• Door naar de hoofd inhoud
  • Skip to secondary menu
  • Spring naar de eerste sidebar
  • Spring naar de voettekst

Boeddhistisch Dagblad

Ontwart en ontwikkelt

Header Rechts

Veertiende jaargang

Zoek op deze site

  • Home
  • Agenda
    • Geef je activiteit door
  • Columns
    • Andre Baets
    • Dharmapelgrim
    • Bertjan Oosterbeek
    • Dick Verstegen
    • Edel Maex
    • Emmaho
    • Goff Smeets
    • Hans van Dam
    • Jana Verboom
    • Joop Hoek
    • Jules Prast
    • Paul de Blot
    • Rob van Boven en Luuk Mur
    • Ronald Hermsen
    • Theo Niessen
    • Xavier Vandeputte
    • Zeshin van der Plas
  • Nieuws
  • Contact
    • Steun het BD
    • Mailinglijst
  • Series
    • Boeddha in de Linie
    • De werkplaats
    • Recepten
    • De Linji Lu
    • De Poortloze Poort
    • Denkers en doeners
    • De Oude Cheng
    • Meester Tja en de Tao van Niet-Weten – alle links
    • Fabels door Goff
    • Cartoons van Ardan
    • Tekeningen Sodis Vita
    • De derwisj en de dwaas
  • Over ons
    • Redactiestatuut van het Boeddhistisch Dagblad
    • Redactieformule van het Boeddhistisch Dagblad
  • Privacy

Home » Columns » Menno – ars moriendi

Menno – ars moriendi

16 juni 2025 door Dharmapelgrim Reageer

De volgende enigszins voor het BD bewerkte tekst is een passage uit de autobiografie van Dharmapelgrim. Het moffenjong is nu een echte puber. Niemand had het nog over ADHD, anders zou hij zeker Ritalin hebben gekregen … of iets anders. In deze bijdrage is de hoofdpersoon 18 jaar.

Ars Moriendi

In de weken die volgen zit Menno regelmatig stijf van de zenuwen naast een stervende patiënt, tot hij door een collega wordt afgelost. Een hoogbejaarde man roept dagenlang steeds maar “Nee… nee… nee…nee” en alleen door voortdurend over zijn hand te strelen kan Menno hem daarmee enige tijd laten ophouden. Een jongeman doet er – zonder een moment aanspreekbaar te zijn – vijf dagen over, voor zijn gebroken lichaam het opgeeft. Al die tijd zit óf één van zijn ouders naast zijn bed, of Menno. Hij leert de typische ademhaling herkennen die je vaak bij stervenden ziet, waarbij de adem steeds onregelmatiger gaat verlopen, van sneller en dieper, naar langzamer en oppervlakkiger en soms wegblijvend tot plotseling weer diep, in een golvend patroon met steeds langere golfdalen. Hij ziet de plotselinge opleving van patiënten door het wegvallen van pijn en leeft mee met de hoop van zowel de patiënten als hun dierbaren op een gunstige ontwikkeling, omdat het ineens zoveel beter lijkt te gaan. Maar de dood wint het altijd.

“Wie is er hier nu eigenlijk bang voor de dood? Jij of ik?” fluistert meneer Van Hall, terwijl hij Menno liefdevol aan kijkt. Zijn fletse ogen liggen diep in zijn uitgeteerde, vaalgele gelaat.

Menno zegt niets. Hij is achttien, de stervende man vijfenvijftig.

Hij is een uitbehandelde kankerpatiënt, met een operatiewond die niet wil genezen. Menno heeft nog nooit bezoek bij hem gezien. Wat weet hij van hem? Zo goed als niets. Zuster Wegink heeft hem opgedragen om bij meneer Van Hall te blijven, tot hij wordt afgelost.

“Hoe heet jij, jongen?”

“Ik?” antwoordt Menno hees. Hij schraapt zijn keel “Menno”.

Het zakje botjes dat zijn hand vasthoudt trekt zich kort samen. “Je moet nog een hoop leren, jij,” fluistert meneer Van Hall.

“Ja… Ik ben pas eerstejaars…” beaamt Menno verlegen. Het is schemerdonker in de kamer. Hij heeft geen idee hoelang hij daar al zit en hoelang hij nog moet blijven zitten. Zouden ze hem vergeten zijn?

“Dat bedoel ik niet jongen…”

Er lopen regelmatig mensen over de gang. Menno vermoedt dat het bezoekuur is afgelopen.

“….”

Menno buigt zich naar de man toe om hem beter te kunnen verstaan. “Je gaat pas echt leven als je niet bang meer bent om dood te gaan. De rest is flauwekul. Ik heb het laat geleerd. Veel te laat. Jij bent nog jong. Leer hoe je moet sterven.”

