‘Wat is weten?’
‘Een overwinning van de rede op de realiteit.’
‘Wat is niet-weten?’
‘Een overwinning van de rede op de rede.’
‘Ja, heeft de rede nou gewonnen of niet?’
‘Zo kan je het ook zeggen.’
‘En heeft de realiteit nou verloren of niet?’
‘Zo kan je het ook zeggen.’