De verkoop van Tibetaans grond- en bronwater in plastic flessen aan Tibetanen is ordinaire diefstel, stelt de organisatie Tibet Rights Collective. China steelt het grondwater van Tibet en verkoopt het terug aan Tibetanen, die het eerder gratis kregen. In een van de advertenties was een jonge Tibetaanse nomadenvrouw te zien die een Chinees merk flessenwater promoot dat eigenlijk uit Tibet komt.
China heeft de status van de eens zo trotse en zelfvoorzienende nomaden van Tibet gereduceerd tot bedelaars. De CCP heeft hun traditionele weidegronden met geweld afgepakt om plaats te maken voor zogenaamde ‘natuurreservaten’ en daardoor zijn de nomaden afhankelijk van de karige subsidies van de Chinese overheid. Behalve thee was dit alles gratis beschikbaar voor de nomadische yakherders. Ze kampeerden in de buurt van rivieren, meren of andere waterbronnen om hun eigen water te halen. Nu moeten ze water kopen dat Chinese ondernemers bottelen door het overvloedige grond- en bronwater van Tibet aan te boren.
De advertenties zijn vooral bedoeld om gebotteld water aan de Chinezen te verkopen door te zeggen dat dit voor hen het schoonste water is, maar dat is niet zo. De ooit ongerepte rivieren van Tibet zijn niet langer betrouwbaar. De vervuiling door de ongebreidelde Chinese mijnbouw heeft sommige delen van de rivieren gevaarlijk gemaakt, met yaks die sterven door besmet water.
Begonnen in 2006 met een paar waterbottelaars op de hoogvlakte, groeide het aantal bedrijven tot bijna 30 in 2014, aangemoedigd door belastingvoordelen en zware subsidies van de staat. In 2014 tekende de regionale regering van Tibet contracten met 16 grote bedrijven om de waterbottelindustrie uit te breiden. Het doel is om in 2025 10 miljoen ton gebotteld water te produceren, een exponentiële toename.