Opnieuw voelt Menno een zacht knijpen in zijn hand. Er verschijnt een glimlach om de mond van meneer Van Hall en Menno krijgt de indruk dat hij iemand in de kamer ziet die hij niet heeft horen binnenkomen. Hij kijkt over zijn schouder, maar ziet niemand. Ondertussen heeft meneer Van Hall  zijn ogen gesloten. Terwijl hij naar het gezicht van meneer Hall kijkt, dat zich helemaal ontspant, probeert Menno na te denken over wat hij zojuist heeft gehoord, maar dat lukt niet erg.

Meneer Van Hall slaapt. Menno ’s maag rommelt. Zijn darmen spelen op. Hij wil naar het toilet, maar durft niet om aflossing te vragen en blijft daarom maar zitten. Hij maakt zijn hand voorzichtig los en zoekt de polsslag van de patiënt. Zesennegentig slagen per minuut telt hij. Menno zucht, schuift zijn stoel een beetje naar achteren en begint allerlei figuurtjes in het witte pleisterwerk van het plafond te bestuderen. Hij voelt zich slaperig worden.

Menno schrikt hevig als de deur opengaat en springt op. Zuster Wegink gebaart dat hij rustig moet doen. Ze kijkt even naar meneer Van Hall en daarna naar haar leerling.

“Waarom heb je me niet geroepen?” vraagt ze vriendelijk.

“Dat is niet nodig,” antwoordt Menno.

Zuster Wegink knikt in de richting van meneer Van Hall. “Hoe is het met hem?”

“Hij slaapt.”

Zonder iets te zeggen, gaat zuster Wegink naast meneer Van Hall staan, pakt zijn pols en glimlacht. “Voel jij zijn pols eens.”

Nerveus pakt Menno zijn polsteller – een kleine zandloper in een metalen kokertje – en begint te tellen. “Honderdtwaalf …,” rekent hij snel uit, na dertig seconden tellen. Zonder iets te zeggen pakt de hoofdzuster zijn pols beet. Hij voelt hoe haar vingers precies de juiste plek weten te vinden. “Honderdtwaalf…” Ze wacht even tot de betekenis tot Menno doordringt, maar dat gebeurt niet. Alles in hem verzet zich tegen de onvermijdelijke conclusie, tot ze wordt bekrachtigd: “Je hebt zo hard in de pols van meneer Van Hall  geknepen dat je jouw eigen hartslag in jouw eigen vingertoppen hebt geteld. Meneer Van Hall is gesuccombeerd.”

Na deze woorden blijft het voor zijn gevoel een eeuwigheid stil.

“Hij is overleden,” vertaalt zuster Wegink haar laatste woorden. Vanuit de verte hoort Menno een zwak gezoem, dat snel sterker wordt en hij voelt hoe zuster Wegink hem op een stoel zet. “Hoofd tussen de knieën.” gebiedt ze, en met haar hand in zijn nek duwt zij hem in de gewenste houding. Menno huilt.

De volledige biografie is op 24 december 2024 als e-book uitgebracht met ISBN nummer 9789465128023. De fysieke uitgave volgt waarschijnlijk eind 2025.

Categorie: Columns, Dharmapelgrim, Geluk, Gezondheid Tags: dood, leven, meneer Van Hall, pols, sterven

Lees ook:

  1. De dood als onderdeel van het leven
  2. De kracht van machteloosheid
  3. Sterven
  4. Zeshin – honger naar de dharma

Elke dag het BD in je mailbox?

Elke dag sturen we je een overzicht van de nieuwste berichten op het Boeddhistisch Dagblad. Gratis.

Wanneer wil je het overzicht ontvangen?

Lees Interacties

Geef een reactie Reactie annuleren

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie gegevens worden verwerkt.

Primaire Sidebar

Door:

Dharmapelgrim

Probeert sinds zijn 16de jaar het Edele Achtvoudige pad te volgen. Dat lukt hem met vallen en opstaan, waarbij hij zichzelf voorhoudt dat hij dat pad tot het einde zal gaan, zolang hij maar één keer vaker opstaat dan valt. Iedereen die de dharma beoefent is een pelgrim op zijn eigen weg. 
Alle artikelen »

Agenda

  • Agenda
  • Geef je activiteit door

Ochtend- of avondeditie

Ochtend- of avondeditie ontvangen

Abonneer je

Elke dag gratis een overzicht van de berichten op het Boeddhistisch Dagblad in je mailbox.
Inschrijven »

Agenda

  • 13 juni 2025
    Kesa en Rakusu naaiworkshop
  • 17 juni 2025
    Boeddhisme en meditatie (kennismakingscursus)
  • 17 juni 2025
    Dinsdagavond op even weken samen mediteren in Almere Buiten
  • 17 juni 2025
    Zenmeditatie Maastricht
  • 18 juni 2025
    Zen Spirit zenmeditatie Arnhem, 1e helft 2025 8 januari-25 juni
  • 18 juni 2025
    Bibliotheek Stichting Bodhisattva
  • 18 juni 2025
    Zenmeditatie in Leiden
  • 19 juni 2025
    Stiltemeditatie Stichting Bodhisattva
  • bekijk de agenda
  • De werkplaats

    De werkplaats.

