Een vertegenwoordiger van de boeddhistische organisatie Plum Village noemt de gezondheid van de belangrijkste leraar Thich Nhat Hanh (92) ‘opmerkelijk stabiel’, daarmee geen oordeel uitsprekend over de staat van zijn gezondheid. Thay, zoals de leraar door zijn volgelingen genoemd wordt, kreeg in november 2014 een beroerte waarvan hij-ondanks intensieve medische behandeling in de VS, nooit volledig is hersteld.
Drie maanden geleden keerde hij terug naar zijn geboorteland Vietnam om de resterende tijd van zijn leven door te brengen in de Root tempel waar hij zijn boeddhistische jeugdopleiding volgde. De boeddhistische leraar krijgt een oosterse behandeling en acupunctuur en gaat regelmatig met zijn rolstoel op pad voor een ritje over het tempelterrein, zegt de woordvoerder.
De verklaringen van Plum Village zijn in tegenspraak met een rapport dat deze week door Liam Fitzpatrick is gepubliceerd in het tijdschrift TIME, gebaseerd op een reis die Fitzpatrick zes weken geleden naar de tempel van Thich Nhat Hanh maakte. Fitzpatrick schreef dat Thich Nhat Hanh, toen hij op bezoek was, “eruit zag alsof hij op elk moment zijn laatste adem kon uitblazen”. Hij meldde ook dat Thich Nhat Hanh de medicatie had geweigerd en zijn woning deels vanwege zijn slechte gezondheid niet meer verliet.
