• Door naar de hoofd inhoud
  • Skip to secondary menu
  • Spring naar de eerste sidebar
  • Spring naar de voettekst

Boeddhistisch Dagblad

Ontwart en ontwikkelt

Header Rechts

Veertiende jaargang

Zoek op deze site

  • Home
  • Agenda
    • Geef je activiteit door
  • Columns
    • Andre Baets
    • Dharmapelgrim
    • Bertjan Oosterbeek
    • Dick Verstegen
    • Edel Maex
    • Emmaho
    • Goff Smeets
    • Hans van Dam
    • Jana Verboom
    • Joop Hoek
    • Jules Prast
    • Paul de Blot
    • Rob van Boven en Luuk Mur
    • Ronald Hermsen
    • Theo Niessen
    • Xavier Vandeputte
    • Zeshin van der Plas
  • Nieuws
  • Contact
    • Steun het BD
    • Mailinglijst
  • Series
    • Boeddha in de Linie
    • De werkplaats
    • Recepten
    • De Linji Lu
    • De Poortloze Poort
    • Denkers en doeners
    • De Oude Cheng
    • Meester Tja en de Tao van Niet-Weten – alle links
    • Fabels door Goff
    • Cartoons van Ardan
    • Tekeningen Sodis Vita
    • De derwisj en de dwaas
  • Over ons
    • Redactiestatuut van het Boeddhistisch Dagblad
    • Redactieformule van het Boeddhistisch Dagblad
  • Privacy

Home » Achtergronden » Westers boeddhisme de maat genomen

Westers boeddhisme de maat genomen

9 oktober 2013 door Jules Prast

Het boeddhisme dat innerlijke spirituele ontwikkeling en meditatie centraal stelt, is ontwikkeld door boeddhistische vernieuwers die zoveel water bij de wijn hebben gedaan, dat je je moet afvragen of er niet te veel verloren is gegaan

Robert Sharf.
Robert Sharf.

Dit zegt Robert Sharf, hoogleraar in het Oost-Aziatische boeddhisme in Berkeley (Californië) en priester in de Japanse Hosso-school, in een werkelijk razend interessant Engelstalig interview uit 2007 dat opnieuw op de website van Tricycle Magazine staat.

Sharf behandelt een groot aantal thema’s, maar spendeert de meeste tijd aan een diepgravende kritiek op het zogeheten boeddhistische modernisme. Veel mensen in het Westen kennen het boeddhisme als een gemoderniseerd exportprodukt uit Azië, zegt Sharf. Het boeddhisme in Azië en het christendom in het Westen hebben gemeen dat de opkomst van wetenschap en industrie in de negentiende eeuw veranderingen inluidden die eeuwenoude religieuze instituties tot aanpassen noopten.

Er komt geen einde aan de ‘gouwe ouwe’s’ uit de wijsheidscollectie, zoals Tricycle zijn archief betitelt. Laten we hopen dat het Amerikaanse boeddhistentijdschrift het beste van zijn toekomst niet achter zich heeft liggen.

Marginaal
Het boeddhisme dat innerlijke spirituele ontwikkeling en meditatie centraal stelt, is ontwikkeld door boeddhistische vernieuwers die zoveel water bij de wijn hebben gedaan, dat je je moet afvragen of er niet te veel verloren is gegaan, stelt Sharf.

Hij noemt bijvoorbeeld de Japanse zenmeester Hakuun Yasutani en de Birmese vipassanaleraren Mahasi Sayadaw en U Ba Khin figuren die als “marginaal” en “controversieel” werden beschouwd binnen hun eigen tradities. Dit omdat ze instantboeddhisme zouden aanbieden met snelle resultaten. Laten dit nu net klinkende namen zijn van de dharmavoorouders van veel eigentijdse boeddhistische leraren in Europa en de VS.

Op de vraag wat er dan precies verloren gaat, geeft Sharf ten antwoord dat we open moeten staan voor wat het boeddhisme tot een geheel maakt, ook wanneer dit niet in ons eigen straatje zou passen. Concreet gezien noemt hij de sangha als institutie die het egocentrisme van de spirituele solozoeker kan indammen. Hij geeft ook hoog op van ritueel en van kennis van geschreven bronnen: “Als instituties en sutra’s er niet meer toe doen, dan wordt gezag een kwestie van persoonlijk charisma,” merkt hij op.

