Als iets onze wereld, onze persoonlijke relaties en onszelf kan redden van egoïsme, haat en geweld is het mededogen. Een liefdevol woord en vooral een liefdevolle daad, zijn het meest essentiële wat we een ander kunnen geven. Empathie is het vermogen om mee te leven met een ander. Boeddhistisch mededogen gaat verder dan empathie. Mededogen is geen medelijden, waarmee je jezelf onwillekeurig wat boven de ander plaatst. Mededogen is ook niet enkel meeleven maar je zo diep mogelijk inleven in een ander. Empathie die je verdiept tot je zo dichtbij de ander komt dat je ook bereid bent om zijn pijn te ervaren. Om zijn pijn zelfs mee te dragen.
Boeddha ervoer verlichting als een bewustzijn dat vervuld is van liefdevolle vriendelijkheid, ‘metta’. Metta is niet ons gekende soort liefde met een sensuele, emotionele of sentimentele lading. Metta is een vorm van liefde waarmee je de ander niet wil bezitten. Het gaat ook niet enkel om één geliefkoosd ander, zelfs niet enkel om mensen, maar om het welzijn van alle levende wezens. Het is een intens gevoel van verbondenheid met alles wat leeft, het besef van hoe kwetsbaar al het levende is. Zodoende valt ons eigenbelang weg, en onze superioriteit, zelfs onze vanzelfsprekend lijkende superioriteit aan een insect.
Zoals Boeddha het zei, klinkt wijsheid ontwikkelen tamelijk eenvoudig: ‘Wie op vaardige wijze naar het heil wil streven, na de toestand van vrede begrepen te hebben, dient het volgende te doen. Die behoort kundig, eerlijk en oprecht te zijn, zachtaardig, voorkomend en bescheiden.’
Maar die eenvoudige manieren om wijsheid te ontwikkelen vergeet ik wel telkens opnieuw en moet ik telkens opnieuw weer inoefenen. Wijsheid is inzicht in de ware aard van de realiteit, wanneer we het onderscheid kunnen maken tussen fenomenen en hoe we ons die fenomenen voorstellen. Inclusief het onderscheid tussen hoe wij ons als mens hechten aan onze eigenschappen en hoe we vrije wezens zouden zijn indien we ons niet aan ons zelf vastklampten. ‘Zachtaardig, voorkomend en bescheiden zijn’, zijn drie eigenschappen van mededogen. Eenvoudige eigenschappen, maar is het in de praktijk geen ongelooflijke uitdaging opdracht om ernaar te leven?
Wijsheid leidt tot mededogen. Als we onze ware aard inzien, en ons zelf loslaten, zien we vanzelf ook de ware aard van anderen, en voelen we hun pijn. Omgekeerd leidt mededogen tot wijsheid. Door de ware aard van anderen te zien en hun pijn te voelen, herkennen we onze eigen ware aard, gelijkaardig en tegelijk verschillend van anderen. In het zenboeddhisme is daar een mooie omschrijving voor: ‘Wil de vogel van verlichting kunnen vliegen, moet hij twee vleugels hebben: die van wijsheid en die van mededogen.’
Liefdevolle vriendelijkheid is een allesomvattende geest van de liefde cultiveren voor alles in het universum. Als je liefde intens is, ben je bereid om jezelf op te offeren. Op dat moment stijg je boven jezelf uit, weet je wat je anderen nodig hebben en wat je voor hen kan doen. Boeddha zei daarover: ‘Net zoals een moeder haar eigen leven inzet om haar eigen zoon, haar enig kind, af te schermen van pijn, laat alles omvattende gedachten voor alle wezens de jouwe zijn.’ In deze eeuw kan je overigens ook als vader zo liefdevol zijn.
Liefdevolle vriendelijkheid bevrijdt ons. Als een moeder of vader zorgen voor een hulpeloos kind, betekent ook dat je het kind loslaat als het zelfstandig is. Zo lang ik daarvoor nog niet eenvoudig genoeg van geest ben, kan ik maar beter blijven oefenen in bescheidenheid en zachtaardigheid.