De vlinder in mij liet zich niet alleen zien door mijn lichaam, dat wonderbaarlijk genas, maar nog duidelijker door de manier waarop ik met mezelf omging. Vóór mijn metamorfose had ik bijna alleen maar aandacht besteed aan de behoeften van anderen en mijn eigen behoeften altijd op de tweede plaats gezet. Nu was dat ineens anders. Ik was zo gedreven en levenslustig dat ik vastbesloten was uit te zoeken waarvan ik genoot en wat voor mij goed voelde. (bladzijde 161)
… Door deze overgave accepteerde ik niet alleen bewust de dood en de gevolgen ervan, maar liet ik ook voor het eerst in mijn leven de controle los. Een voortdurende innerlijke strijd was gestopt sinds ik vrede met mezelf had gesloten en liefdevol naar mezelf keek. (bladzijde 164)
Een schitterend ongeluk
Op 28 september 2009 kwam Anke Evertz verkleumd thuis en probeerde de open haard aan te steken. Dit ging helemaal mis. Het draaide eropuit dat haar trainingspak en haar haren vlamvatten. Meer dood dan levend werd ze met derdegraadsbrandwonden met een traumahelikopter naar het ziekenhuis gebracht. De artsen vochten voor haar leven en ze werd negen dagen kunstmatig in coma gehouden.
Tijdens deze negen dagen beleefde ze een bijna dood ervaring met momenten van diepe rust, intens geluk en gevoelens van absolute bevrijding. Ze werd een totaal ander mens. Ze houdt nu lezingen en geeft cursussen waarbij ze mensen aanmoedigt om hun ware zelf te ontdekken. Ze heeft inmiddels een boek geschreven over haar ervaringen en een website maar je je op haar nieuwsbrief kunt abonneren.
Het boek bestaat uit vier delen. In het eerste deel beschrijft ze de ervaring van haar ongeluk en haar verpleging. In het tweede deel vertelt ze hoe een innerlijke gids haar meeneemt op reis door de spirituele werelden. In het derde deel lezen we hoe ze voorspoedig geneest, maar opnieuw aan haar lichaam moet wennen en ontdekt dat ze een totaal andere persoon is geworden. Het vierde deel tenslotte is meer direct tot de lezer gericht en bevat aanbevelingen en instructies om haar transformatie mee te beleven.
Naar ‘de bron’
De schrijfster vertelt hoe in haar totale overgave een innerlijke gids haar in haar transformatie leidt. Hij neemt daar mee in een fijnstoffelijke wereld waar alles bestaat uit licht, geluid en trillingen ruimte en tijd verliezen hun betekenis. Deze gids krijgt zelfs menselijke trekjes. Hij nam mij in zijn armen, zoals hij dat al zo vaak had gedaan, en heel voorzichtig om me aan te passen aan mijn aan zijn hoge trilling, die ik zo goed kende. Het voelde alsof ik met zijn hulp voorbij mijn materiële wereld en een beperkte horizonten kon glijden en makkelijk mijn lichaam kon verlaten (bladzijde 171 – 172).
Ze ziet haar afgelopen leven in vogelvlucht en allerhande betekenisvolle gebeurtenissen vanuit het perspectief van een toeschouwer. Er komen heel wat vragen bij erop over de zin van het leven en er bestaan gaandeweg in de verschillende reizen door het fijnstoffelijke heelal worden deze vragen beantwoord. Het belangrijkste is dat ze alles leert loslaten.
Alles wat een mens meemaakt is volgens haar betekenisvol en staat in dienst van een hoger doel. Volgens haar kiezen we onze leven voordat ze worden geboren. De schrijfster ziet hoe ze al vele vorige levens verschillende relaties heeft gehad met haar ouders en hoe in haar huidige leven deze ervaringen als vader worden uitgewerkt en voltooid. Zelfs haar schitterende ongeluk had ze al van tevoren gepland, als een soort wake-up call, zoals ze dat noemt.
Als ze na haar behandeling in het ziekenhuis weer terug mag naar huis, probeert ze te begrijpen wat ze heeft meegemaakt. Ze leest boeken, maar haar denkgeest schiet tekort. Alleen in een boek over kwantumfysica vindt ze relatief begrijpelijke verklaringen van ruimte en tijd, hoger bewustzijn en oneindige mogelijkheden. Ze ziet trouwens niet alleen de fijnstoffelijke structuur van het heelal, maar ook van de gewone dingen. Haar lichaam bleek een universum op zichzelf te zijn dat bestond uit fijne energetische structuren en trillingen die voortdurend veranderden.
Als er een vraag bij opkomt, kan ze nu door haar aandacht erop te richten een antwoord krijgen in de vorm van fijnstoffelijke beelden. Dat gewone mensen zoiets niet kunnen zien, komt volgens haar doordat zij ingekapseld zitten in een soort cocon van individualisme. Daardoor zijn ze vergeten wie ze werkelijk zijn en ten prooi aan eenzaamheid, boosheid en angst.
De magie van het loslaten
Eenmaal weer thuis doet de transformatie zich pas goed gelden. Evertz blijkt een ander mens geworden te zijn. Ze verveelt zich vaak bij anderen mensen omdat die over triviale dingen praten. Haar eigen verhaal kan ze maar moeilijk kwijt. Ze scheidt van haar man, ze gooit oude spullen weg en koopt nieuwe kleren. Vaak voelt een situatie niet goed en dan onttrekt ze zich eraan.
