De accountant werd doodgeschoten in een bos achter een parkeerplaats langs een doorgaande weg. In de nacht van vrijdag op zaterdag, in het bos waar mannelijke homoseksuele bijeen kwamen. De accountant kwam in het dagelijks leven niet uit voor zijn geaardheid. De politie stelt op die zaterdagochtend ter plaatse een onderzoek in en ik praat als politieverslaggever op de plaats delict met rechercheurs en andere politiemensen over wat er gebeurd is.
Diezelfde zaterdagmorgen melden zich drie mensen, twee mannen en een vrouw, op een adres in een provinciestad. Van een van hen zit de broek onder de modder en bloed. De broek laten ze na het verkleden achter in die woning en de bewoonster wast die broek, geen modder en bloed meer te zien. De bewoonster weet dat de drie iets ergs hebben gedaan waardoor ze zich moesten omkleden. Ze maakt mij er deelgenoot van maar kan niet meer informatie geven.
Er wordt een man aangehouden, verdacht van moord of doodslag op de accountant. Zijn auto is die nacht op de parkeerplaats langs de snelweg gezien. Een getuige beschrijft de kleur van de auto. Er lijkt meer belastend materiaal te zijn tegen de verdachte. De man wordt tot een langdurige gevangenisstraf veroordeeld. Ik lees van zijn veroordeling op een vakantieadres in Frankrijk. En hoor gelijk weer het verhaal van het omkleden. Ik haal de broek op, fotografeer die en lever hem af bij de recherche. Daarna bezoek ik de ouders van de veroordeelde man en luister naar waarom zij vinden dat hun zoon onschuldig is. Ik vraag het politiedossier op en ga aan de slag. De ‘moordenaar’ zelf spreek ik niet, die pleit automatisch voor onschuldig. Logisch. Ik zie hem pas op zitting bij het gerechtshof waar hij in hoger beroep is gegaan.
Na een onderzoek van een half jaar heb ik 23 getuigen gevonden die verklaren waarom deze man de moord niet kan hebben gepleegd. Ze zijn overtuigend. Op een vrijdagnacht ben ik met een fotograaf op de parkeerplaats bij het bos waarin de accountant is vermoord. In het proces verbaal van de politie lees ik dat een getuige- bij het licht van straatverlichting, de auto van de dader heeft beschreven. Die nacht zijn de weersomstandigheden hetzelfde als in de nacht van het misdrijf. Wat nevel ook. Er branden natriumlampen, zoals ook in de nacht van de moord. Rood wordt zwart, geel groen en zo meer. De getuigenis over de kleur van de auto is waardeloos.
In hoger beroep wordt de man vrijgesproken mede op basis van de 23 getuigenissen De drie van de broek worden gearresteerd maar ze zwijgen als het graf. De broek kan niet tegen hen gebruikt worden. De drie worden vrijgelaten. Het onderzoek wordt gesloten. De dader is nooit veroordeeld. Soms rij ik op de snelweg langs die parkeerplaats en denk dan terug aan de accountant. Het recht had uiteindelijk zijn loop maar de dader is nooit veroordeeld.
Deze en andere zaken komen weer bij me boven en ik moet er over schrijven. Woorden als het ventiel op een hogedrukpan vol herinneringen
Moedig voorwaarts!