Ik boog mijn hoofd en wist dat we veel moeten leren van het blad, omdat het niet bang was –het wist dat niets kan worden geboren en niets kan sterven.’
gelukkig voortbestaan
‘Ik ben helemaal van het pad af door het boeddhisme’
Ik probeer met twee vingers in mijn neus het boeddhisme te beleven. Op een voor de buitenwacht onopvallende manier. Daarom draag ik geen gekleurde koordjes, armbandjes, mala, speciale kleding, rode sokken of oranje stropdassen en heb aan de achteruitkijkspiegel in de auto ook geen boeddhabeeldje hangen. Kortom, ik probeer niet op te vallen.