Sharf haalt eveneens scherp uit naar de obsessieve afkeer van het zelf in het Westerse boeddhisme. Onopgemerkt dreigt deze het geloof in het niet-zelf te doen verkeren in een nieuwe vorm van doctrinair essentialisme waarin het boeddhisme zijn relativeringsvermogen verliest.

Winst
Kortom, het Westerse boeddhisme wordt de maat genomen met vragen waarop je niet in enkele pakkende soundbites hapklare antwoorden formuleert. Vragen die eerder aanleiding geven tot zorgvuldige lezing en zelfonderzoek. Want ook in 2013 valt de meeste winst waarschijnlijk nog te behalen in de open uitnodiging die Sharf ons zes jaar geleden al deed om meer te weten te komen over wat we over het boeddhisme nog niet weten.

Of heeft deze uitdaging sindsdien aan actualiteitswaarde ingeboet? Daar lijkt het niet op. Sharf stelt ook het probleem aan de orde dat de verhoudingen binnen de Westerse geldeconomieën boeddhistische leraren opzadelen met de druk om een aanbod te ontwikkelen dat goed in de markt ligt. De dilemma’s die hiermee verbonden zijn, hebben de pennen hier te lande eerder dit jaar druk in beweging gehouden.

Een herwaardering van traditie, échte traditie? Of een verdergaande aanpassing van het boeddhisme aan de smaak van het Westen? Of ligt de wijsheid in het midden, in het kleine, vrijwel onzichtbare geven en nemen van talloze leraren en leerlingen, in het veelstromenland van een fijnzinnige culturele Oost-West-dynamiek waarvan niemand vooraf het precieze verloop kent?

Jules Prast.

Update (20 okt 2013, PvB): naam van Sharf gecorrigeerd van ‘Scharf’ naar ‘Sharf’; dank aan Marieke

Categorie: Achtergronden, Boeddhisme, Columns, Jules Prast Tags: Jules Prast, kritiek, modernisering, robert sharf, westers boeddhisme

Lees ook:

  1. Totaalboeddhisme
  2. God, Spinoza en boeddhanatuur – deel twee
  3. Jules – Leve de leegte? Of juist niet?
  4. Beroepsgelovigen en amateurzitters

Elke dag het BD in je mailbox?

Elke dag sturen we je een overzicht van de nieuwste berichten op het Boeddhistisch Dagblad. Gratis.

Wanneer wil je het overzicht ontvangen?

Lees Interacties

Reacties

  1. Ujukarin zegt

    9 oktober 2013 om 09:51

    Hij heeft punten en hij heeft ze ook weer niet. En dat kan ik zeggen namens een sangha die het op hoofdlijnen met ‘m eens is qua insteek, we doen bijvoorbeeld beduidend meer aan nadruk-op-sangha (in de vorm van Kalyana Mitrata), rituelen en kennis van bronteksten dan veel andere ‘moderne’ scholen. Maar zo’n punt als

    “opzadelen met de druk om een aanbod te ontwikkelen dat goed in de markt ligt.”

    Is weer totaal de plank misgeslagen, want daar is niets Westers/moderns aan. Een Aziatische bedelmonnik of tempel die dingen aanbiedt die te ver van het bed liggen van de volgelingen in het dorpje scoort niet of nauwelijks met Dana, en past dus OOK z’n aanbod aan om te kunnen overleven. De Boeddha heeft die nauwe band tussen monastieke sangha en ‘leken’ ook zo gewild maar was zich mogelijk niet van alle risico’s bewust, namelijk dat de leken-invloed het niveau van sangha en leer naar beneden kan trekken. Spreekwoordelijk voorbeeld is wat geregeld in Azie gebeurt, dat lokale bijgelovige volgelingen menen te ontwaren dat Bikkhu of Bikshuni XYZ ‘door het boze oog bezeten’ is en dan de hele tempel gaan boycotten totdat de abt deze misschien alleen-maar-wat-buitenissige persoon heeft weggestuurd…

