• Door naar de hoofd inhoud
  • Skip to secondary menu
  • Spring naar de eerste sidebar
  • Spring naar de voettekst

Boeddhistisch Dagblad

Ontwart en ontwikkelt

Header Rechts

Twaalfde jaargang

Zoek op deze site

  • Home
  • Agenda
    • Geef je activiteit door
  • Columns
    • Andre Baets
    • Dharmapelgrim
    • Bertjan Oosterbeek
    • Dick Verstegen
    • Edel Maex
    • Emmaho
    • Goff Smeets
    • Hans van Dam
    • Joop Hoek
    • Jules Prast
    • Paul de Blot
    • Ramo de Boer
    • Rob van Boven en Luuk Mur
    • Ronald Hermsen
    • Theo Niessen
    • Xavier Vandeputte
    • Zeshin van der Plas
  • Nieuws
  • Contact
    • Steun het BD
    • Mailinglijst
  • Series
    • Boeddha in de Linie
    • De werkplaats
    • Recepten
    • De Linji Lu
    • De Poortloze Poort
    • Denkers en doeners
    • De Oude Cheng
    • Meester Tja en de Tao van Niet-Weten – alle links
    • Fabels door Goff
    • Cartoons van Ardan
    • Tekeningen Sodis Vita
    • De derwisj en de dwaas
  • Over ons
    • Redactiestatuut van het Boeddhistisch Dagblad
    • Redactieformule van het Boeddhistisch Dagblad
  • Privacy

Home » Achtergronden » Sangha, spirituele vriendschap en toewijding aan het dharmapad

Sangha, spirituele vriendschap en toewijding aan het dharmapad

3 juli 2016 door Ujukarin

Vandaag deel twee en slot van een tweeluik waarin Ujukarin de waarde van spirituele vriendschap en de overdracht van de dharma beschrijft.

De eerste vijf discipelen van de Boeddha respecteren het wiel van de dhamma in het hertenpark van Sarnath. Foto Wikipedia.

De allereerste boeddhisten waren leken die Boeddha op zijn trek van Bodhgaya naar het hertenpark ontmoette, en technisch gezien namen ze daarom alleen toevlucht tot Boeddha en dharma. Maar sinds de oprichting van de monnikenorde in Sarnath bestaat het leven van een boeddhist sinds jaar en dag uit toevlucht tot drie juwelen: Boeddha (het verlichtingsideaal), Dharma (de leer) en Sangha.

Hoe je dat laatste nu precies definieert hangt een beetje van de context af. Kern van sangha is in alle scholen zij die (bijna) verlicht zijn: volgens de theravadins de Sotapanna, Sakadagami, Anagami en Arahat en volgens mahayana daarbovenop ook de bodhisattvas. Deze kern heet ook wel ‘Arya sangha’. Daarbovenop kun je dan wijdere cirkels definiëren. Volgens het traditionele theravada zijn vooral monniken en nonnen de basis van de sangha, maar volgens bijvoorbeeld AN II.1.vii zijn ‘wijze’ lekenvolgelingen evenzeer sangha. Dat de meeste lekenvolgelingen in dat tijdperk gewoonweg geen tijd hadden voor spirituele beoefening verklaart de nadruk op die kerngroep van monniken/nonnen, maar de situatie in het hedendaagse Westen vraagt om totaal andere sangha-vormen.

We moeten dus een stapje terug doen om te bepalen wat nu precies in het moderne Westen sangha hoort te zijn; een onderscheid naar of iemand fulltime boeddhist is (–> veelal monnik/non) of als parttimer-met-familie leeft klinkt erg hol en formalistisch in de oren, want het zou om (wijs) gedrag moeten gaan en niet om al dan niet een pij dragen. Dat wijze gedrag kan vervolgens gedeeld worden met anderen, en dat heet dan spirituele vriendschap (kalyana mitrata). In soetra’s zoals SN 45.2 , Itivuttaka 1.17 en AN 8.54 benadrukt Boeddha hoe belangrijk dit is; de rol van de goeroe met name in het mahayana is mede op dit concept gebaseerd. En vriendschap is ook het fundament van een hele reeks andere ‘voorwaarden voor verlichting’: dit rijtje (in o.a. AN4) bestaat uit vriendschap, deugdzaamheid, spirituele conversatie, energie en wijsheid. Spirituele vriendschap heb je in twee soorten: ‘horizontaal’ , met mede-boeddhisten die ongeveer op jouw kennis- en ervaringsniveau zitten en ‘verticaal’ met boeddhisten die verder op het pad zitten en waarvan je dus nieuwe stukken kunt leren. Een formeel bezegelde verticale vriendschapsrelatie zou je een leerling-goeroe relatie kunnen noemen, zie deel 1 van dit tweeluik.

