Na de dood van ‘haar betere ik’, haar man en schrijver Karel Glastra van Loon, behoorde Karin tot het volk van weduwen en weduwnaars. Op zijn veel te vroege dood volgde een periode van vallen en opstaan, waarin het verlies als zoutzuur doorvrat. Zonder hulp van anderen redt niemand het, maar toch stond bovenaan haar ergernissenlijstje het goedbedoelde zinnetje ‘Je mag mij altijd bellen’. Want hoe welgemeend ook, dit is de hulp die je met lege handen achterlaat… Omdat je in je diepste wanhoop niet wilt bellen en niet kunt bellen, omdat je slechts denkt: ‘Nee, het gaat niet! Zij moeten mij bellen!’
Het duurde honderden dagen, maar uiteindelijk volgde er een periode waarin ze terugveerde en haar levenslust hervond. Met haar boek, waarin ze die eerste 1001 dagen in al hun rauwheid neerschreef, gaf ze een stem aan vele lotgenoten.
Je mag mij altijd bellen stond wekenlang in de bestsellerlijsten en vond zijn weg naar meer dan 50.000 lezers. Dit jaar – vijftien jaar na het overlijden van Karel Glastra van Loon – verschijnt een nieuwe editie van deze ontroerende everseller.
‘Een boek vol herkenning’
‘Ik ben zo blij dat eindelijk mijn gevoelens in woorden op papier staan.’
‘Een prachtig boek, dat iedereen gelezen moet hebben. En nog een keer moet lezen, en nog een keer. Opdat, als het je overkomt, je een heel klein beetje beter weet wat je moet zeggen tegen je vriendin, broer, collega of buurvrouw.’
Karin Kuiper is schrijfster, redacteur en vertaalster. Ze is de vrouw van Karel Glastra van Loon, die op 42-jarige leeftijd is overleden aan een hersentumor. Karin is volgens de uitgever inmiddels uitgegroeid tot een autoriteit op het gebied van rouwverwerking.