‘Heeft de Dalai Lama mijn brief ontvangen?’ Het begin van een indrukwekkend interview met daarin voorspellingen en een tijdsbeeld van de Dalai Lama. Bijna 50 jaar geleden.
1973
1973 – Victor Westhoff, Dalai Lama en het dagboek (8 en slot)
Op de weg van Utrecht naar Den Bosch (is het symbolísch, dat dit de weg is naar “het donkere zuiden”?) haalden wij tot tweemaal toe een grote, open, met gaas bespannen vrachtwagen in, die tot de nok toe gevuld was met dicht opeengepakte kratten, barstens vol met levende, witte kippen. Hij (de Dalai Lama) vond het lot van deze dieren verschrikkelijk. Ik ook.
1973 – Victor Westhoff, Dalai Lama en het dagboek (7)
Hij (de Dalai Lama) waarschuwde in dit verband voorts tegen sommige Westerse “scholars”, die zich als Tibetologen voordoen zonder daar recht op te kunnen doen gelden, en daartoe de kans krijgen omdat toch slechts weinigen in hun hun omgeving hun uitspraken kunnen controleren. Hij zei meermalen dergelijke pseudo-Tibetologen te hebben ontmoet, die bij een confrontatie bleken geen enkele Tibetaanse zin te kunnen begrijpen.
1973 – Victor Westhoff, Dalai Lama en het dagboek (6)
”Wat is uw oordeel over kunstmatige inseminatie van vee? Is dit niet verkeerd, omdat het tegen de natuurlijke gang van zaken ingaat en de koe zowel- als de stier berooft van hun natuurlijke levensvreugde?”
1973 – Victor Westhoff, Dalai Lama en het dagboek (5)
“Wie zijn er in Nederland liberaler (more liberal minded), de Katholieken of de Protestanten?”
1973 – Victor Westhoff, Dalai Lama en het dagboek (4)
Met nadruk zei hij (Dalai Lama) daarna dat vissen ook dieren waren (er was nog in het geheel níet over vissen gesproken), en dat het niet juist was, dat sommige mensen meenden dat het eten van vissen er minder op aan kwam.
1973 – Victor Westhoff, Dalai Lama en het dagboek (3)
‘Het is een nauwelijks weer te geven ervaring, zo lang zo persoonlijk een zo groot man te hebben vergezeld. Wij hebben vrij veel gesproken, vaker nog gezwegen, niet omdat er niets te zeggen zou zijn, maar omdat het niet aangaat, iemand die een zo vermoeiende reis maakt, ook nog voortdurend in gesprek te betrekken.’
1973 – Victor Westhoff, Dalai Lama en het dagboek (2)
De begeleiding van de Dalai Lama gedurende deze ritten was een beleving op zichzelf, die niet in onmiddellijk verband stond met de overige bezigheden.
1973 – Victor Westhoff, Dalai Lama en het dagboek (1)
‘Een van de opvallende, ofschoon wel verwachte kenmerken van hen allen was hun onberispelijke zindelijkheid waaraan vele Europeanen een voorbeeld kunnen nemen: onder geen enkele omstandigheid een andere lichaamsgeur dan de nauwelijks waarneembare, frisse, eigenaardige geur van een ander ras (cocos-bergamot-en nog een vleug)’.