Een paar keer per dag kijk ik naar Het Journaal en Teletekst om op de hoogte te blijven van wat er komt en gaat. Vanmiddag hoorde ik op de kijkdoos de minister-president van Nederland de val van zijn regering aankondigen vanwege de zogeheten toeslagaffaire. De bewindslieden worden missionair of demissionair, afhankelijk van wat ze op hun bordje krijgen, zei de MP. Dus eigenlijk verandert er tot de verkiezingen in maart niks, oude wijn in nieuwe zakken.
Na een minuut zette ik het geluid af, kon het gebazel van de MP niet meer aanhoren, en keek naar de streamer onder in beeld met politieke boodschappen. Het was verschrikkelijk wat er met de duizenden ontvangers van kindertoeslagen was gebeurd, ze werden als fraudeurs aangemerkt, hun rechten waren geschonden door de staat die de burgers eigenlijk zou moeten beschermen, gezinnen kapot gemaakt, huizen gedwongen verkocht, kinderen voor het leven beschadigd, vatte de MP met een ernstig gezicht samen.
Dat heeft hij niet van zichzelf maar uit een rapport van een Kamercommissie die het gesjoemel, de misdaden van de Nederlandse belastingdienst onderzocht en de bevindingen eind vorig jaar presenteerde. Maar de MP had het kunnen weten, want onder zijn jarenlange bewind heeft dit allemaal plaatsgevonden. En als hij het niet wist is hij een slecht bestuurder en dat is hij ook. Hij is een vriend van het grootkapitaal, Europese regeringsleiders en geen vriend van het volk, de gewone mens. Kijk maar naar de aanpak van de coronacrisis, gezwalk alom. De btw-verhoging op voedsel. De toenemende armoe.
Vanavond drinkt de MP thuis een glaasje, wrijft in zijn handen en denkt: Van dat zootje, de andere drie politieke partijen, ben ik mooi en op een elegante manier af. Een nieuw begin, een nieuw geluid, in maart. Zijn partij staat er goed voor en dat zegt iets over de intelligentie van zijn kiezers.
Hij blijft lijsttrekker van zijn partij maar had af moeten treden. Een man met zo’n verleden heeft toch niets meer in de politiek te zoeken. Zonder hem is Nederland beter af.
Moedig voorwaarts!
Josien zegt
Kijk naar de glimlach op zijn gezicht, fietsend naar de oprijlaan van Huis ten Bosch.
Gea zegt
Het is walgelijk.