inschatten. Het is net als dingen die voor een kind van 10 essentieel speelgoed zijn en voor een tiener van 15 ‘kinderachtig gedrag’; je ontgroeit langzaamaan het hechten aan overdadig materieel bezit, status, trots en zelfs je over-eigenwijze mening!
De vijf kusala kammas zijn pas 100% te realiseren door een verlicht persoon, of je dat nu arahat of bodhisattva noemt. Metta zonder enig voorbehoud, dana waarbij je geen verschil tussen mijn en dijn ervaart (in positieve zin), echte tevredenheid, echte helderheid – dat gaat gewone stervelingen zoals mij boven de pet op de meeste momenten.
Dus het is gewoon een andere taal voor iemand die in Pali-bewoordingen daarna niet meer wedergeboren zal worden.
Als aspirant-verlichte, oftewel ‘boeddhist’ en slechts volgeling van de leer, halen we dat niveau niet. Maar waar we ze wel met vlagen halen maken we het leven al een stuk prettiger voor ons allen samen en voor onszelf, ja. De kusala kammas impliceren in hun volmaakte niveau dat einde van dukkha (en van anatman en anitiya, de andere twee kenmerken van samsara.) En het gevoel dat je hebt als je meer en meer volgens de kusala kammas leeft raakt aan, jawel, mudita.
Het doel
En daar komen beide paden, de brahmaviharas en de ethiek dus samen. Beiden zijn uitdrukkingsvormen, en hulpmiddelen mits omgezet tot oefenpad, richting dat ideaal van de Boeddha. Of je dat nu verlichting-als-arahat noemt, of bereiken van perfecte wijsheid en perfect mededogen, of het ideaal van de eeuwig aktieve bodhisattva. Zie het gewoon als een wedstrijd tussen team-Boeddha en team-Mara, en met een-tweetjes zoals deze zijn doelpunten voor team-Boeddha gegarandeerd.
kees moerbeek zegt
‘Het doel
En daar komen beide paden, de brahmaviharas en de ethiek dus samen. Beiden zijn uitdrukkingsvormen, en hulpmiddelen mits omgezet tot oefenpad, richting dat ideaal van de Boeddha. Of je dat nu verlichting-als-arahat noemt, of bereiken van perfecte wijsheid en perfect mededogen, of het ideaal van de eeuwig aktieve bodhisattva. Zie het gewoon als een wedstrijd tussen team-Boeddha en team-Mara, en met een-tweetjes zoals deze zijn doelpunten voor team-Boeddha gegarandeerd.’
Ik mis iets, Ujukarin. En dat is een antwoord op de vraag: ‘Wat kunnen we in praktische zin doen met je praatje over deze wijsheid, in het hier en nu?’ Ik wil niet vervelend doen, maar zou het kunnen zijn dat je aanraadt het Achtvoudige Pad te volgen?
Namo Guanshiyin pusa!
Ujukarin zegt
Hoi Kees,
Mee eens. Maar ook de vijf leefregels te volgen (negatieve en positieve) en dat is weer veel meer dan alleen maar de stap ‘juist handelen’ van het achtvoudige pad. En misschien ook wel Mudita als onderdeel van de Brahmaviharas te gaan ontwikkelen…
With folded palms,
G.J. Smeets zegt
Uju,
wat aardig te vernemen dat jij – die jezelf hier ooit op ’kort lontje’ betrapte – jezelf ook in medevreugde onderdompelt. Something creeping up? ?