Wat maakt een vriendschapsnetwerk tot sangha?

Het is volgens Boeddha *dus zeer belangrijk om spirituele vriendschappen te onderhouden, en daardoor een sangha te vormen. Wat maakt vriendschappen nu spiritueel, en hoe maak je dat onderscheid tussen horizontaal en verticaal?

Voetbal elftal zes en vrienden
Foto Bianca Visser.

Wel, startpunt is dat het spirituele pad toewijding en vastigheid eist. Het gaat er dus niet alleen om te werken met meditatie, dharmastudie en pudja/chanting, maar vooral ook om dat structureel te doen. En daarbij ontwikkel je dan vanzelf een min of meer vaste groep spirituele vrienden/vriendinnen; zij fungeren als klankbord, en geven jou in het begin gevraagd en later ook ongevraagd (!) advies over alles wat met jouw spirituele pad te maken heeft. Inclusief aanpassingen bijvoorbeeld in je gekozen meditaties en studiemateriaal. Je ziet ze geregeld in persoon op bijeenkomsten en-of retraites, en daarnaast is natuurlijk Internetcontact een extra mogelijkheid. Sommige van die vriendinnen kunnen meer senior zijn, en dat zijn dan op een aantal onderdelen ‘verticale vrienden’; of de betreffende traditie een officiële autorisatie heeft voor leraren is daarbij niet zo belangrijk, het gaat erom hoe jij en de andere studenten het onderlinge contact met de ‘verticale vriend’ ervaren. En uiteindelijk ook hoe herkenbaar boeddhistisch hun ervaring en onderricht is, maar dat wisselt per sangha; zoals in deel 1 al uitgelegd werd heeft die op de een of andere manier een overdrachtsroute waardoor ze naar de studenten en andere sangha’s toe kan verdedigen dat ze een bona fide boeddhistische school (nikaya) vormt.

Natuurlijk is dit een geleidelijk proces, en zeker beginnende geïnteresseerden in boeddhisme kunnen vrijelijk rondshoppen bij diverse tradities en sangha’s. Het gaat uiteindelijk steeds om ehipassiko, ‘kom en zie voor jezelf of dit voor je werkt’. Maar wil je vervolgens de diepte in dan betekent dat toewijding en vastigheid.

Er is een groep die deze boot steeds afhoudt en stelt ‘ik ben mijn eigen leraar en ik bepaal zelf wel wat Boeddha adviseert’. Zo iemand blijft naar mijn bescheiden mening opzichtig hangen in ego-versterkend shopgedrag en ontwikkelt dus geen wijsheid en metta maar uiteindelijk slechts een groter ego. Het nu ook in het Westen analoog aan Azië opkomende ‘multireligieuze gedrag’ is kopiëren van iets wat ik in Azië alleen maar als totaal gedegenereerde namaakreligie ervaar. Het belooft voor het Westen ook alleen maar consumentistische verspilling van je emotionele energie.

Net zoiets geldt voor mensen die weliswaar initieel hun meditatie etc. bij een sangha met leraar hebben beoefend maar die ‘achter zich laten’. Ze zouden hun gedrag bijvoorbeeld kunnen vergelijken met een jongere die ouderlijk huis en de banden daarmee verlaat, of zelfs met Gautama de zwerver die achtereenvolgens leraren Alara Kalama en Udakka achter zich liet omdat ‘er meer te leren en vinden was dan zij wisten’. Welnu, de primaire vraag is of ze ook nadat ze deze leraar verlaten hebben nog steeds een vorm van sangha hebben; dus een reguliere groep spirituele vrienden. Het overgrote deel van dit soort verlaters valt simpelweg terug van iemand die serieus op het boeddhistisch pad bezig was naar een –consument- verspiller van de eigen emotionele energie, o.a. omdat het eigen ego belangrijker voor hen is dan de klankbordfunctie van horizontale spirituele vriendschappen. In de termen van ‘schaap versus slimmerik’   zijn het pure individualisten oftewel domme ‘bala in het kwadraat’ tiepjes.

Wat maakt een vriendschapsband spiritueel?

Min of meer een parallelle dimensie aan deze sangha-definitie is de boven slechts half beantwoorde vraag “Wat maakt vriendschappen nu spiritueel?”. Wel het zijn een aantal criteria die echt niet allemaal van toepassing hoeven te zijn, maar wel een aantal ervan.

