In het najaar 2021 beloofde ik min of meer een cursus theologie te gaan volgen. De schriftelijke cursus telt maar liefst 48 lessen en ik denk dat er over iedere les ongetwijfeld iets valt te schrijven, doordat de inhoud mij op gedachten zal brengen die ik wel wil delen. Vandaag:
De Middeleeuwen
Het christendom is gebaseerd op verhalen, zoals eigenlijk iedere religie op verhalen is gebaseerd. En elk verhaal bevat waargebeurde elementen, die het de nodige legitimiteit verlenen. Waargebeurde elementen fungeren als heipalen waarop een verhaal – ieder verhaal – in het zompige menselijke geheugen kan rusten. Door die heipalen kun je altijd zeggen: het is echt waar, want … je hebt een paar stevige bewijzen. Maar mensen zijn nu eenmaal mensen en mensen creëren nu eenmaal op en rond een paar waargebeurde elementen ijverig de meest fantastische bouwwerken die door verbeeldingskracht aan elkaar hangen. En mensen zijn evenmin te beroerd om – waar en wanneer nodig of gewenst – de geschiedenis naar eigen smaak en goeddunken te be- of zelfs te herschrijven. Hoe anders denk je dat legenden, mythen, sagen, heldendichten, sprookjes, liefdesromans, science fiction, detectives of oorlogsverhalen ontstaan en doorgegeven worden? Met religieuze verhalen gaat het niet anders.
Kerkgeschiedenis is een onderdeel van de theologie. Kerkgeschiedenis is óók een onderdeel van de algemene geschiedenis. En geschiedenis is een onuitputtelijke bron van verhalen. Dat is goed om te onthouden. Nog niet zo lang geleden las ik in een roman dat lessen geschiedenis niet gaan over wat er werkelijk is gebeurd, maar over wat men graag wil dat jij denkt dat er is gebeurd. Zo is het ook, denk ik. Het beste verhaal wint. Of overwint. Dat is een klein maar niet onbelangrijk verschil.
In deze bijdrage aan het BD besteed ik slechts weinig aandacht aan de geschiedenis van ‘de kerk’ in de middeleeuwen. Een paar punten wil ik er wel uitlichten:
- De katholieke kerk overwint rond het jaar 600 de Germanen en de overwonnenen bekeren zich massaal tot het nieuwe geloof. Dat betekent niets meer of minder dan dat het verhaal dat christelijke missionarissen vertellen overkomt bij de germanen. Die missionarissen waren overtuigende verhalenvertellers. Waarschijnlijk omdat ze zelf heilig in hun verhalen geloofden.
- In de middeleeuwen strijden de wereldlijke macht en kerkelijke macht regelmatig om de hegemonie. Anders gezegd: wie is de baas over wie? Het lijkt soms op potjes woord-worstelen, met over en weer “als jij dat zegt, zeg ik dit en als jij dan dit doet om jouw woorden kracht bij te zetten doe ik dat” en ga zo maar door. En degene die het onderspit dreigt te delven, beroept zich vervolgens op ‘god’ en citeert passend uit het alom bekende verhaal. Wie dat het beste doet, het meest overtuigend … en uiteraard met de meeste en scherpste zwaarden aan zijn zijde, … die wint! Vrouwen lijken trouwens niet mee te doen. (Waarschijnlijk zijn zij gewoon uit het verhaal gelaten, er uit geschreven of anderszins terzijde geschoven. Onterecht?! Laten we het maar op de tijdgeest houden.)
- Uit onvrede met de algemene gang van zaken ontstaan er belangrijke bedel- en kloosterordes, zoals Franciscanen (mannen) en Clarissen (vrouwen); Benedictijnen / Benedictinessen; Dominicanen en Dominicanessen; Karmelieten en Karmelietessen; etc. allemaal met eigen regels, doelstellingen en opvattingen. Er is altijd wel een orde waar je in past, en anders begin je er gewoon zelf één.