    With folded palms,

  2. Menno Prins zegt

    9 oktober 2013 om 10:50

    “Niets blijft hangen aan wat geen houvast biedt.” schreef ik laatst in een artikeltje dat in het BD is geplaatst. Dat geldt natuurlijk ook voor iedere manier waarop de leer van Boeddha aan het volk wordt gepresenteerd. Van een idee, leer, sangha, ritueel of wat dan ook dat geen houvast biedt, glijdt alles af. Wie mensen enthousiast wil maken voor een idee; bereid wil maken een leer te volgen; warm wil krijgen om zich bij een sangha aan te sluiten enzovoorts, ontkomt er niet aan elementen aan te bieden die houvast bieden. Dat dienen m.i. in de eerste plaats elementen te zijn die mensen kunnen herkennen, en in de tweede plaats elementen die uitnodigen om “gevat” te worden. Het meeste succes valt te verwachten wanneer deze voorwaarden aansluiten bij de cultuur en de tijdgeest waarin de mensen leven. Zolang de geboden aanknopingspunten niet strijdig zijn met de dharma, ben ik van mening dat alle eventuele bezwaren daartegen geen stand kunnen houden.
    Een andere metafoor: het westers boeddhisme bestaat uit ontkiemende zaden die op zeer uiteenlopende voedingsbodems terecht zijn gekomen en nog steeds terecht komen. Sommige zaden zullen uitgroeien tot bomen waarvan de wortels tot dezelfde bronnen reiken als welke andere boom in het boeddhistisch landschap dan ook. Andere zullen vroeg of laat wegkwijnen, verdorren en omvallen. Wie door een bos loopt, ziet vooral de bomen die het gered hebben. Hij of zij ziet doorgaans niet de vele, vele scheuten die het zonder succes “geprobeerd hebben”.

  3. Eric M Stols zegt

    9 oktober 2013 om 12:02

    Aardig artikel van Jules Prast tav een oud Scharf Tricycle stuk.

    De heer Scharf ooit ontmoet hebbende vraag ik mij dan enigszins ironisch af in hoeverre hij zelf, – en hoe lang,
    als solist par exempel ooit in zo’n egocentrisme remmende sangha heeft mogen vertoeven.

    En bij wel degelijk participatie in het algemeen;
    in hoeverre is een sangha zoals beoogd positief corrigerend of alleen verkeerd hospitaliserend?

    En als bijeenkomsten slechts in het teken van de meditatie staan;
    -vervolgens kan je je afvragen in hoeverre de Mahasi Sayadaws etc dan ook nog eens de goede meditatie vorm hebben willen doorgeven.
    Mahasi Saydaw propagandeerde een “Vipassana vorm” die tav samma samadhi;
    – juiste concentratie- (zie 8 voudige pad), eigenlijk te bevragen was en is.
    Een bevraging die tot in de huidige Hollandse SIM vipassana sangha’s vertabouriseert is.
    Dit terwijl deze sangha juist zich ietwat arrogant de enige oprechte vertegenwoordiger van Vipassana in Nederland waant.
    Het vertabouriseren getuigt mijn inziens al van een bepaalde politieke en communicatie uitsluitende houding.
    Al schijnt er nu (na decennia) met de komst van Brasington eindelijk iets te veranderen?
    Immers; gerenommeerde Theravada boeddhistes (tes;……) zoals Ayya Khema wensten zich van deze Mahasi Sayadaw vorm te distantiëren.

    Op de lijn van vervorming Satipathana beoefening, – Vipassana (al dan niet heruitgevonden19e/20e eeuw)- Mahasi Sayadaw “Vipassana” (veelal Amerikaans (Goldstein/ Kornfield) meditatie – Bompu Zen- Mindfulness,
    – is de Mahasi Sayadaw slechts een van de vele “aanpassingen” in een lange keten van (meditatie) vervormingen/ aanpassingen.
    Vervormingen waarbij de boeddhistische dhamma steeds dunner werd??

    Anderen zullen het als Upaya, verandering van vaardige methoden wensen te zien.

    Natuurlijk heeft Scharf gelijk tav zijn definitie van een functionele sangha.
    Maar daar knelt juist de schoen, de meeste sangha’s blijken, menselijk al te menselijk, slechts in het teken van de macht ipv de inspiriratie te willen staan. Of hiervan een al te onduidelijke mistige mengeling van te willen vormen.
    Immers; macht (en geld) is via de groep veel gemakkelijker en veelal hiërarchisch te organiseren.
    Desalniettemin is inderdaad een groep, een organisatie vorm onoverkomelijk, al was het maar als slechts een vehikel om de dhamma over te kunnen brengen.
    Fatsoenlijke kritiek zou dus als een soort antivirus tav oneigenlijke machts uitoefening daarop gericht moeten zijn dat de oorspronkelijke boeddhistische doelstelling gehandhaafd moge blijven.

