Onder de ruim 655.000 Rohingya-vluchtelingen in Bangladesh is een uitbraak van difterie vastgesteld. Teams van Artsen zonder Grenzen hebben sinds 21 december meer dan 2.000 mogelijke besmette mensen gezien. De meerderheid van de patiënten zijn kinderen tussen 5 en 14 jaar.
Difterie is een besmettelijke bacteriële infectie die de longen of luchtweg kan aantasten en zelfs het hart en zenuwstelsel kan beschadigen. De ziekte komt door een toegenomen vaccinatiegraad in een groot deel van de wereld nauwelijks meer voor. ‘Als je werkt met een grote vluchtelingenpopulatie let je altijd op uitbraken van ziekten,’ stelt medisch noodhulpcoördinator Crystal Van Leeuwen. ‘We monitoren op ziektes als tetanus, mazelen, polio. Dat er difterie uitbreekt, hadden we niet verwacht.’
De verspreiding van difterie is illustratief voor de kwetsbaarheid van de Rohingya in Bangladesh. De meerderheid van de vluchtelingen is niet ingeënt, omdat zij in Birma (Myanmar) nauwelijks toegang hadden tot routinevaccinatieprogramma’s. Difterie verspreidt zich via de lucht of door menselijk contact. De leefomstandigheden in de kampen, waar tot tien mensen een kleine beschutting delen, werken verspreiding in de hand. De Rohingya zijn naar Bangladesh gevlucht om uit handen te blijven van het Birmese leger en boeddhistische bendes die sinds 25 augustus hun dorpen platbranden en mannen, vrouwen en kinderen doden.
Behandelcentra
Artsen zonder Grenzen behandelt patiënten in speciaal opgezette behandelklinieken in Balukhali en Moynarghona. Ook is er een behandelcentrum opgezet in Rubber Garden, dat eerst een transitcentrum was voor nieuwe vluchtelingen. Naast directe medische zorg gaan teams de uitbraak tegen door mensen op te sporen die mogelijk contact hebben gehad met patiënten en met zorgvoorlichting. Artsen zonder Grenzen ondersteunt daarnaast het Bengaalse ministerie van Volksgezondheid en andere hulporganisaties bij het uitvoeren van een grote vaccinatiecampagne.
‘De uitbraak van difterie gebeurt naast een uitbraak van mazelen en komt bovenop de enorme andere medische noden van deze bevolking,’ zegt landencoördinator Pavlo Kolovos. ‘Ze zijn uiterst kwetsbaar en leven in overbevolkte kampen, waar de waterkwaliteit en hygiënische voorzieningen slecht zijn. Zolang die omstandigheden niet verbeterd worden, zullen we blijven vechten tegen dit soort ziekte-uitbraken.’