Chinese autoriteiten melden nu dat meer dan 120.000 mensen – tweemaal hun eerdere schatting – getroffen zijn door de dodelijke aardbeving die de regio in januari heeft getroffen en waarbij ten minste 126 mensen om het leven zijn gekomen. Eerder zeiden ze dat 60.000 mensen waren getroffen door de beving van 7,1 magnitude die 7 januari plaatsvond in het district Dingri in de prefectuur Shigatse in de Tibetaanse Autonome Regio, dicht bij de grens met Nepal. De stijging suggereert dat de schade door de beving groter was dan eerder gemeld.
Het hogere cijfer kwam naar buiten tijdens een ceremonie in het dorp Gurum in de provincie Dingri om te vieren dat China begonnen is met de wederopbouw van acht dorpen die zwaar beschadigd waren door de beving. De autoriteiten zeiden dat ze van plan waren om tegen het einde van het jaar meer dan 120.000 ontheemde inwoners te herhuisvesten in nieuwe huizen, meldde het door de staat gerunde persbureau Xinhua. Ondertussen staat het officiële dodental nog steeds op 126 doden, zonder updates sinds 8 januari, maar Tibetaanse bronnen zeggen dat het dodental waarschijnlijk hoger was, gezien het feit dat er alleen al in de stad Dramtso minstens 100 mensen omkwamen.
Andere locatie
De meeste dorpen zullen op dezelfde plek worden herbouwd, behalve de dorpen die op de aardbevingszone liggen of in gebieden die gevoelig zijn voor aardverschuivingen of overstromingen, meldden staatsmedia. Die dorpen zullen opnieuw moeten worden gebouwd op een andere locatie. Deskundigen en rechtengroeperingen maken zich zorgen over de transparantie en vrezen dat er corruptie kan zijn bij de wederopbouw.
Deskundigen dringen er bij de Chinese regering op aan om “onbelemmerde toegang” te verlenen aan onafhankelijke onderzoekers en waarnemers in het gebied, zodat zij de mensenrechtensituatie ter plekke kunnen verifiëren. Bhuchung Tsering, hoofd van de Research and Monitoring Unit van de in Washington gevestigde International Campaign for Tibet, verwelkomde het nieuws over het begin van de inspanningen om de getroffenen te rehabiliteren. Maar hij voegde eraan toe dat het moeilijk is om een duidelijk beeld te krijgen van de werkelijke gegevens en de bevolking van de getroffenen, omdat ‘we alleen kunnen afgaan op wat de Chinese regering bekendmaakt.’
Hij verklaarde verder dat het belangrijk is om ervoor te zorgen dat het project voor de wederopbouw van huizen in Dingri niet te maken krijgt met dezelfde “corruptieproblemen” die zich voordeden tijdens de hulpverlening na de dodelijke aardbeving in 2010 in de provincie Sichuan.