- Rome (de katholieke kerk) en Byzantium (de orthodoxe kerk) gaan uit elkaar. Die kerkscheuring is tot op de dag van vandaag niet gelijmd.
- Er zijn vijf kruistochten (1096-1099; 1147-1149; 1189-1192; 1202-1204 en 1228-1254) en één kinderkruistocht, anno 1212). Geen enkele kruistocht verliep zoals je van oppassende christenen zou mogen verwachten. Ze gingen soms goddeloos tekeer!
Terug naar het verhaal. De geschiedenis van Europa en de rest van wat wij tegenwoordig de westerse wereld noemen, is – zoals gezegd – gebaseerd op een verhaal. Grote delen van dat verhaal delen wij met volkeren in het Midden-Oosten. Sommige delen houden we exclusief voor onszelf of worden door anderen als ‘exclusief voor ons’ beschouwd. ‘Ons’, dat zijn de westerlingen. De anderen zijn dan bijvoorbeeld de joden of de moslims. Die anderen geloven niet alles van ons verhaal, net zo min als wij alles van hun verhaal geloven. En dat geeft vaak aanleiding tot ‘welles-nietes’ gedoe, tot bloedens toe. Of erger.
Verhalen kunnen inspireren en mensen aanzetten tot het scheppen van prachtige kunstwerken. Schilderijen. Muziek. Literatuur. Bouwwerken.
Verhalen kunnen ook aanzetten tot vernietigen van mensen die niet in de verhalen willen meegaan; en tot vernietigen van alles dat tegen verhalen ingaat. Dat heeft niks met die verhalen zelf te maken, maar alles met hoe je in het algemeen met verhalen omgaat.
De middeleeuwen, daar gaat deze les over. Mij is altijd geleerd dat het midden van iets altijd halverwege een begin- en een eindstuk ligt. Wat dat betreft is de naam “middeleeuwen” slechts tijdelijk bruikbaar, zo het niet zelfs helemaal een foute term is. Want wáár precies ligt het begin? Kennelijk bij het jaar nul. En het jaar nul is het fictieve geboortejaar van Jezus, die – weten we nu- enkele jaren vóór Christus is geboren, voor zichzelf dus. Grappig. En het einde … ja … dat wordt lastig. Hoe langer dat einde uitblijft, hoe minder “middel” de middeleeuwen worden. Maar laten we ons daar maar niet het hoofd over breken. Laten we Muḥammad ibn Abdullāh eens als uitgangspunt nemen, Ahmed, de prijzenswaardige. Als we dat doen, leven we nu in de Islamitische middeleeuwen! Maar als we Siddharta Gautama als uitgangspunt nemen… dan leven we nu in één of andere toekomst. Kortom, jaartelling is ook niet alles en de term middeleeuwen slaat welbeschouwd nergens op. Desalniettemin bestrijken die christelijke middeleeuwen grofweg een periode van duizend jaar. De vroege middeleeuwen starten zo’n beetje rond het jaar 500 ná het begin van de christelijke jaartelling en de late middeleeuwen eindigen ergens rond 1500 (Karel V), of – zo je wilt – nadat Columbus ontdekte dat het land aan de overkant van de Atlantische oceaan niet India was. In die duizend jaar “middeleeuwen” gebeurt er op het gebied van christelijk leven bijzonder veel.
Zijn de middeleeuwen nu voorbij? Technisch gesproken wel. We leven nu in de zogenoemde moderne tijd. Maar de verhalen zijn niet weg. Het is een diep menselijke behoefte om verhalen te horen, door te geven en te actualiseren. Wanneer je geschiedenis bestudeert – ook de kerkgeschiedenis – kom je al snel tot de ontdekking dat jaren en zelfs eeuwen niets te betekenen hebben. Lukt het je om het verhaal in het NU te brengen, dán … ja, dan! Vul zelf maar verder in.