Woorden maken deel uit van de weg.
Linji
Koan 57 – Wat moet dat hier?
Wijsheid komt met de jaren.
Koan 56 – Waar is dat rondreizen goed voor?
Zegt de ene halve zool tegen de andere…
Koan 55 – Wat doen al die kaalkoppen hier?
Watjes met spatjes.
Koan 54 – Heb jij nog wat te melden?
Uit de school geklapt.
Koan 53 – Wat sta je daar te suffen?
De meester stond op zijn stok te leunen en deed alsof hij sliep.
Koan 52 – Wat zit je nu te kniezen op je kussentje?
Een meisje plukt een bloem en alom wordt het lente.
Koan 51 – Heb jij al wat opgestoken?
Donderend sloeg de bliksem in, de vogel was gevlogen.
Koan 50 – Hoe sla je een slag zonder stok?
Eindelijk rust.
Koan 49 – Wat wil jij bewijzen?
Gedenk te doden.
Koan 48 – Waar ga jij heen?
Van steen naar steen.
Koan 47 – Ben jij al uitgeleerd?
Letterknechten.