Juiste levensbeoefening is een van de schakels van het achtvoudig pad. En kan uitstekend in het ‘gewone’ leven gedaan worden.
Richtlijnen zijn het vermijden van erg onethische beroepen, zoals slachter of AK47-verkoper of gifmenger; en liefst ook de keuze van een beroep waarin je echt ‘dient’ zoals in de medische wereld of het onderwijs. Maar elk ander beroep dat je roeping is, in plaats van slechts je euri-bron is prima. Extra randvoorwaarde bij veel tradities is dan wel vijf procent van je inkomen als dana (niet alleen aan de dharma!) vrijhouden in welke vorm dan ook. Toch zijn er groepen boeddhisten die hierin verder gaan, en in dit tweeluik kijk ik naar een groep vrienden van me die zoiets doen.
Ervaring
Het zal beginjaren negentig zijn geweest. Ik had na veel puzzelen net gekozen voor mijn huidige sangha (Triratna) en mijn Tibetaanse vrienden vaarwel gezegd, en ging twee weken op retraites in de UK. Omdat er wat tijd over was zou ik eerst drie dagen in Cambridge logeren bij een vriend van vrienden. En dat bleek te zijn in een woongemeenschap van Windhorse Trading. Een, je mag wel zeggen boeddhistische onderneming, die in 1980 als een ‘marktkraampje’ begon en anno 2013 is uitgegroeid tot een onder meer online winkel van geschenken en giften, met meer dan honderd medewerkers. De bedrijfsvoering is gebaseerd op het generen van charitas, lees dana.
Ratnaprabha heette me hartelijk welkom en introduceerde wat andere huisgenoten. Als logische stap voor alle gastvrijheid ging ik enkele dagen meehelpen bij de geschenkengroothandel Windhorse. Het was relatief geestdodend en daarom soms juist erg meditatieve magazijnwerk, aangevuld met een halve dag kantoorwerk, hoezeer dit ook spiritueel ‘gevaarlijk’ is voor een nerd als ik.
Geschiedenis
Windhorse was toen al zeker tachtig man groot, maar was minder dan tien jaar terug begonnen in een achterkamer. Het is zeker niet het eerste gezamenlijke Juiste Levensbeoefening (Team Based Right Livelihood) of ‘Ethisch Werkverband’ bedrijf binnen Triratna, er waren en zijn ook tientallen winkeltjes en horeca – doch allen op kleinere schaal.
Waar in die andere werkverbanden de nadruk ligt op roeping/dienen met gezond voedsel en zo, ligt bij Windhorse de nadruk op ‘kapitalistisch winst genereren’ en die winst dan inzetten voor de dharma en andere goede doelen. Maar wel nadrukkelijk winst maken binnen de fair trade-grenzen. In de jaren ’80 kwam de inspiratie er ook na het behulpzaam zijn bij het opzetten van afzetkanalen voor hun producten in het Westen van onze Indiase Dalit-vrienden (zie mijn vorige drieluik). Zij zijn nog steeds een van de leveranciers, al is het door allerlei redenen maximaal zes tot tien procent van het aanbod. Behalve aan geschenkenwinkels verkoopt Windhorse ook spullen via de eigen ‘Evolution’ winkels, waarvan sommige permanent en andere alleen in het oktober-december kerstboomseizoen open zijn.
Windhorse is niet zo maar een onderneming. Ook qua interne werksfeer ligt de lat veel hoger dan in een gewoon bedrijf. Windhorse behandelt klanten en leveranciers met alle respect, en probeert ook de werknemers spiritueel en democratisch te stimuleren. Dat moet ook wel, want puur voor het geld kom je er echt niet werken. Iedereen (tot aan de directeur toe) verdient in principe een minimumloon, hierdoor is er relatief veel winst die dan weer als onder meer dana ten goede komt aan goede doelen.
Woongemeenschappen en salarissen
Dat laatste ervoer ik nadrukkelijk in de woongemeenschap waar ik logeerde. Er ontstond al snel een vriendschap met ene Erik, een Duitse jongen die er al enkele jaren woonde, er werkte en een Engelse vriendin had. Hij leefde apart van haar maar nam wel verantwoordelijkheid voor hun gezamenlijke dochtertje.
Windhorse heeft als regel ‘Geef wat je kunt en neem naar je echte behoefte’, gebaseerd op de leringen van de Boeddha doch keurig gekopieerd door de grondlegger van het marxisme. En volgens deze regel kreeg Erik meer salaris dan de Windhorse-directeur. En bovenop de kost/inwoning, zakgeld en zes weken plus vier weekeinden betaalde retraite per jaar kreeg hij maandelijks nog eens tweehonderd pond voor het onderhoud van het kind.
Die betalingsregel was natuurlijk erg gericht op hardcore-boeddhisten, maar ook toen al zag je enige detente erin. In plaats van zes weken retraite was het voor sommigen vier weken retraite plus twee weken, wat door ons wel genoemd wordt ‘samsarische’ vakantie. Van het budget voor die twee weken retraite konden ze net een Costa-appartement plus Eurolines busreis betalen. Of wat ze maar wilden. Anderen moesten sparen voor hun reizen. De woongemeenschap telde ook een Indiër en in een vrouwenwoongemeenschap vlakbij woonde een Mexicaanse, zij legden geld opzij voor een extra reis naar hun verre thuisland.