    Boeddhistische kunstenaars

    Artikelen en beschrijvingen van en over het werk van boeddhistische kunstenaars. Lezers/kunstenaars kunnen zich ook aanmelden met hun eigen werk.
    lees meer »

    Pakhuis van Verlangen

    In het Boeddhistisch pakhuis van verlangen blijven sommige teksten nog een tijdje op de leestafel liggen.

    Deconstructie van het godsbeeld van Pseudo-Dionysius

    Hans van Dam - 23 mei 2025

    Over het verschil tussen weten-wat-niet en niet-weten.

    De wolk van niet-weten

    Hans van Dam - 22 mei 2025

    Over beeldloze mystiek en mystiekloze beelden.

    ‘Het leven zelf is zazen’

    Wim Schrever - 28 april 2025

    De grote tragedie hier in het Westen is dat we onze eigen spirituele traditie zo snel hebben opgegeven en met het badwater -de religie- ook het kind -de spiritualiteit- hebben weggegooid. Terwijl een mens fundamenteel nood heeft aan spiritualiteit, aan zingeving.

    Geschiedenis als wapen deel 1

    Kees Moerbeek - 20 april 2025

    President Vladimir Poetin zei in 2014: ‘Onze collectieve herinnering bepaalt onze cultuur, onze geschiedenis en onze tegenwoordige tijd. En onze toekomst zal worden gevormd aan de hand van onze historische ervaring.’ Hij is het zelf die actief deze herinnering en ervaringen vorm geeft en propageert. Ivo van de Wijdeven schrijft dat in de Sovjettijd er nog werd gegrapt dat het land een zekere toekomst had, maar een onvoorspelbaar verleden. Onder Poetin is Ruslands geschiedenis als in beton gegoten. Er is maar één historische waarheid en deze is verankerd in de grondwet en de Nationale Veiligheidsstrategie.

    Jaloerse goden te slim af – de geschiedenis de baas…?

    gastauteur - 13 april 2025

    Hongersnood in een hermetisch afgesloten kuststrook die onwillekeurig aan de vernietigingskampen van weleer doet denken, besmet met meer dan een zweem van genocide… Regeert Adolf Hitler over zijn graf heen? Want bestaat Israël niet bij diens gratie? Zou zonder die bittere nazi-erfenis Palestina als land van drie monotheïstische religies niet nog gewoon zo heten? Is de grond er niet vervloekt, juist door godsdiensten die, gevoed vanuit één fictieve bron, vervolgens als protestbeweging steeds in chronologische volgorde aan haar voorgangster ontspruiten, waarmee de kiem voor een eeuwigdurende vete om de absolute waarheid is gelegd? En claimt niet elk van deze broeder- of zusterstromingen dat stuk met hun aller bloed doordrenkte aarde, aanvankelijk voor Abrahams JHWH, vervolgens voor Jezus’ Vader en ten slotte voor Allah – drie godheden die, in verbitterde onderlinge jaloezie verwikkeld, strijden niet alleen om religieuze hegemonie, maar ook om de profane en politieke macht?

    Meer onder 'pakhuis van verlangen'

    Footer

    Boeddhistisch Dagblad

    over ons

    Recente berichten

    • TU Eindhoven start nieuwe onderzoeksprojecten met Israëlische partners
    • Jules – Machteloze solidariteit
    • De Rode Lijn – de stem van menselijkheid
    • Vooruitblik oprichting Sangha – op basis van de Theravada leerstellingen
    • Menno – ars moriendi

    Reageren

    We vinden het geweldig om reacties op berichten te krijgen en op die manier in contact te komen met lezers, maar wat staan we wel en niet toe op de site?

    Over het BD

    Het Boeddhistisch Dagblad is een onafhankelijk journalistiek webmagazine over boeddhistische thema’s en inzichten.
    Lees ons colofon.

    Zie ook

    • Contact
    • Over ons
    • Columns
    • Reageren op de krantensite

    Het Boeddhistisch Dagblad is een onafhankelijk journalistiek webmagazine over boeddhistische thema’s en inzichten. Lees ons colofon.