Boeddhistische monniken van de prominente Drugpa Lineage houden een driedaagse voettocht voor de vrede in Birma, waar al tijden lang een etnische onrust heerst. De Drugpa-monniken zijn voornamelijk gevestigd in India en Kasjmir en hebben een lange geschiedenis op het gebied van interreligieuze vredesactiviteiten. De voormalige militaire regering van Birma staat aan de vooravond van een grote overgang naar een pro-democratisch model onder de Nobelprijswinnares Aung San Suu Kyi, die met haar nationale Liga voor democratie in november vorig jaar de verkiezingen won.
De ‘padyatra’ of voettocht is er een van vrede en harmonie. Drugpa Thuksey Rinpoche, die de reis leidt, is de spirituele regent van Gyalwang Drukpa, het geestelijke hoofd van de Drugpa’s, met meer dan duizend kloosters in de Himalaya. De tocht is een uitvloeisel van de driedaagse wereldomvattende boeddhistische vredesconferentie, georganiseerd door de Sitagu International Buddhist Academy in Birma, met afgevaardigden uit 65 landen. De deelnemers aan de voettocht voor de vrede passeren belangrijke en kleinere steden, waar naar verwachting tienduizenden mensen uit de lokale bevolking zich bij de monniken aan zullen sluiten.
Monniken van de Drugpa Lineage organiseerden al eerder expedities en voettochten. Vorig jaar november was dat met 250 ‘Kung Fu nonnen en was gericht op milieubewustzijn, emancipatie van vrouwen en vreedzame co-existentie. ‘Kung Fu nonnen’ zijn boeddhistische nonnen die de krijgskunst beheersen. De eerste voettocht buiten India door Drugpa-monniken was in Sri Lanka in 2013. Na de waterstortvloeden in de regio Leh in 2010, plantten de Drugpa-monniken 50,033 bomen en struiken in dat gebied. Twee jaar later gebeurde dat onder leiding van de Gyalwang Drukpa nog eens en werden in minder dan een uur door 9,814 mensen 99,033 bomen geplant.
In 2009 verzamelden de boeddhistische monniken, actief in Nepal en India, met nonnen en vrijwilligers 60.000 plastic flessen, 10.000 kauwgum resten 5.000 blikjes voor koolzuurhoudende dranken, om de wereld te wijzen op de gevaren van niet-afbreekbaar materiaal.