Geschiedenis: woongemeenschap of familie
Windhorse-medewerkers woonden en nu nog in overgrote meerderheid in woongemeenschappen, maar er waren er zeker die met partner en kind(eren) woonden of zelfstandig. Die keuze was en is vrij, en waar er objectieve ondersteunings-behoeften zijn wordt er ook extra betaald. Dus wel voor het kind maar niet als je per se een doorzonwoning wilt in plaats van een flatje. Dat soort behoeften passen niet in het Windhorse-model van minimumlonen om juist meer dana te genereren.
Wel is vanuit ‘ethisch-werkverband-denken’ duidelijk dat het leven in woongemeenschappen goedkoper per persoon is dan ieder-zijn-eigen-flatje. De discussie, of een woongemeenschap nu spiritueel beter of slechter voor iemand is dan een familie, wil ik hier verder laten rusten. Het is slechts indirect aan Windhorse gerelateerd en een heel complex verhaal. Na mijn vijf jaren in woongemeenschappen (non-Triratna), waar ik met dankbaarheid op terugkijk, kan ik wel iets aan dat verhaal bijdragen, mogelijk een andere keer.
Ervaring: spiritualiteit versus bedrijfsbelang
Dat optimale inzet van een persoon voor het bedrijf kan botsen met optimaal pad van spirituele groei. Na mijn aarzelingen en aanvankelijke protesten werd ik te werk gesteld op het kantoor. En ik was niet de enige met die problemen. In het zeer aan te bevelen boek ‘Transforming Work’ van mijn zuster Padmasuri, wordt een voorbeeld genoemd van Roy, die ik ook wel op retraites tegen gekomen ben. Roy is een IT-nerd die zijn eerste jaren bij Windhorse sleet in een steeds drukkere job om nieuwe systemen in te voeren. Maar hij kwam zichzelf meer en meer tegen, had slechte meditaties en werd regelmatig geconfronteerd met zijn oude pre-boeddhistische woedebuien. In nauw overleg met vrienden, mentoren en de ‘werkvloer teambuildingscoaches’, waar Windhorse tijd voor vrijmaakt, besloot hij over te stappen naar het magazijnteam. Gevolg: veel betere meditaties en een gelukkiger Roy, en de vacature op de IT-afdeling, ach die neemt Windhorse dan gewoon op de koop toe…
Geschiedenis: Dana
Rond de lage lonen en daardoor het beschikbaar komen van dana is nog wel het nodige te melden. In de tijd waarover ik schrijf ging tachtig tot negentig procent van de winst (voor zover uit te keren omdat investeringen soms nodig zijn) naar Triratna dharma-doelen. Toen al begonnen projecten in de dorpen van onze fair trade-vendoren, van Guatemala en Kenya tot India en Bali, een rol te spelen in de dana-filosofie. In het tweede deel van dit tweeluik (dat morgen in het BD verschijnt) zie je enige verschuiving op dit vlak.
Er is tegenwoordig veel te doen over het minimumloon’, al ligt dat in de UK anders dan in Nederland. Maar in de jaren tachtig en negentig leverde dit ook een extra ethische discussie op. Onder een bepaald inkomensniveau krijg je namelijk de ‘housing grant’, een huursubsidie voor allerarmsten. Ethische werkverbanden, zoals Windhorse, betaalden soms zo weinig loon, dat werknemers deze grant kregen. En dat werd dan weer mede gebruikt om de huizen binnen de woongemeenschap te financieren. Deze gewoonte is destijds na discussies snel afgebouwd, omdat de grants bedoeld zijn voor wie buiten eigen schuld arm (en vaak werkloos) is – niet als ondersteuning voor wie gewoon fulltime werkt maar bewust voor een laag salaris kiest.
Ervaringen
Tot zover mijn ervaringen van inmiddels al heel wat jaren geleden. Ze dienen mede om een momentopname te geven van Windhorse-toen, en wat vragen over de geschiedenis te beantwoorden. Morgen, in deel twee en slot van het tweeluik meer recente ervaringen, en daarmee ook de meer recente wijzigingen. Ik kijk terug op een eerzaam bezoek, en ik had (en heb) alle respect voor deze medeboeddhisten die juist levensonderhoud zodanig serieus invullen; hoezeer ik ook besef dat deze invulling om een aantal redenen niet mijn pad is.
Gevolg: per voorjaar 2015 is het bedrijf gestopt. Niet technisch ‘failliet’, ze zagen het voldoende van tevoren aankomen en hebben keurig alle schulden betaald inclusief de laatste maanden salaris. Het meeste personeel heeft alweer elders emplooi. De woongemeenschappen in Cambridge vallen onder een aparte stichting en blijven bestaan, zolang als de bewoners via nieuwe baan of uitkering hun huur kunnen betalen. En het idee van Windhorse leeft gewoon voort in vele kleinere bedrijfjes van dit type in o.a. UK, of er ooit weer zo’n grote uit zal groeien is de vraag…
Ujukarin zegt
Misschien een aardige toevoeging: de Engelse variant van een Boeddhistische ‘knarrenhof’, hoewel ie officieel ook voor jongere gezinnen is. https://thebuddhistcentre.com/news/news-suvana-cohousing
Een directe spin-off van het Windhorse-verleden