De persvrijheid in Europa staat in het algemeen niet onder druk maar de dienaren ervan, de journalistiek, wordt van alle kanten bedreigd. Dat concludeert Reporters sans Frontières (RSF) in de jaarlijkse World Press Freedom Index. Er komen steeds meer meldingen van journalisten dat zij gehinderd of bedreigd worden in de uitoefening van hun werk.
Nederland is in de index opnieuw een plaats gezakt en staat op de zesde plaats, mede door toenemend geweld richting journalisten, een gesloten overheid en aanvallen door politici, die media als vijanden afschilderen die nepnieuws verspreiden. De situatie van journalisten en de persvrijheid zijn nog steeds zorgwekkend in België. Het land staat op de elfde plaats, in 2020 op de twaalfde in de index.
Vorig jaar zakte Nederland óók al een positie, toen door voor Nederlandse begrippen ongekend geweld bij de redacties van Panorama en De Telegraaf, met granaatwerpers en een met een busje geramde kantoorgevel. De georganiseerde misdaad speelde ook dit afgelopen jaar een prominente rol bij intimidatie van Nederlandse journalisten, aldus RSF.
Er is meer fysiek geweld richting journalisten, zoals laatst in Lunteren toen een persfotograaf en zijn vriendin in hun auto door een shovelbestuurder in een droge sloot werden geduwd. Nederland stond in 2013, 2014 en 2016 op plaats 2 in de RSF Index. Sinds 2018 daalde Nederland elk jaar een plaats.
Hoewel 2020 volgens RSF in vele opzichten een uitzonderlijk jaar was, konden journalisten over het algemeen vrij werken, met het respect van een groot deel van de bevolking en wettelijke en institutionele bescherming. De regering heeft de toegang van de media tot door de staat bewaarde informatie, zoals in de kindertoeslagenaffaire, echter nog steeds niet verbeterd, met als gevolg dat door journalisten opgevraagde documenten vaak te laat komen en onvolledig zijn.
De massale verzameling van gegevens door inlichtingendiensten heeft herhaaldelijk de privacy van journalisten geschonden, waardoor de vertrouwelijkheid van hun bronnen in gevaar is gebleven. Populistische politici vielen de legitimiteit van gevestigde mediakanalen aan, met name de staatsomroep NOS, met als doel de media af te schilderen als bronnen van “nepnieuws” en vijanden van het volk.
Het aantal fysieke aanvallen op journalisten is in 2020 toegenomen, hoewel de politie de maatregelen om journalisten te beschermen voortdurend heeft opgevoerd en hoewel aanvallen in het verleden tot veroordelingen door de rechtbanken hebben geleid. Journalisten in Nederland werden tijdens de coronaviruscrisis herhaaldelijk aangevallen toen zij verslag deden van illegale bijeenkomsten en protesten tegen de lockdown-maatregelen.
De NOS verwijderde zelfs haar logo van haar voertuigen uit vrees aanvallen aan te moedigen. De handgranaat die buiten het huis van een onderzoeksjournalist werd gevonden, was een herinnering aan de voortdurende aanwezigheid van intimidatie door de georganiseerde misdaad.
Online aanvallen komen veel voor en zijn vaak gericht tegen buitenlandse vrouwelijke journalisten die in zelfverkozen ballingschap in Nederland leven. Hoewel de regering journalisten als onmisbare werknemers heeft geclassificeerd, zodat zij tijdens de lockdown relatief vrij konden werken, werd de persvrijheid in de overzeese gebiedsdelen van het land ernstig beperkt. Sharina Henriquez, een verslaggeefster voor Caribbean Network op Aruba, werd drie uur lang willekeurig vastgehouden wegens overtreding van de avondklok.
Autoritaire regimes in Hongarije en Polen nemen maatregelen die ingaan tegen Europese waarden rond vrijheid van de pers. Diverse overheden traden op tegen journalisten met de dankbare beschuldiging van nepnieuws, wanneer die iets publiceerden dat niet beviel.
Enkel de landen in de top drie (respectievelijk Noorwegen, Finland en Zweden) hebben volgens RSF – ondanks het coronajaar – de persvrijheid verdedigd ‘met de energie die noodzakelijk is voor een gezond medialandschap. Het onvermogen of onwilligheid van lidstaten om bedreigde journalisten afdoende te beschermen, vergroot het gevoel van gevaar’, stelt RSF.
België groeiend bewustzijn van misstanden
De situatie van journalisten en de persvrijheid zijn nog steeds zorgwekkend in België. Tijdens een Black Lives Matter-protest in Brussel heeft de politie fotojournalist Jérémy Audouard gemolesteerd, bedreigd en vastgehouden, hoewel hij zijn perskaart toonde. De afdeling interne zaken van de politie stelde een onderzoek in naar het incident nadat het voor ophef had gezorgd, omdat de Belgische wet elke burger of journalist toestaat de politie te fotograferen of te filmen en de beelden te verspreiden.
In december 2020 kondigden verschillende toonaangevende Belgische mediakanalen en telecombedrijven aan dat ze een gezamenlijk systeem zouden opzetten voor het beheer van reclame, met als doel de dominantie van Facebook en Google in deze sector tegen te gaan. Sommige politici blijven zich zorgen maken over de persvrijheid. Het Waalse regionale parlement heeft een resolutie aangenomen waarin de Waalse regering wordt opgeroepen willekeurige arrestaties van journalisten en andere schendingen van de persvrijheid expliciet te veroordelen.
Agressie en bedreiging
PersVeilig start momenteel een enquête naar bedreigingen van Nederlandse journalisten. Het onderzoek is bedoeld om inzicht te verkrijgen in de mate waarin journalisten te maken krijgen met agressie en bedreiging en wat de impact hiervan is.
Het laatste onderzoek naar bedreigingen van journalisten was in 2017: ‘Een dreigend klimaat’ van prof. dr. A.F.M. Brenninkmeijer en M.W.A. Odekerken, MSc en MA. Mede naar aanleiding hiervan is het initiatief PersVeilig gestart. Politie en OM volgen agressie en geweld tegen journalisten snel op, met een hoger strafuitgangspunt dat is vastgelegd in de richtlijnen. Ook is een collectieve norm geformuleerd voor agressieve en intimiderende gedragingen die tot melding of aangifte zouden moeten leiden. Hiervoor is een meldpunt in het leven geroepen op de website PersVeilig.nl.
Inmiddels is het vier jaar later. Afgaande op recente signalen staan journalisten nog steeds onder druk, en wellicht nog meer dan enkele jaren geleden. Om daarin meer inzicht te krijgen start de NVJ dit vervolgonderzoek. Hoe ervaren journalisten het huidige werkklimaat?
bolletje zegt
Ik heb niets met de NOS. Ik vind dat ze vaak heel beperkt en gekleurd zijn in hun berichtgeving.
Maar, ze aanvallen slaat natuurlijk ook nergens op.
Joop Ha Hoek zegt
Bolletje, kan je een aantal voorbeelden geven van hun beperking en gekleurdheid in hun berichtgeving? Heb je vergelijkingsmateriaal? Hoe zou jij dat doen? Graag inhoudelijk reageren, aan dit soort kreten hebben we niks.
bolletje zegt
Ik was eens bij een demo, waar vele duizenden mensen aanwezig waren. De NOS bracht het als : er waren meer dan honderd mensen aanwezig.
Maar ach, ik zie de NOS toch niet als ‘de vijand’
Wellicht sprak ik mij iets te overdreven uit. Dit keer.