Een sprong in het duister.
Een alomvattend antwoord
Vragen verbijsteren, mensen willen antwoorden, liefst alomvattende. Boeddhisme is zo’n alomvattend antwoord, hoop je als je eraan begint.
Wat blijkt? Ook boeddhisten denken zich rot. Niet alleen over het leven, dan ben je wel even zoet, maar ook over het boeddhisme, en dan ben je levens lang zuur.
Als de Boeddha maar een fractie van alle edele woorden heeft gedacht die hem sinds zijn verscheiden in de edele mond zijn gelegd, zal zijn edele tong permanent op zijn edele delen hebben gehangen.
Bezeten doordenkerij
Ook boeddhisten denken zich rot, zei ik, maar dat moet zijn: juist boeddhisten denken zich rot.
Wie antwoorden zoekt in het boeddhisme wordt geconfronteerd met een enorme berg overgeleverde geschriften – theorieën en praktijken van tweeënhalf millennia bezeten doordenkerij over de weg uit de theorieën en praktijken van tweeënhalf millennia bezeten doordenkerij.
De verheven Boeddha blijkt een hollebollegeest, zijn verheven voertuig een hollebollewagen.
Een beginnende boeddhist staat voor de herculische taak om de juiste gedachten van de onjuiste te scheiden. Mocht de enige juiste gedachte toevallig die van Sengtsan zijn – dat hemel en aarde uiteen splijten zodra je ook maar het geringste onderscheid maakt – dan heb je pas echt een probleem. Omdat die gedachte zelf onderscheid maakt: tussen wel en niet onderscheiden, tussen hemel en aarde.
Scherven van gebroken denkramen
Al ben ik zelf geen boeddhist of non-boeddhist of ex-boeddhist en nooit geweest, over bezeten doordenkerij en redeloze gehechtheid aan lievelingsgedachten kan ik meepraten. Alsof het onschatbare parels zijn, goddelijke ingevingen met eeuwigheidswaarde.
Niet-weten is de wonderbaarlijke transformatie van de hollebollegeest in de weetnietgeest. Radicale onthechting van je lievelingsgedachten. Zien dat het geen parels zijn maar scherven van gebroken denkramen. Schilfers van de glazen ogen van dode agogen.
Er is geen weg naar niet-weten. Er is geen voertuig naar niet-weten. Niet-weten is een sprong in het duister. Of, in mijn geval, een val.