    Dat in Holland het (dis?) functioneren van de sangha’s op een fatsoenlijke wijze bevragenswaard is,
    daar moge alleen al de Boeddhistische Unie geschiedenis van getuigen.
    Als een soort ultieme oproep tot betrokkenheid (….!) heeft de BUN voorzitter daar de laatste heel heldere nieuwsbrief geschreven.

    Echter; – dan zouden ook moderatoren van juist begrip moeten willen getuigen als corrigerende opmerkingen en reacties niet uit een soort koud water angst en onbegrip gelijk verwijderd worden.
    Immers, daarmede wordt slechts de veelal disfunctionele status quo gediend en komen we nooit tot een fatsoenlijke verbetering.
    Dan komen we nooit tot sangha’s zoals Scharf, – en naar ik aanneem Jules Prast-, wenselijk achten.

    A priori excuses voor juist die sanghaleden die menen dat juist zij zich al in een bovenvermelde “Scharf” sangha opgenomen voelen.

    Misschien is het iets voor een volgend stukje om te bepalen aan welke criteria, -zover al mogelijk-, deze dan moeten voldoen,
    – waaraan men dan eea wenst te toetsen?

    Als, zoals Jules Prast veronderstelt, het Tricycle blad zijn beste tijd heeft gehad, zou eea dan een indicatie zijn dat westers boeddhisme slechts een vehikel van een babyboom generatie is geweest?
    Ook mijn waarnemingen lijken eea te bevestigen?

    Zouden we onze praktijk, oa het daadwerkelijk functioneren van een sangha, moeten willen reflecteren,
    al was het maar om ook de jeugd, de volgende generaties aan te kunnen spreken zonder dat de dhamma al te veel geweld wordt aangedaan?

    Met hartelijke groeten,

    Eric M Stols.

  4. Jules Prast zegt

    9 oktober 2013 om 13:54

    Ook veel interessante artikelen op Scharf’s website:
    http://buddhiststudies.berkeley.edu/people/faculty/sharf/2.html
    (met dank aan Edel Maex voor deze link)

  5. Kees Moerbeek zegt

    9 oktober 2013 om 20:34

    Beste Jules, graag verwijs ik naar het onderstaande artikel van de website van de Vrienden van het Boeddhisme over boeddhistisch modernisme en meditatie. Het behandelt een van de vele voorbeelden van de invloed van het modernisme op het boeddhisme. David MacMahan publiceerde in 2008 daarover zijn beroemde Making of Buddhist Modernism. Het is een goudmijn voor de belangstellende boeddhistische lezer.
    http://www.vriendenvanboeddhisme.nl/archief/westers_boeddhisme.html

  6. Jules Prast zegt

    10 oktober 2013 om 10:22

    Beste Kees,

    Het boek van McMahan heb ik hier genoemd:
    http://site.butsudo.nl/2013/04/22/het-discours-van-het-moderne-boeddhisme/

    Het (prachtige) artikel waarnaar jij verwijst, zegt:
    “McMahan is voorzichtig genoeg om geen normatieve uitspraken te doen over wat wel of niet echt boeddhistisch is, schrijft David Loy in zijn artikel ‘How Modern is Buddhist Modernism?’ Ik sluit me graag bij zijn mening aan.”

    Het verschil tussen McMahan en Scharf is dat de laatste wél normatieve uitspraken doet.

    Vervolgens gaat jouw artikel verder:
    “McMahan gaat uit van de traditie en komt tegenstrijdigheden tegen. Ze zijn het gevolg van de omstandigheden die boeddhisten in de loop van de eeuwen zijn tegengekomen. Maar volgens Loy staat er veel meer op het spel dat het bestaan van boeddhisme rechtvaardigt in deze wereld. Wat kunnen al die soorten boeddhisme bijdragen aan het verlichten van de persoonlijke en het collectieve dukkha van onze tijd? Zou het typisch Westers zijn om deze lat zo hoog te leggen, of is het boeddhistisch?”

    De spijker op de kop! Ik zou hieraan willen toevoegen: In hoeverre is het boeddhisme dat wij in ons deel van de wereld aantreffen echt boeddhisme en in hoeverre is het een (legitiem) spiritueel zoeken dat zich hult in de kleren van boeddhisme?

