Het is al geruime tijd onrustig in en buiten de Cambodjaanse boeddhistische tempel Khemara Boeddhikarama in Long Beach, Californië, VS. De oorzaak van het probleem is volgens de demonstranten het uit de tempel verwijderen van vier monniken die kritiek hadden op de houding van het bestuur inzake donaties die bestemd zijn voor nieuwbouw. Volgens het tempelbestuur hebben de monniken juist geld van donaties in eigen zak gestoken.
Op straat bij de tempel staan schreeuwende demonstranten, die eisen dat de monniken weer toegelaten worden tot de tempel van de grootste Cambodjaanse gemeente in Long Beach. Ook in de tempel zelf zetten tegenstanders de raad van bestuur onder druk om een openbare hoorzitting te organiseren om te reageren op hun beschuldigingen van financieel wanbeheer. Een belangrijk punt voor de demonstranten is de meer dan 300.000 dollar aan donaties, die het bestuur opzij zou hebben gezet voor de bouw van een tweede pagode. De demonstranten eisen opheldering.
Begin oktober van dit jaar sloten enkele bestuursleden bijgestaan door politiemensen voor tien dagen de tempel, zogenaamd voor een reorganisatie, waarbij de monniken in oude auto’s moesten slapen en een aantal van hen in tenten in tuinen van volgelingen moesten kamperen.
Aanhangers van de vier monniken zeggen dat het bestuur – dat in september een rechtszaak won om twee van de monniken uit de tempel te zetten, hen straft omdat ze het niet eens zijn met de prioriteiten van het bestuur. Het bestuur zegt dat de twee verwijderde monniken een groot bedrag aan donaties niet afgedragen hebben aan het tempelbestuur.
In november 2018 hebben deze monniken volgens het bestuur meer dan 60.000 dollar aan donaties ontvangen waarvan ze uiteindelijk, na dwang van de penningmeester, 15.000 dollar terug betaalden.
De 300.000 dollar waarvoor de demonstranten en aanhangers van de verdreven monniken van de raad van bestuur opheldering eisen, is volgens het bestuur deels toegewezen aan een bouwfonds om de nieuwe Preah Vihear tempel te bouwen- volgens klassieke Cambodjaanse architectuur.
De verdreven monniken ontkennen de beschuldigingen van malversaties met donaties.
.