Er waren nu een oude en een nieuwe ik. Die zijn zo radicaal en totaal verschillend dat ik het soms nog steeds moeilijk vind om er woorden voor te vinden. … Zodra ik iets deed wat niet goed voelde, reageerde mijn lichaam met een gevoel van ongemak of werd ik zelfs ziek. Hij liet me meteen zien wanneer ik mezelf in situaties plaatste die ik in mijn oude leven met een glimlach zou hebben geaccepteerd – bijvoorbeeld als ik me zonder het te beseffen aanpaste aan de wil van andere mensen terwijl ik dat eigenlijk niet wilde… (bladzijde 165). Ze laat zich leiden door haar gevoel en haar lichamelijke reacties. Ze ondervindt zelfs geheugenverlies, verdwaalt of weet niet meer waarvoor ze naar de supermarkt is gekomen. Ze vat dit echter allemaal op als overgangsverschijnselen. Naast deze ervaring blijft de gelukzalige herinnering aan de ervaringen tijdens haar coma op de achtergrond en als ze haar aandacht erop richt kan ze deze ervaringen zelfs weer oproepen.
De sleutels naar een nieuw leven
Dit boek is een bescheiden poging om haar ervaringen met anderen te delen. Ze vertrouwt erop dat lezers de trillingen van de bladzijden in zich op zullen nemen. Elke lezer is immers met haar verbonden (bladzijde 199). Ze heeft acht gouden sleutels in zichzelf ontdekt die elk mens ook in zich heeft dit zijn:
- overgave, op het moment van het ongeluk gaf zij zich over aan de situatie en accepteerde ze de dood.
- dankbaarheid, die zij definieert als eigenliefde (bladzijde 204),
- kunnen kiezen, de absolute keuzevrijheid zoals Sartre die beschrijft,
- kunnen beslissen en zien wat er van komt. Vergeet dat nooit: je hebt altijd gelijk! (bladzijde 290),
- de zin van je leven, uitzoeken wie jij bent (bladzijde 210),
- de verhouding met je lichaam dat het een zuiver resonantieveld is. Ik herinner je graag aan de levendige gouden lichtpunten die zijn elk van je 80 biljoen cellen bevinden. Ze zijn rechtstreeks verbonden met de bron en reageren op jou. Als je liefde stuurt, worden ze heel actief en sturen een dubbele hoeveelheid van je eigen liefde naar je terug (bladzijde 212),
- het besef dat alles er is dat niets buiten jou bestaat.
- eigenliefde, liefdadigheid begint bij jezelf, zodra je van jezelf gaat houden, kom je steeds meer in je kracht te staan (bladzijde 218).
Ze is ervan overtuigd dat ze niet op de wereld is gekomen om iets te bereiken, te bewijzen uit te leggen. Ik ben hier ook niet om de wereld te verbeteren of een verschil te maken. Ik ben al helemaal niet hier om van de wereld een betere plek te maken. Niemand is hier om die redenen.
Ik ben hier om te herkennen wie ik werkelijk ben. Ik ben hier om de grenzen van mijn kleine ik te doorbreken en de ruimte naar buiten in mezelf te ervaren. Ik ben dit het lichaam om uitdrukking te geven aan alle vreugde en lichtheid waarvan hart overloopt (bladzijde 222).
Terug naar de eindigheid
Het is zeker een inspirerend boek en Evertz schrijft met een ontwapende openheid. Toch herkende ik na het eerste hoofdstuk al de leer van de antroposofie. Alle elementen van de leer van Rudolf Steiner zijn er als onschuldige ervaringen en dus als voldongen feiten in verwerkt. Dit wordt aangevuld met een hindoeïstische atmanleer en elementen uit de existentiefilosofie van met name Kierkegaard, Nietzsche en Sartre. Natuurlijk schrijft ze geen filosofie, want dan zou ze haar denkgeest de ruimte moeten geven, maar ze verwijst zonder het te weten naar elementen van het levensgevoel van deze filosofen. Evertz preekt en schrijft regels voor, want ze heeft het zelf allemaal meegemaakt. Dit haalt alle lucht, relativering en humor uit haar betoog. Het maakt ook dat de vele herhalingen, tegenspraken en ongerijmdheden in haar betoog de lezer in verwarring brengen.
Evertz lijkt ervan overtuigd te zijn dat zij de enige is die tot deze ervaringen is gekomen. Haar ervaringen zijn ongetwijfeld opzienbarend, maar sommige elementen zijn al eerder in bijna-doodervaringen aan het licht gekomen. Er zijn echter ook veel momenten waarin haar verbeeldingskracht overuren maakt. Negen dagen in coma is geen kleinigheid en eist zijn tol! Dit is een verklaring voor haar metafysica van een fijnstoffelijke wereld die op zichzelf buiten ons om bestaat, klaar om te worden ontdekt. Het idee van een fijnstoffelijke werkelijkheid is een poging om materialisme te laten samengaan met het idee dat alles bewustzijn is. We kennen dit al uit de leer van Plato en het is allang gebleken dat deze verklaring het probleem niet oplost, maar alleen ingewikkelder maakt.
Niettemin heeft Evertz een mooie en interessante boodschap, die ze waarschijnlijk in de toekomst, wanneer haar ervaringen zijn gerijpt, nog verder zal bijstellen. Wie ermee wil experimenteren kan haar boek lezen en de meditaties doen die op haar website staan <https://anke-evertz.de/>.
Spectrum, Amsterdam. Paperback, 302 bladzijden