Alle verslaggevers in Birma lopen het risico te worden opgesloten alleen maar omdat ze hun werk doen. Deze week werden door een rechtbank in Naypyidaw nog twee journalisten tot een gevangenisstraf van twee jaar veroordeeld op basis van een wetsartikel dat vals nieuws en opruiing strafbaar stelt.
Na de machtsovername heeft de heersende militaire regering het wetboek van strafrecht gewijzigd om uitlatingen die hun legitimiteit in twijfel trekken of die angst kunnen zaaien of ‘vals nieuws’ kunnen verspreiden, strafbaar te stellen.
Het in New York gevestigde Committee to Protect Journalists riep de junta donderdag in een verklaring op om beide journalisten ‘onmiddellijk’ en ‘onvoorwaardelijk’ vrij te laten en een einde te maken aan het opsluiten van journalisten voor hun werk.
Sinds de machtsovername door het leger zijn 122 journalisten gearresteerd in Birma. Volgens Reporting ASEAN, een waarnemingsgroep in Zuidoost-Azië, zaten er op 25 maart nog 48 in hechtenis, zijn er 20 veroordeeld en is er één in hechtenis overleden.
Persvrijheid is altijd al een uitdaging geweest in Birma, maar sinds de militaire coup is de junta nog harder opgetreden. Journalisten zijn lastiggevallen, gearresteerd en gevangen gezet, media zijn gesloten en de toegang tot internet is geblokkeerd.
