De theravada forest-traditie is boeddhisme in zijn puurste vorm. Strenge kloosterregels, opgesteld door Boeddha, ook wel bekend als de Vinaya, dienen volgens de beroemdste verspreiders zoals Ajahn Chah en Ajahn Buddhadasa door monniken nageleefd te worden. Een beschouwing van Marlou Derksen.
Hier tegenover staat een groep boeddhistische leraren met grote invloed, die het belang van de rol die het boeddhisme kan spelen op het wereldtoneel, van hogere waarde achten wanneer het inbindt aan zijn puurheid. Zij hebben een meer flexibele houding ten opzichte van de Vinaya.
Deze discussie leidt tot vragen. Welke strategie leidt uiteindelijk tot het meest gelukkige resultaat? Moeten we stug vasthouden aan deze Vinaya? Of moeten we een tolerante houding aannemen die het boeddhisme toegankelijker maakt, met het risico op afkalving van de leer op langere termijn? Vragen die in boeddhistische landen de gemoederen bezig houden. Gezien hun visie over het huidige falen van de Amerikaanse droomgedachte, zeker niet onterecht.
Om dieper op deze kwestie in te gaan is een toelichting over het belang en het ontstaan van de Vinaya nodig. De Vinaya werd pas later (na zijn verlichting) door de Boeddha ingesteld. Zijn eerste volgelingen waren erg ver in hun realisatie. Toen later meer monniken toetraden tot zijn sangha (gemeenschap van monniken) bleek het een zeer bruikbaar, zo niet een onmisbaar gereedschap om de bosmonniken in harmonie te laten samenleven. Soms ontstonden er namelijk ongeregeldheden doordat monniken van ‘mindere kwaliteit’ fouten begingen. Dit bracht de standaard binnen de sangha omlaag waardoor de Boeddha de Vinaya noodzakelijk achtte.
Een ander belang dat de Boeddha zag voor de Vinaya, dat vanuit boeddhistisch oogpunt tegenwoordig meer kracht geeft aan het traditionelere standpunt van de bosmonniken, raakt dichter aan de leer. Hij zag de Vinaya ook als middel om de weg naar verlichting te bespoedigen. De geschriften uit het Pali-Canon leren het volgende: door te grote gehechtheid aan een verkeerde intentie ontstaat een actie, men klampt zich namelijk mentaal vast aan de intentie en voert de verkeerde actie uit. Hierdoor is de fout bewerkstelligd. De Vinaya draagt door zulke redenaties bij aan de opmerkzaamheid die monniken nodig hebben om verlichting te bereiken. Het kan vanuit boeddhistisch oogpunt dus niet gezegd worden dat de Vinaya niet meer dan een gedateerd wetsysteem is, wanneer men de waarheid enige eer wil aandoen.
De moeilijkheid van deze discussie met het oog op de toekomst van het boeddhisme zou volgens deze redenering kunnen liggen in de complexe samenkomst tussen de in het Westen heersende losbandige genotzucht en de oosterse gedisciplineerde leer van gematigdheid. Want over een ding zijn haast alle boeddhisten het eens: de boeddhistische leer kan in vergaande mate positief bijdragen aan de omstandigheden in de wereld van nu. Dit schept grote eenheid die men niet uit het oog zou moeten verliezen. Juist nu er kansen voor boeddhisten in het Westen komen te liggen.
Marlou Derksen is verbonden aan La Retraite
Ujukarin zegt
Goede bijdrage, Marlou! Maar ik ben bang dat ook hier letter en geest der wet uiteen moeten worden gehouden, alleen een orthodox bang-om-ook-maar-iets-te-veranderen volgeling zal vasthouden dat de hele Vinaya nu relevant is zelfs voor wie een celibataire leefstijl kiest. En de Boeddha zelf voorzag dit, zie o.a. samenvatting in Wikipedia
“In the Mahaparinibbana Sutta the Buddha, as part of his last teaching, tells the bhikkhus that they can abandon some minor rules, but that they should stick to the major ones, but there appears to have been some confusion over which was which. It was therefore decided that they would keep all of the rules.”…
Ik zou dus zeggen: voor hier en nu in het Westen is de Geest relevant, en die kan met beduidend minder regels toe en gooit ook totaal achterhaalde elememten in de Letter weg zoals achterstelling van vrouwen op mannen. Welke regels precies de Geest weergeven daar kunnen meerdere scholen in ontstaan, de mijne bijvoorbeeld kent er 10 danwel 11 alnaargelang men wel/niet celibaat kiest – maar ik proef vrij grote overeenstemming in de praktijk met andere Westers boeddhistische scholen…
With folded palms,