    Ik ben niet op zoek naar ‘zuiver boeddhisme’ maar naar toetsingsfactoren, naar vragen die je aan jezelf, je leraren, je traditie kunt stellen om de kwaliteit van de boeddhistische praktijk waarbinnen je beoefent, te beoordelen.

    Scharf biedt ook niet de defintieve antwoorden hierop, maar zijn betoog prikkelt mijn nieuwsgierigheid naar het deel boeddhisme dat zich mogelijk buiten ons gezichtsveld bevindt. Wat is daarvan precies de substantie en wat kunnen we daarvan leren?

    Met vriendelijke groet,

    Jules

  7. Nic zegt

    10 oktober 2013 om 18:58

    Jules,
    Hoe acht je het mogelijk boeddhisme te bestuderen dat buiten je gezichtsveld ligt?
    Helaas kunnen we online alleen met tekst het boeddhisme bestuderen. De praktijk moet achterwege blijven en ik denk dat daar ook een manco zit in het onderzoek.

    • Jules Prast zegt

      10 oktober 2013 om 21:33

      Door het binnen je gezichtsveld te brengen.

      Spiritueel toerisme is eeuwenoud.
      Japanners (zoals Dogen maar ook vele, vele anderen) gingen op zoek naar het boeddhisme in China.
      Chinezen (zoals Hsuan-tsang) gingen op zoek naar het boeddhisme in India.
      Nu gaan Westerse boeddhisten al enkele decennia lang naar Azië.
      Om te snuffelen of om voor kortere of langere tijd in de leer te gaan in een klooster daar.
      Vergeet niet dat slechts een deel van de boeddhistische scholen in ons deel van de wereld voorkomt.
      De kans bestaat dus ook dat je, als je in Azië gaat rondkijken, een boeddhistische school tegenkomt die je totaal niet kent.

      Als je niet naar Azië kunt, dan kun je proberen het dichterbij te vinden.
      Waar een wil is, is een weg.

      • Nic zegt

        11 oktober 2013 om 02:12

        Het dichtste bij is hier en nu.
        Is dat geen mooi begin van het willen en de weg?

  8. Sjoerd zegt

    10 oktober 2013 om 20:56

    Na al deze reacties en commentaren vraag ik mij af:
    Is er iemand onder jullie die mij wil uitleggen wat “ECHT BOEDDHISME” eigenlijk is???

    • Jules Prast zegt

      10 oktober 2013 om 21:35

      Het gaat niet om ‘echt’ boeddhisme maar om andere vormen van boeddhistische beoefening en leven dan die je kent.

      • Nic zegt

        11 oktober 2013 om 02:20

        Dan ben je dus continu opzoek er is altijd wel iets dat je niet kent. Het is nog maar de vraag of je het vermogen hebt te herkennen wat je nog niet kent.
        Wat je niet kent is bijvoorbeeld de toekomst totdat die ‘nu’ is.
        Op zoek gaan naar wat je niet kent lijkt me een oneindige onderneming.

  9. Henk Molenaar zegt

    10 oktober 2013 om 23:01

    “ECHT BOEDDHISME” lijkt me iets fundamentalistisch, een uiterste.

  10. Eric M Stols zegt

    11 oktober 2013 om 11:14

    Het valt mij op dat er grofweg 2 soorten reacties vallen te onderscheiden.

    De beginners reactie die nogal consumptief “met het mes op de keel” van de anderen wenst te eisen dat op hun vragen direct antwoord wordt gegeven.
    Immers; – wat (zuiver) boeddhisme zou zijn-misschien is het raadzaam om eerst eens eens een beginners inleidend boekje te lezen?
    Dat kan van alles zijn; – van Thich Nhat Hanh t/m Steve Hagen.
    Alleen al het vermelden van alle inleidingen, in het hollands taalgebied verschenen, zou meer dan een gehele column kunnen vullen. Of google eens even…

    Maar goed dan; – van iemand die in ieder geval wel als integer wordt beschouwd;
    Thich Nath Hahn, Het Hart van Boeddha’s leer.
    TNH geeft overigens zelf aan dat wat hem betreft Boeddhisme slechts Boeddhisme kan zijn als het voldoet aan de drie dhammazegels (1-er is geen zelf; 2-alles is stromend, 3-een notitie van Nirwana/Dukkha).
    En inderdaad natuurlijk, er zijn vele voetnoten (een “mere a boire” voor specialisten) te maken,
    zoals TNH ook gelijk ironisch tav het 3e punt maakt.

