Toen ik gisteren de naam van de nieuwe paus- Franciscus I- in het Journaal van acht uur hoorde noemen, borrelden herinneringen en associaties bij mij op. Allereerst dacht ik aan mijn overleden vader, Franciscus Cornelis, voor zijn familie en vrienden gewoon Frans. Geboren op vier oktober, Dierendag, de naamdag van de heilige Franciscus van Assisi.
Het zal wel toeval zijn geweest, maar mijn vader was een groot dierenliefhebber. Niet alleen in naam, maar ook in daad, zoals het een ware Franciscaan –mijn vader was echter communist- betaamt. In zijn lange leven had hij samen met mijn moeder Grietje de zorg voor veel zwerfkatten en aanlopende honden. Gaf ze eten, ging met ze naar de dokter, bezorgde ze onderdak. Maar ook vogels, egels en andere dieren des velds waren hem lief.
In de jaren tachtig waren er rond de luchtmachtbasis Woensdrecht in West-Brabant een aantal Vredes Aktie Kampen (VAK) gegroepeerd. Van daaruit demonstreerden tientallen, soms honderden activisten en sympathisanten tegen de komst van kruisraketten en dus ook tegen de militaire luchtmachtbasis. Die activisten woonden permanent in die vrijwel allemaal in de bossen gelegen kampen, alle dagen van de week, zomer en winter. In tipi’s, naar Indiaans model opgezette tenten van boerenbond plastic, dat gemakkelijk en goedkoop vervangen kon worden als de politie zo’n kamp weer eens had ontruimd.
Het verzet duurde al met al bijna vier jaar. De activisten hadden in Woensdrecht een huis gekocht en ingericht als consulaat van Atoomvrijstaat. Het was een commandocentrum, maar ook een plaats waar mensen even konden schuilen, een kop thee met boterham nuttigen. Want de omstandigheden in die bossen waren verre van ideaal, zeker niet in de herfst en winter. Politie, militairen van het luchtmachtbewakingskorps, marechaussee en geheime diensten, loerden op de activisten, en de activisten op hen. In die bossen rond de basis woedde een echte uitputtingsslag en de Amerikaanse NSA zette zelfs een echte intrigant en spion –John Gardiner- in om de activisten in de gaten te houden, ze te demoraliseren en te arresteren en te vervolgen. De man werd echter snel ontdekt en moest het VAK verlaten. De granaten, die hij onder zijn caravan in het kamp had begraven, werden bij de plaatselijke politie afgeleverd.
In dat wespennest van politiek, militarisme en verzet (lees toenemend fysiek geweld, vliegtuigen bewerkt met een bijl en dat soort zaken) kwam ik terecht toen ik door de hoofdredactie van de krant waar ik toen werkte, werd aangewezen als ‘verslaggever Woensdrecht’. Ik woonde niet in die VAK’s, maar daar is verder wel alles mee gezegd. Ik heb er alle jaren dat het protest duurde vrijwel elke dag doorgebracht. Er werd aan me getrokken door politie, militairen, inlichtingendiensten en activisten om toch vooral hun kant te kiezen. En nee, ik hield mijn rug recht en was niemands knecht. Na vier jaar was ik helemaal gesloopt en was blij dat de kruisraketten werden afgeblazen.
Elke maandag om precies twaalf uur, was er een wake bij de hoofdpoort van de basis. Activisten verzamelden zich daar, maakten muziek en riepen leuzen. Zeg maar het gewone werk. Maar op die momenten waren er ook leden van de Franciscaanse Vredewacht- monniken en leken aanwezig. Over hun kleding droegen ze witte hesjes en ze baden of stonden daar te staan. Ze begroetten elkaar en anderen met de tekst: Vrede en alle goeds. Ze kwamen niet van ver, hadden in de omgeving een huis gekocht, waar de Franciscanen woonden en voor vrede baden. Iedereen was welkom in dat ongewone actiecentrum. Bij deze mensen die niet alleen in woord verzet boden tegen de bedreiging van de mensheid, maar er ook waren omdat ze dat nodig vonden. Op hun eigen wijze solidair waren. Ook daaraan moest ik gisteravond denken. Aan goedheid en solidariteit, aan vreedzaam. Het mooie, en misschien ook wel het trieste is dat die Vredeswacht nog steeds bestaat.
Vrede en alle goeds, dat wens je toch iedereen toe.
Gonda zegt
Ik ben ontroerd door het feit dat de nieuwe paus de naam van Franciscus heeft aangenomen, ik hoop dat hij in liefdevolle aandacht voor alles wat leeft zal “regeren” en een voorbeeld van vriendelijkheid en verdraagzaamheid zal zijn.
Gonda