De Bieb. Vroeger een oase van rust, tegenwoordig ook een hangplek voor praatgrage oudere mannen. En – gelukkig nog steeds – een schatkamer, gevuld met gedrukte werelden die door allerlei schrijvers bedacht, beschreven, afgekeurd, goedgekeurd, bemind en gehaat zijn. Een literaire tempel, bewaarplaats van menselijke bedenksels, vol zin en onzin. Een vriendin vond zichzelf terug aan tafel met een kopje koffie en een krant. Ze negeerde het gepraat van de mannen die het allemaal béter wisten en verdiepte zich in ’s werelds leed en soms een beetje lief. Tegenover haar zat een mollige jongeman die koffie met melk dronk, maar niet nadat hij er tot haar afgrijzen eerst minstens zeven langwerpige suikerzakjes in geleegd had. Hij zag haar kijken en glimlachte. Suiker lekker, suiker goed,’ met een accent dat waarschijnlijk van Slavische origine was. Wie had hem dit ooit bijgebracht? ‘Suiker is anders helemáál niet goed, zei de vriendin. Ze had een medische achtergrond en legde uit waardoor bètacellen steeds harder moeten werken om nog insuline te maken, waardoor ze uitvallen. En, erger, wat daar de gevolgen van zijn voor de gezondheid. Ze vertelde ook globaal iets over diabetes type 2. De jongeman keek haar met grote, donkere ogen aan, duidelijk ten prooi aan verbijstering. ‘Suiker niet goed?’ vroeg hij verbouwereerd. ‘Ik misschien dood?’ ‘Dat zou op termijn wel kunnen, ja’ antwoordde de vriendin. De jongeman dacht met een verslagen uitdrukking op zijn gelaat een tijdje na. Hij schoof vervolgens met een resoluut gebaar zijn koffie ter zijde en sprak: ‘Niet meer suiker.’ Nooit meer.’
Een paar maanden later trotseerde de vriendin opnieuw het ouderemannenhangplekparlement (tipje voor scrabble) en las, koffie in de aanslag, in een krant wat er nou weer allemaal mis was op onze planeet.
Er nam een jongeman tegenover haar plaats. Het duurde even voor ze hem herkende. Hij was zichtbaar vermagerd, zag ze. Hij zette triomfantelijk een kop zwarte koffie voor zich neer. ‘Niet meer suiker,’ glunderde hij. ‘Mevrouw goed gezegd. Mihajlo zegt dank u.’