  • De basis van het onderlinge contact is metta. De ander is voor jou een oefenobject om je metta op uit te proberen, maar dat is per definitie niet exclusief. Dus aan de ene kant zal er nooit sprake zijn van handelen vanuit begeerte-haat-onwetendheid naar die ander toe want dat is de ‘power mode’ in goed Engels. Maar aan de andere kant moet het écht gaan om die spirituele vriend het allerbeste te wensen voor haar pad; elke dimensie van verliefdheid/seksualiteit heeft altijd begeerte in zich en is dus heel, heel moeilijk te combineren met spirituele vriendschap.
  • Houd je in de vriendschapsband aan alle ethische richtlijnen; Upaya oftewel ‘grenzen verleggen om bestwil’ is alleen in zeer specifieke situaties aan specifieke verticale vrienden geoorloofd.
  • Spirituele onderwerpen zijn een hoeksteen van jullie contact, maar het zal zelden de enige interesse zijn die jullie bindt. Andere gedeelde interesses zijn prima – denk aan muziek of andere kunstvormen, sporten etc.
  • Een spirituele vriendschap eist nóg specifiekere ‘toewijding en vastigheid’ dan je al naar de sangha als geheel probeert te beoefenen. Dus je houdt bijvoorbeeld ook buiten sanghameetings en –retraites nog geregeld kontakt met de specifieke spirituele vriend(in), bijvoorbeeld telefonisch of door samen kunstbezoek of sporten te beoefenen.

 

Eindconclusie

Sangha is het derde juweel van het boeddhisme, en even belangrijk als je toewijding aan Boeddha en dharma. En omdat de arya-sangha voor de meesten van ons een ver-van-mijn-bed-show is gaat het vooral om toewijding aan de ‘gewone’ sangha die je in vlees en bloed kunt ontmoeten. En dat is het opbouwen van een intens genoeg contact met zowel vrienden/innen die primair als klankbord fungeren voor wat je allemaal doet om de dharma in je leven te integreren, als met enkele ‘vrienden’ die voor jou meer als leraar fungeren en in ieder geval zaken in elke voetstap voorleven. Met dit derde juweel op orde naast je andere twee pilaren is voortgang op het pad verzekerd.

*Hierin vind je het beroemde fragment “Toen hij daar zo zat, zei de Eerwaarde Ananda tegen de Gezegende: “Dit is de helft van het heilige leven, Heer: bevriend te zijn met edele mensen, een metgezel te zijn van edele mensen, een collega te zijn van edele mensen.” “Zeg dat niet, Ananda! Zeg dat niet! Bevriend zijn met edele mensen, een metgezel zijn van edele mensen, een collega zijn van edele mensen is in werkelijkheid het hele heilige leven. Wanneer een monnik bevriend is met edele mensen, een metgezel is van edele mensen, een collega is van edele mensen, dan kun je van hem verwachten dat hij het Edele Achtvoudige Pad (ariya atthangika magga) zal ontwikkelen en er veel van zal maken.”

 

Delen is rijkdom:

  • Twitter
  • LinkedIn
  • E-mail

Categorie: Achtergronden, Dharma en filosofie Tags: dharma, spiritueel, vriendschap

Lees ook:

  1. De dharma die door ons heen vloeit
  2. Er is geen Boeddha of Dharma buiten de ene Geest
  3. Positiviteit als dharma-oefening: De geest
  4. De dharma

Elke dag het BD in je mailbox?

Elke dag sturen we je een overzicht van de nieuwste berichten op het Boeddhistisch Dagblad. Gratis.

Wanneer wil je het overzicht ontvangen?

Primaire Sidebar

Door:

Ujukarin

Ujukarin is lid van de Triratna Boeddhistische Orde. 
Alle artikelen »

Ochtend- of avondeditie

Ochtend- of avondeditie ontvangen

Abonneer je

Elke dag gratis een overzicht van de berichten op het Boeddhistisch Dagblad in je mailbox.
Inschrijven »

Agenda

23 mrt
Zen Meditatie Introductie
23 mrt 23
30 mei
Vipassana meditatie Rotterdam
30 mei 23
Rotterdam
31 mei
Ontspanningsmeditatie Rotterdam (vipassana)
31 mei 23
01 jun
Rotterdam - geleide meditatie (vipassana meditatie)
1 jun 23
03 jun
Zen in Twente ochtend met Doin Sensei op 3 juni
3 jun 23
  • bekijk de agenda
  • De werkplaats

    De werkplaats.

    Boeddhistische kunstenaars

    Artikelen en beschrijvingen van en over het werk van boeddhistische kunstenaars. Lezers/kunstenaars kunnen zich ook aanmelden met hun eigen werk.
    lees meer »

    Pakhuis van Verlangen

    In het Boeddhistisch pakhuis van verlangen blijven sommige teksten nog een tijdje op de leestafel liggen.

