Onthechting is niet moeilijk voor de armen van geest
Volgens de spirituele leraar Jiddu Krishnamurti is verlichting keuzeloos gewaar zijn.
Dat zal best, maar het is moeilijk om keuzeloos gewaar te zijn, en ik prijs me gelukkig dat ik dáár tenminste niet voor gekozen heb.
Volgens de spirituele leider Gautama Boeddha is nirwana onthechting.
Dat zal best, maar het is moeilijk om overal van te onthechten, en ik prijs me gelukkig dat ik dáár tenminste niet aan gehecht ben.
Volgens de derde zenpatriarch, Seng-ts’an, is de grote weg niet moeilijk voor wie geen voorkeuren heeft.
Dat zal best, maar het is moeilijk om geen voorkeuren te hebben, en ik prijs me gelukkig dat ik dáár tenminste geen voorkeur voor heb.
Gelukkig is er iets waarvoor we ons allemaal gelukkig mogen prijzen:
Zonder onderscheid kan je onmogelijk een voorkeur ontwikkelen.
Geen voorkeuren hebben is niet moeilijk voor wie geen onderscheid maakt.
Nu lijkt al het leven onderscheid te maken, van schimmel tot paard, van virus tot paus en van bacterie tot boeddha, vergeef me de nevenschikkingen, zodat we misschien meer hebben aan een voorwaardelijke bewering.
Geen voorkeuren hebben is niet moeilijk voor zover je geen onderscheid maakt.
In hoeverre maak je geen onderscheid?
Voor zover je geen onderscheid wéét te maken.
Want wie niet weet die niet scheidt.
Maar wie scheidt die weet of meent te weten – of hij nou wil of niet.
En wie weet of meent te weten die scheidt – of hij nou wil of niet.
Geen voorkeuren hebben is niet moeilijk voor zover je geen onderscheid weet te maken.
Ook de uitspraak van Seng-ts’an wint aan relevantie in de voorwaardelijke vorm.
De grote weg is niet moeilijk voor zover je geen voorkeuren hebt.
Combineren we deze uitspraak met de vorige dan krijgen we:
De grote weg is niet moeilijk voor zover je geen onderscheid weet te maken.
Nou weet niet iedereen in dezelfde mate onderscheid te maken.
Het onderscheidingsvermogen van een kind is geringer dan dat van een volwassene.
Het onderscheidingsvermogen van een baby is geringer dan dat van een kind.
Wie is het onder de mensen die het minste onderscheid weet te maken?
Geen idee, het is ook geen wedstrijd, maar ik weet hoe hij heet.
De arme van geest.
Zalig zijn de armen van geest, zij weten nauwelijks onderscheid te maken.
Want zo gering als hun onderscheidingsvermogen is, zo groot is hun onderscheidingsonvermogen, dat heeft het leven mooi geregeld.
Combineren we de vorige zaligspreking met het jargon van Seng-ts’an dan krijgen we:
De grote weg is niet moeilijk voor de armen van geest.
En in het jargon van Krishnamurti:
Keuzeloos gewaar zijn is niet moeilijk voor de armen van geest.
En in het jargon van de Boeddha:
Onthechting is niet moeilijk voor de armen van geest.
Ik kan me best vinden in deze formuleringen.
Ja, ik kan me er best in vinden, maar ik kan me er niet best in verliezen, dus we zijn er nog – niet.
En hoewel de lege mens zich alleen ten volle kan verliezen in de lege formulering, komt de volgende uitspraak aardig in de buurt:
De grote weg is niet moeilijk voor wie hem kwijt is.
Deze tekst maakt deel uit van Zalig zijn de armen van geest, een serie over de zaligsprekingen in de Bergrede van Jezus.