Er stapt een blote man naar buiten, de buitenbadkamer in. Hij heeft heel voorzichtig de deur open gedaan en beweegt zich heel langzaam. Hij sluit de deur weer achter zich en draait zich dan met een soort fosbury flop maar dan met beide benen op de grond, op de pot. Als hij gedaan heeft waarvoor hij kwam, verricht hij diverse afspoel- en droogdepwerkzaamheden waarbij hij zich slechts een paar centimeter van de pot verheft. Voorwaar een enorme krachtsinspanning. Half kruipend begeeft hij zich weer van de pot naar de deur, die hij tergend langzaam opent en nadat hij naar binnen is geslopen weer even langzaam sluit. Het is gelukt. Het honingzuigervrouwtje heeft zich niet weg laten jagen.
In de vorige blog schreven we hoe de piepkleine vogeltjes hun nestje op die merkwaardige plek vlak boven de wc-pot aan het bouwen waren. We hadden verwacht dat ze het na een paar dagen voor gezien zouden houden, maar tot onze verbazing zit het vrouwtje er nog altijd. De eerste dagen vloog ze meteen weg als we de buitenbadkamer binnen kwamen, maar inmiddels is ze zo aan ons gewend dat ze meestal blijft zitten als we naar de wc gaan of douchen. Mieke heeft een paar dagen geleden in het nestje 2 ieniemienie-eitjes gespot. We beginnen nu langzaam te durven hopen dat we straks ieniemienie-vogeltjes zien. Zojuist hing het vrouwtje aan het nest, met haar kop naar binnen. Zou er al wat uitgekomen zijn? Spannend.
Maar eigenlijk wilde ik het hebben over zonne-energie. Dat is gratis, zo weet iedereen. Je kunt er zelfs aan verdienen door terug te leveren aan het stroomnet. We moeten dus wel bofkonten zijn met onze zonnepanelen en met al die zon hier. Helaas werkt het in Thailand allemaal net even anders. Er is hier geen subsidie voor het installeren van zonnepanelen en al helemaal geen verplichting voor elektriciteitsbedrijven om stroom terug te nemen voor hetzelfde tarief als waar het voor geleverd wordt. Bovendien kunnen die bedrijven hun eigen eisen stellen aan installaties en naar believen kosten in rekening brengen voor het keuren daarvan.
Los daarvan was er voor ons nog een ander probleem waardoor terugleveren geen optie was: het elektriciteitsnetwerk lag te ver van ons huisje om er op aan te kunnen sluiten, tenzij we bereid waren om zo’n 30.000 euro te dokken. (Ik schrijf verleden tijd, want enkele maanden geleden zijn de ontsierende stroompalen en -draden ook in onze straat verschenen.) Dat waren we niet, want voor ongeveer een kwart van dat bedrag konden we een zogeheten off-gridsysteem laten installeren. Daarmee kunnen we weliswaar niet terugleveren, maar hebben we wel voor de rest van ons leven gratis stroom. Of toch niet?
Om ook als de zon weg is wat lampjes te kunnen laten branden, een ventilator te laten wapperen, deze blog te kunnen schrijven en de koelkast te laten koelen staan er op zolder 8 accu’s. Volgens het boekje gaan die gemiddeld 5 jaar mee, maar het boekje is niet op onze situatie geschreven: inmiddels zijn ze alle 8 al een keer vervangen. Zo’n beetje eens per twee weken klim ik naar zolder om de accu’s te checken. Ik vul accuwater bij als dat nodig is, en meet of ze nog voldoende voltage leveren. Vorige week bleek er alweer een accu aan vervanging toe en nadat dat was gebeurd begaf tot overmaat van ramp de inverter, het apparaat dat het hele systeem aanstuurt en zorgt dat er een stabiele 220 volt geleverd wordt, het.
Geen inverter, geen stroom. Zo simpel is het. Gelukkig hebben we wel een noodvoorziening, namelijk een aggregaat dat op benzine draait. Niet bepaald milieuvriendelijk, vreselijk lawaaiig en een dure manier van stroom opwekken. Dus stelden we onszelf op rantsoen. 3x per dag mocht het aggregaat een tijdje aan zodat we telefoons en lampjes konden opladen en de koelkast laten draaien. En eigenlijk wende dat best snel. Hoewel we in normale omstandigheden al heel weinig stroom gebruiken, bleek de gerantsoeneerde hoeveelheid niet ten koste van onze levensvreugde te gaan. Het was vooral een kwestie van planning, zoals bleek toen ik een keer vergeten was mijn telefoon aan de oplader te leggen toen het aggregaat aan stond.
Niettemin waren we blij dat er binnen enkele dagen een nieuwe inverter geïnstalleerd kon worden. De nachten worden al wat warmer en het is erg prettig dat we dan de ventilator weer aan kunnen zetten. En dat ik mijn telefoon toch kan opladen als ik dat overdag vergeten ben. Intussen heeft de gratis zonne-energie ons, afgezien van de aanlegkosten, zo’n 90.000 baht gekost. Dat is per maand 1600 baht zo’n 45 euro. Nederlandse 2-persoonshuishoudens zouden er meteen voor tekenen, maar hier is dat 3 tot 4 keer zo veel als we aan netstroom kwijt zouden zijn. Zo gratis is het dus niet.
Tijdens het schrijven van deze blog begon het even heel hard te waaien en te regenen. Het honingzuigernestje zwiepte als een malle heen en weer en het moedervogeltje was gevlogen. Het is onvoorstelbaar als je de constructie van het nestje ziet, maar het heeft de storm doorstaan en moeders zit er inmiddels weer op.
Johan zegt
Het is geen wonder dat die loodaccu’s om de havenklap kapot gaan (verder hoop ik dat je geen start en licht accu’s gebruikt, maar deepcycle accu’s). Die mag je maar voor de helft ontladen (dus een accu van 100ah kan je maar 50ah gebruiken). Houd je daar niet aan gaan ze verrot. Bovendien zijn ze niet geschikt voor het verbuik van hoge peikbelastingen.
En accu’s die je nog moet aanvullen met gedessitileerd water zijn wel helemaal uit de tijd. Volgens mij worden die in Nedrland niet eens meer verkocht.
Beter is om AGM accu’s daarvoor te gebruiken, maar die kunnen ook maar tot 40% ontllaadt worden.
Je moet er een batterijbewaker tussen zetten die een signaal geeft als de accu’s te veel ontladen zijn.
Van de bovensraande accu’s zijn de laadcyclus ook beperkt. Daarom kan je het beste lithium accu’s gebruiken. Die kan je ontladen tot 95% van de capaciteit, kunnen via een omvormer hoge piekbelastingen aan, kunnen wel 15 jaar meegaan en kunnen hoge laadstroom aan. Ze zijn ook de helft minder zwaar.
Nadeel is dat ze vrij duur zijn.
Er zijn ook 5 kwh powerboosters op de markt of een grote batterij van 5 kwh.
In Thailand zou je best zelfvoorzienend kunnen zijn als je het een beetje handig aanpakt en de juiste spullen gebruikt. Op youtube is genoeg te vinden.
François la Poutré zegt
Dank voor de tips. We hebben al die overwegingen wel gemaakt, en kennen de nadelen van de accu’s, (en ja, we gebruiken deep cell) maar 5 jaar geleden was een lithiumaccu nog onbetaalbaar en de benodigde omvormer ook. Nu begint het allemaal wat meer binnen bereik te komen, maar overstappen betekent een compleet nieuw systeem, inclusief een nieuwe omvormer. Omdat we ons er verder prima mee redden, geheel zelfvoorzienend, schuiven we dat nog maar even voor ons uit.