    Hein Thijssen – ‘God was gewoon een implantaat’

    Joop Ha Hoek - 29 mei 2023

    ‘Wanneer precies weet ik niet meer, maar op een bepaald punt in mijn leven brak mijn kritische geest open. Ik kan me ook niet meer herinneren hoe en op grond waarvan, maar er brak een periode aan waarbij ik me serieus begon af te vragen: hoe kom ik aan het begrip god’? God zat in mijn hoofd als een vage, vormloze massa. Ik moest toen heel nuchter vaststellen dat het begrip ´god´ geen weten was, geen ervaring, maar mij door mensen in  mijn omgeving was aangepraat, in mijn geest was geplant. God was gewoon een implantaat.´

    Waarover praten we als we het over identiteit hebben?

    Kees Moerbeek - 28 mei 2023

    Zolang de identiteitsstrijd werd gevoerd uit naam van gemarginaliseerde of als minderwaardig beschouwde minderheidsgroepen, stond deze op het programma van links. Zodra de referentiegroep echter een meerderheid werd, of een groep die zichzelf superieur opstelde naar andere groepen, werd het bestempeld als een rechts of extreemrechts geluid.

    Daoïsme, de mystieke traditie, een bloemlezing

    Erik Hoogcarspel - 27 mei 2023

    Jan de Meyer (1961) is sinoloog en vertaler. Hij doet al 40 jaar onderzoek naar het daoïsme en hij heeft een nieuwe bloemlezing geschreven van de belangrijkste teksten van het daoïsme. De meeste lezers zijn al bekend met twee beroemde teksten uit deze Chinese traditie: de Laozi en de Zuangzi. Beide teksten zijn al verschillende malen in het Nederlands vertaald, onder andere door de bekende sinoloog Kristoffer Schipperṣ.

    ‘Meebewegen met wat er is’

    gastauteur - 15 mei 2023

    Als het gaat om dak- en thuisloze mensen wordt er door de maatschappij merendeels nog vanuit 'schuld en eigen verantwoordelijkheid' gedacht. Men heeft vaak het verkeerde idee dat iedere persoon in Nederland eigen verantwoorde keuzes maakt en dus verantwoordelijk is voor diens eigen lijden. Of men denkt dat het heel makkelijk is om een uitkering aan te vragen. De gewone burger weet niet hoe het is voor iemand die in een totaal andere realiteit zit.’

    Ras – nutteloze, kwaadaardige onzin

    Kees Moerbeek - 14 mei 2023

    Angela Saini heeft voor haar boek Superieur: de terugkeer van de rassentheorie zo’n beetje alle literatuur over rassenwetenschap doorgespit, schrijft ze. Veel genetici menen dat als genetica bewijst dat er nauwelijks reden is om rassenonderscheid te maken, het dus snel afgelopen zal zijn met racisme. Was het maar waar. Racisme is juist een sociale constructie met een enorme invloed, constateert ze.

    Meer onder 'pakhuis van verlangen'

    Footer

    Boeddhistisch Dagblad

    over ons

    Recente berichten

    • Het paradijs is de kosmische grap
    • Over de Lotus-soetra (23): De parabel van de man die naar water graaft
    • Hein Thijssen – ‘God was gewoon een implantaat’
    • haiku
    • Tussen veranderlijk en onveranderlijk vind je de deur naar non-dualiteit

    Reageren

    We vinden het geweldig om reacties op berichten te krijgen en op die manier in contact te komen met lezers, maar wat staan we wel en niet toe op de site?

    Over het BD

    Het Boeddhistisch Dagblad is een onafhankelijk journalistiek webmagazine over boeddhistische thema’s en inzichten.
    Lees ons colofon.

    Zie ook

    • Contact
    • Over ons
    • Columns
    • Reageren op de krantensite

    Het Boeddhistisch Dagblad is een onafhankelijk journalistiek webmagazine over boeddhistische thema’s en inzichten. Lees ons colofon.

     

    Op deze website gebruiken we cookies voor het bijhouden van bezoekersstatistieken.  Via de instellingen kun je bepalen wat je wel of niet toestaat: bekijk je instellingen.

     

    Privacy en cookies

    Op deze website gebruiken we cookies voor het bijhouden van bezoekersstatistieken en als je reageert: je naam en mailadres.

    Zo houden we bij hoe de site gebruikt wordt en hoe vaak.

    Hier kun je instellen welke cookies je wel of niet toestaat.

    Noodzakelijke cookies

    Met deze cookies slaan we je voorkeuren in het gebruik van deze website op.

    If you disable this cookie, we will not be able to save your preferences. This means that every time you visit this website you will need to enable or disable cookies again.

    Privacy

    Bekijk wat we wel of niet doen met je gegevens