De redactie van het Boeddhistisch Dagblad is geïnteresseerd in de ervaringen van mensen die het boeddhistisch pad volgen. De leer bestuderen en praktiseren. Al of niet op een kussen of in een sangha of in je eentje. Ben je zo’n iemand en wil je je ervaringen delen- hoe je het boeddhisme hebt ontdekt, wat het je opbracht en niet, je teleurstellingen en hoop, je verwachting, welke richting je volgt en waarom, of als je het boeddhisme weer hebt verlaten- stuur ons jouw ervaringen in een niet zo’n heel lange tekst toe om in de serie Boeddhistische doeners en denkers gepubliceerd te worden.
Boeddhisme, waar begin ik, waar eindig ik.
Jaren buiten Nederland geleefd, gewerkt en gewoond. Erop uitgestuurd om in verschillende landen export naar Europa goed te laten verlopen. Niet omdat ik dit wilde, het was werk in veranderende tijden. Mijn motto werd: om mensen iets te laten leren, jezelf iets vooral ontleren. Welke filosofie je gebruikt maakt niet uit, als je eigen acties maar doeltreffend zijn.
Een ding viel mij meteen op, dat elke mens, hoe stereotiep Desmond Morris – The Naked Ape, waar dan ook, in vorm precies hetzelfde is. Dezelfde lucht ademend, dezelfde aspiraties, familie, spelen, lachen, huilen, angst en liefde. Dezelfde actie(s) met mythologische complexiteit. Kleding was dan soms wel iets anders, eten ook trouwens…
Om dit zelfde ‘zijn’ verder te begrijpen en om vandaaruit mensen te helpen bij hun eigen verbeteren, moe(s)t ik mijzelf dus begrijpen en verbeteren voor mijn functioneren. Mijn innerlijke vraag was welke rol moest ik aanhouden? Die van vertegenwoordiger, techneut, diplomaat, ontwikkelingswerker, zendeling, koloniaal of gewoon mens zijn? Of juist niet? Was het gewoon dit: persoonlijke frustratie, woede, daarna gezichtsverlies en weer voortgaan. Moet ik nu nog extra formeel bijleren of juist een voorbeeld nemen aan mensen die juist niets geleerd hebben? Hun andere vorm van de waarheid benijden… was dit mijn mentale chantage?
Met boeddhisme kwam ik 28 jaar geleden in aanraking. Niet zozeer de filosofische kant, eerder mijn gevoel werd op een zeer merkwaardige manier ‘aangeraakt’.
In de schaarse vrije dagen wilde ik ‘mijn’ leefgebied verkennen. Hoe beter dit te doen dan in de rol van toerist! Wonderlijke kleuren opnemend, beelden, geuren en paden lopende; ‘Agh, uiteindelijk kende ik de plaatjes wel ergens van’. Totdat ik in een tempel binnenstapte. In een aparte ruimte zag ik gele gewaden, geklede kale hoofden, mensen voortschrijden. Volkomen los van de wereld, volkomen ‘anders’. Vreemd, ontstemd en tegelijkertijd overweldigend mij het gevoel gevend van eindelijk thuiskomen? Wow, wat gebeurde hier? Sterker dan in Nederland thuiskomen voelde…
Sinds die tijd boeddhisme. Is het een toeristentocht, tot op heden, met een voelbare bodem? Sinds die tijd, spreekwoordelijke en letterlijke levenspaden bewandelend, gevallen, opgestaan, ravijnen in gedonderd en eruit geklommen.
Ik weet nu een ding, ik ben geen boeddhist. Heb wel een kaal hoofd.
Voor sommigen ben ik (het) licht, toeverlaat, coach, grappig energievol wezen. Toch, schemering en donkerte komen mij als geesten in mijn doen en denken nog altijd voorbij. Ik heb geen Sangha, of zijn het toch die mensen tijdelijk om mij heen? Sterker nog, hoe de verschillende boeddhistische stromingen zichzelf noemen vergeet ik iedere keer!
Alleen voel ik mijn oplettendheid als mensen een zittend boeddha beeld vereren met wierook en gebeden. Dezelfde oplettendheid als ik een arend op een verkeersbord zie zitten. Dezelfde oplettendheid als ik mensen met een innerlijke lach tegemoet kom. Dezelfde oplettendheid in mijn persoonlijke zoektocht naar ‘nothingness’.