“Meester, bekommert Gij U er niet om dat wij vergaan?” (*)
’s Avonds, met de telefoon in de hand, herhaalt zich een bekend ritueel: scrollen door nieuwsfeeds, filmpjes en foto’s. Gebombardeerde steden, vluchtende gezinnen, mannen met wapens. De taal wordt scherper, de gezichten gespannener. Het lichaam spant zich aan, alsof het zelf in een loopgraaf staat.
En ergens klinkt een oude zin: “Kan het U niets schelen dat wij vergaan?”
Het is de kreet van de leerlingen in de boot wanneer het meer wild tekeergaat, terwijl Jezus ligt te slapen. Hij wordt wakker, bestraft de wind en de golven en vraagt: “Waarom zijn jullie zo bang? Hebben jullie dan nog geen geloof?”
Die kreet is niet verdwenen. Ze klinkt op X, in talkshows, in mensen die ’s nachts wakker liggen met een bonzend hart:
“Ziet iemand dit? Ziet iemand óns?”
De storm van binnen
In mystieke tradities is het verhaal van de storm op het meer ook beeldtaal voor onze binnenwereld:
- het meer: ons innerlijk landschap – emoties, herinneringen, verwachtingen
- de storm: rampscenario’s die plotseling losbarsten
- de leerlingen: de paniekstem – “We vergaan! Niemand stuurt dit nog!”
- de slapende Jezus: een stille kern van vertrouwen, boeddhanatuur, Christusbewustzijn
De mens is niet slechts een individu, maar een druppel in een grotere zee. Persoonlijke angst resoneert met wereldwijde onrust: klimaatcrisis, oorlog, polarisatie, sociale ongelijkheid.
De kreet “Kan het U niets schelen dat wij vergaan?” richt zich niet alleen tot een verre God, maar óók tot het eigen, nog slapende centrum:
“Waar ben je? Waarom voel ik je niet? Zie je niet hoe bang ik ben?”
Het goddelijke verschijnt hier als een staat van bewustzijn waarin angst wél gezien wordt, maar haar macht verliest. We raken minder gehypnotiseerd door ons eigen geloof in gevaar.
Oorlog buiten, oorlog binnen
Wie kijkt naar oorlog en polarisatie herkent dezelfde beweging: een collectieve overlevingsreflex neemt de leiding.
- In plaats van rustig te onderzoeken wat nodig is, wordt de taal harder.
- In plaats van verantwoordelijkheid te nemen, schuift men de schuld op de ander.
- In plaats van te erkennen dat we dezelfde basisbehoeften delen – bestaan, veiligheid, erkenning – bewapenen we ons tegen elkaar, letterlijk en figuurlijk.
De talkshowtaal van buiten weerklinkt als een talkshowtafel vanbinnen.
Boeddhistisch kijken naar paniek
Vanuit boeddhistisch perspectief is overlevingsdrang geen zonde, maar een krachtige gewoonte-energie, gevormd in tijden van pijn en gevaar. Ze wordt gekleurd door drie vergiften:
- hebzucht – dorst naar zekerheid, controle, gelijk krijgen
- haat – afwijzen van wat bedreigend lijkt, vijanddenken
- onwetendheid – blindheid voor onderlinge verbondenheid
De oefening is niet om die energie te onderdrukken, maar om haar te herkennen en te verzachten:
- Herkennen
“Ah, dit is paniek. Dit is overleven.” - Ademruimte scheppen
Niet meteen reageren. Eerst voelen hoe de schouders zich optrekken, hoe de adem hoog zit. Een paar bewuste ademhalingen kunnen al iets veranderen. - Luisteren naar wat eronder ligt
Onder de schreeuw “We vergaan!” ligt vaak een eenvoudiger geloof:
“Misschien doe ik er niet toe. Ik ben bang om verlaten te worden. Ik ben bang dat niemand mij ziet.”
- Terugkeren naar stilte
Is er, te midden van alles, ook een plek die niet direct in de reflex schiet?- In christelijke taal klinkt dit als Jezus die zegt: “Zwijg, wees stil,” en de storm toespreekt.
- In boeddhistische taal doet het denken aan de Boeddha die stil blijft zitten onder de boom, terwijl Mara hem probeert af te leiden.
Micro-keuzes tegen de storm
Het boeddhisme benadrukt onthechting: je niet verliezen in begeerte, afkeer en illusie. Esoterisch christendom voegt daaraan toe dat de Christus-kracht de macht van angst en verleiding kan transformeren – niet door zich terug te trekken uit de wereld, maar door er middenin te staan zonder zelf storm te worden.
Elke keer dat een innerlijke storm opsteekt, is er een keuzemoment:
- Meegaan in de reflex van vechten, vluchten of verstarren?
- Of de angst erkennen, onderzoeken wat ons bang maakt, even wachten en luisteren vanuit een diepere laag?
Dat kan klein beginnen:
- Een scherpe mail niet meteen versturen
- Het nieuws uitzetten als het lichaam verstijft
- In een conflict eerst de eigen pijn voelen vóór het eigen gelijk als wapen wordt ingezet
Geen grootse daden misschien, maar zulke microbewegingen kunnen een andere cultuur mogelijk maken – een waarin mensen niet volledig meegaan in paniekverhalen.
De slapende Boeddha in de boot
Stel je de scène op het meer voor, met een kleine variatie: niet een Joodse rabbi, maar een Boeddha ligt te slapen. De storm raast, de golven slaan over de rand, de leerlingen schreeuwen dat ze vergaan.
De Boeddha wordt wakker, gaat rechtop zitten, kijkt rond en zegt misschien maar één woord:
“Zie.”
Zie de storm. Zie de angst. Zie de reflex om te grijpen, te vechten, gelijk te willen halen. Zie óók dat er in ieder mens een plek is die niet omwaait.
Misschien is het antwoord op die oude kreet geen donderpreek of wonder, maar een zachte stem vanbinnen:
“Ik zie je. Je vergaat niet. We varen samen verder.”
Vanuit die plek kunnen we naar de wereld kijken – niet naïef, niet blind voor het lijden, maar ook niet langer volledig in de greep van de stem die zegt dat alles verloren is.
Rob van Boven (1951) is psycholoog en geregistreerd psychotherapeut. Hij was consultant voor verschillende organisaties (drugs en verslaving counseling, vaardigheden workshops) en werkte vijftien jaar als een behandelingscoördinator in een psychiatrische instelling. Bij Rob van Boven wordt het geloof van de overlever bewust gemaakt en een juiste plaats gegeven. Het doel is om los te komen van de dwang van het geloof en bewustzijn te ontwikkelen naast deze denk- en voelpatronen. Hoe meer je van het geloof van de overlever bevrijd bent, zonder het te bestrijden, maar door het de juiste plek te geven, hoe vrijer je kan leven.
Luuk Mur ( 1952) is psycholoog en heeft een drietal boeken geschreven over de door hemzelf ontwikkelde hulpverleningsmethode communitysupport. Hij is lid van de Dzogchen Community Nederland. Dzogchen is een vorm van Tibetaans boeddhisme waarbij veel belang wordt gehecht aan de ontwikkeling van individueel bewustzijn. Bij deze traditie streeft men naar non-dualiteit van het bewustzijn. Mensen zijn zich niet alleen bewust ( je weet dat je dit leest), maar je kunt je ook bewust zijn van dit eerste bewustzijn. Dit meta-bewustzijn wordt ‘gewaarzijn’ genoemd.


Geef een reactie