Gyaltsen Norbu, de door de Chinese regering geinstalleerde en niet door de Dalai Lama erkende elfde Panchen Lama, heeft opgeroepen tot strengere controle op monniken die niet vast aan één tempel verbonden zijn. De zogenoemde zwervende monniken zijn hem volgens bijzonder gevoelig voor het breken van boeddhistische voorschriften. Norbu sprak zich uit in een van de zeldzame openbare commentaren tijdens het vierde World Buddhist Forum in Wuxi, in de buurt van Shanghai.
De uitspraak van deze Panchen Lama kan gezien worden in het licht van de pogingen van de Chinese autoriteiten om meer grip te krijgen op boeddhistische monniken in Tibet. Peking wil graag één koepel waar alle monniken onder vallen om de dissidente monniken, die ageren tegen de Chinese overheersing van Tibet, aan te kunnen pakken. Zwervende monniken vallen niet onder het toezicht van een klooster. In de afgelopen jaren heeft Peking er op aangedrongen dat Tibetaanse monniken de boeddhistische voorschriften volgen om zo ook zelfverbrandingen te voorkomen. Naast de inspanningen om de monniken te binden aan hun eigen voorschriften, hebben Chinese autoriteiten nieuwe regels geïntroduceerd voor het beleid van kloosters, die allemaal zijn bemand door de politie.
De opmerkingen van Norbu zijn een illustratie van een terugkeer naar de partijlijn, na een toespraak in maart waarin hij waarschuwde dat China quota op het aantal Tibetaanse monniken en nonnen zal invoeren. Analisten menen dat hij namens de Chinese partijtop sprak, anderen twijfelen daaraan. Drie maanden later riep voorzitter Xi Jinping een vergadering bijeen waarin Norbu zei hij dat hij zijn leven in dienst stelde en zou voldoen aan de vurige verwachtingen van de partij en de mensen.
Omslagfoto Ronald Bruining.