Toen broeder Ding tijdens zijn bedevaart Linji bezocht, vroeg hij: ‘Wat is de kern van de boeddhistische leer?’ De meester stond op, greep Ding in zijn kraag, gaf hem een draai om zijn oren en duwde hem ruw van zich af.
De broeder bleef stokstijf stilstaan. Een monnik die het zag gebeuren, riep: ‘Broeder Ding, waarom buigt u nu niet?’ Midden in zijn buiging viel bij Ding het kwartje.