Er wonen meer mensen in het Kloosterbunkergebouw. Zoals direct naast deze hut een klassiek geschoolde pianiste met haar twee dochters. Als ik de Kloosterbunker verlaat om post op te halen, op visite te gaan of boodschappen te doen, passeer ik het Kloosterappartement van de pianiste. Als ze thuis is zwaaien we naar elkaar. Zij is een fan van het taoïsme. Haar dochters hebben hun slaapkamers aan de straatzijde. Soms zijn de gordijnen open en zie ik een vrolijke meidenbende in die kamers. Veilingkisten als opbergkastenkasten, knuffels ook.
Vandaag zag ik in het voorbijgaan die lijst op de vensterbank tegen het kinderkamerraam staan. Met de beeldzijde naar de kamer gericht keek ik tegen de achterzijde van karton in de oude lijst aan. Wie zou dat zijn waar het meisje naar kijkt? Is het gewoon een mooi schilderijtje of het portret van opa of van opa’s ervoor. Zo oud lijkt die lijst. Ik ga niet aanbellen om te vragen wat er in die lijst zit, maar als ik de pianiste tegenkom zal ik er haar naar vragen. Of lijkt dat op stalken? Op zich is het bijzonder dat een klein meisje zo’n oude lijst met inhoud op de vensterbank heeft staan. Of is het misschien een spiegel, dat kan natuurlijk ook. Het intrigeert mij wel.
Waarnemen is voor mij belangrijk. Toen ik politieverslaggever was en bij een plaats delict (PD) stond, keek ik vaak -soms uren, alleen maar en sloeg het beeld op. Week wat ik zag af van wat gangbaar was op de PD, en hoe kwam dat? Wat zag ik en wat zag ik niet wat er behoorde te zijn. Waar keken anderen- rechercheurs en geüniformeerde agenten naar. Objectief kijken is moeilijk, misschien wel onmogelijk.
Vaak ging ik in de weken erna nog enkele keren terug naar de plaats des onheils. Soms waren er mensen geweest die wat achter lieten op die plek, kaartjes, briefjes ook. Voorwerpen. Stille getuigen. Soms ontmoette ik er mensen die daar ook met een bepaalde bedoeling waren. Ze ontweken mij of knoopten een gesprek aan.
Het gelijk, de waarheid, heeft altijd een achterkant. Niks is wat het lijkt, mogelijk ook niet het waarom en wat van die oude lijst in die meisjeskamer. Het leert mij niet te snel te oordelen, over mensen en dingen, wat je waarneemt kan zomaar een projectie van de hersenen, de geest zijn. Perceptie. Het ongewisse nodigt uit tot juist spreken, juist handelen. Maar soms is het een moeizame bezigheid.
Moedig voorwaarts!