    Aan de andere kant van het spectrum heb je de intellectuelen, zoals wellicht mede de initiator vh stuk, die naar mijn mening iets bedrijven wat steeds meer naar intellectual-isme lijkt te gaan rieken.
    Met een soort bescheidenheid die inderdaad ten hemel riekt…?
    Immers vele verwijzingen naar universiteit citaten in Verweggistan.
    Op zich aardig, maar wat koop je daar voor als je de eigen sangha en de eigen (moeizaam functionerende) koepel (Boeddhistische Unie) hardnekkig buiten beschouwing wenst te laten.
    Getuigt de tekst dan niet meer weer van een poging om je subtiel boven de ander te willen verheffen?
    En vervolgens getuigend van een oorverdovende blindheid naar de eigen praktijk, de eigen sangha, het hier en nu…van de eigen koepel??
    Dus van een escapisme om maar oeverloos te willen blijven intellectualiseren over onderwerpen die inderdaad niet geheel van importantie zijn ontbloot, – maar er even, gezien de huidige situatie, hier en nu,- er minder toe doen?

    Zullen we ons nu eens echt richten op het eigen westerse, – dus hollandse boeddhisme?

    Of wensen we dan weer niet te zien wat zo evident is, kijken we dan opeens weg, niet geheel ongebruikelijk en onverklaarbaar als je wellicht last hebt van oude post christelijke imperatieven?

  11. Joop Ha Hoek zegt

    11 oktober 2013 om 15:14

    Beste lezers, ik heb het gecheckt en dubbel gecheckt, Jules heet toch echt van achteren Prast en niet Scharf. Hij is zo vriendelijk, mettavol, om jullie de opvattingen van Robert Scharf te presenteren, niets meer, niets minder. Geniet ervan.

    • Eric M Stols zegt

      11 oktober 2013 om 15:23

      Best Joop,

      Volgens mij doe je Jules Prast daar toch ook weer geen echt recht mee?

      Immers, in de lange betogen verwoordt hij toch weldegelijk zijn eigen erudiete opinie?

      Vergelijdt een introductie anderzijds wellicht tot een voertuig van eigen meningen?

      Al dan niet expliciet of impliciet?

      Net zoals bij Ton Lathouwers inleiding bij Edel Maex is dan toch wellicht eea bevraagbaar?

      Met vriendelijke groeten,

      Eric M Stols.

  12. Jules Prast zegt

    11 oktober 2013 om 16:13

    Mijn verzamelantwoord op hier geplaatste reacties heb ik gebundeld in een vervolgartikel, ‘Westers boeddhisme de maat genomen (deel 2)’, zie hier: https://boeddhistischdagblad.nl/westers-boeddhisme-maat-genomen-deel-2/

Primaire Sidebar

Door:

Jules Prast

Jules (1961) schreef van 2012 tot 2025 regelmatig voor het Boeddhistisch Dagblad en sindsdien incidenteel. Bij het Kanzeon Zen Centrum Amsterdam ontving hij in 2013 de dharmanaam Taigu (‘grote dwaas’). Behalve van zen is hij een liefhebber van Shinran en de nembutsu. Parallellen tussen christendom en boeddhisme vormen een terugkerend thema in zijn werk. 
Alle artikelen »

Agenda

  • Agenda
  • Geef je activiteit door

Ochtend- of avondeditie

Ochtend- of avondeditie ontvangen

Abonneer je

Elke dag gratis een overzicht van de berichten op het Boeddhistisch Dagblad in je mailbox.
Inschrijven »

Agenda

  • 10 februari 2025
    Zen Spirit studiegroep 'Het verborgen licht'-vanaf 10 februari 2025
  • 2 mei 2025
    Phowa Studieweek
  • 9 mei 2025
    Seminar Tenzin Wangyal Rinpoche
  • 12 mei 2025
    Maandagochtend meditatie in Amsterdam-West
  • 13 mei 2025
    Verdiepingsbijeenkomst Hand in hand met de Boeddha
  • 13 mei 2025
    Dinsdagavond op even weken samen mediteren in Almere Buiten
  • 13 mei 2025
    Oude boeddhistische inzichten voor geslaagde moderne relaties
  • 13 mei 2025
    Oude boeddhistische inzichten voor geslaagde moderne relaties
  • bekijk de agenda
  • De werkplaats

    De werkplaats.

    Boeddhistische kunstenaars

    Artikelen en beschrijvingen van en over het werk van boeddhistische kunstenaars. Lezers/kunstenaars kunnen zich ook aanmelden met hun eigen werk.
    lees meer »

    Pakhuis van Verlangen

    In het Boeddhistisch pakhuis van verlangen blijven sommige teksten nog een tijdje op de leestafel liggen.

    Weet jij wat een anker is? Test jezelf!

    Hans van Dam - 2 mei 2025

    Deel 3 van een 5-delig dwaalgesprek over de mystieke roos.

    ‘Het leven zelf is zazen’

    Wim Schrever - 28 april 2025

    De grote tragedie hier in het Westen is dat we onze eigen spirituele traditie zo snel hebben opgegeven en met het badwater -de religie- ook het kind -de spiritualiteit- hebben weggegooid. Terwijl een mens fundamenteel nood heeft aan spiritualiteit, aan zingeving.

    Geschiedenis als wapen deel 1

    Kees Moerbeek - 20 april 2025

    President Vladimir Poetin zei in 2014: ‘Onze collectieve herinnering bepaalt onze cultuur, onze geschiedenis en onze tegenwoordige tijd. En onze toekomst zal worden gevormd aan de hand van onze historische ervaring.’ Hij is het zelf die actief deze herinnering en ervaringen vorm geeft en propageert. Ivo van de Wijdeven schrijft dat in de Sovjettijd er nog werd gegrapt dat het land een zekere toekomst had, maar een onvoorspelbaar verleden. Onder Poetin is Ruslands geschiedenis als in beton gegoten. Er is maar één historische waarheid en deze is verankerd in de grondwet en de Nationale Veiligheidsstrategie.

    Jaloerse goden te slim af – de geschiedenis de baas…?

    gastauteur - 13 april 2025

    Hongersnood in een hermetisch afgesloten kuststrook die onwillekeurig aan de vernietigingskampen van weleer doet denken, besmet met meer dan een zweem van genocide… Regeert Adolf Hitler over zijn graf heen? Want bestaat Israël niet bij diens gratie? Zou zonder die bittere nazi-erfenis Palestina als land van drie monotheïstische religies niet nog gewoon zo heten? Is de grond er niet vervloekt, juist door godsdiensten die, gevoed vanuit één fictieve bron, vervolgens als protestbeweging steeds in chronologische volgorde aan haar voorgangster ontspruiten, waarmee de kiem voor een eeuwigdurende vete om de absolute waarheid is gelegd? En claimt niet elk van deze broeder- of zusterstromingen dat stuk met hun aller bloed doordrenkte aarde, aanvankelijk voor Abrahams JHWH, vervolgens voor Jezus’ Vader en ten slotte voor Allah – drie godheden die, in verbitterde onderlinge jaloezie verwikkeld, strijden niet alleen om religieuze hegemonie, maar ook om de profane en politieke macht?

    Wat is quiëtisme?

    Hans van Dam - 27 maart 2025

    Over het stillen van de wil.

    Meer onder 'pakhuis van verlangen'

    Footer

    Boeddhistisch Dagblad

    over ons

    Recente berichten

    • Het pad uit het woord
    • Het jaar 2025 – dag 128 – eigen vrijheid eerst
    • Boeken – De Vallei van Troost
    • ‘Gebruik de rechter niet als zondebok voor falend beleid’
    • Boeddha’s pleegmoeder is een voorbeeld voor boeddhisten op Moederdag

    Reageren

    We vinden het geweldig om reacties op berichten te krijgen en op die manier in contact te komen met lezers, maar wat staan we wel en niet toe op de site?

    Over het BD

    Het Boeddhistisch Dagblad is een onafhankelijk journalistiek webmagazine over boeddhistische thema’s en inzichten.
    Lees ons colofon.

    Zie ook

    • Contact
    • Over ons
    • Columns
    • Reageren op de krantensite

    Het Boeddhistisch Dagblad is een onafhankelijk journalistiek webmagazine over boeddhistische thema’s en inzichten. Lees ons colofon.