Het werk van beeldend kunstenaar Eize de Vries (1952) uit Deventer heeft altijd een religieus mystieke lading en bevat vele verwijzingen naar de culturen van het Oosten. Er is een verwantschap met het boeddhisme, het meest duidelijk aan het boeddhisme gekoppeld zijn wel ‘A touch of Buddha’, ‘Tibetan Song’ en ‘Nepalese Writing’.
Eize is al ruim dertig jaar beeldend kunstenaar. Hij is een autodidact, algemeen vormend was een opleiding biochemie op HBO-niveau en daarna architectuur op universitair niveau. De Vries exposeerde zijn werk in binnen- en buitenland, in musea en etalages en wat daar zoal tussen zit. Zes jaar geleden kwam er een abrupt maar ook voorlopig einde aan zijn artistieke loopbaan, toen een brand zijn complete atelier en de ateliers van diverse andere kunstenaars verwoestte. Na de brand volgt dan een atelierloze periode om uiteindelijk na anderhalf jaar weer een goede locatie te kunnen betrekken. Niet alleen de brand was rampzalig. Het leven van beeldende kunstenaars werd er, door vrije val van de economie en erop volgende kwakkelende artistieke infrastructuur niet gemakkelijker op.
Voor De Vries brak er een periode aan van oriëntatie, zoekend naar mogelijkheden, wat er nog in het artistieke vat zit en hoe dat er uit kan worden gehaald. Vorig jaar werd duidelijk dat Eize voelde te willen en te kunnen exposeren en daar ook min of meer klaar voor te zijn.
De Vries omschrijft zich zelf als mens, mysticus en kunstenaar. In die volgorde. Al vroeg in zijn leven kreeg hij te maken met wat hij noemt intense en ingrijpende spirituele ervaringen, ervaringen die de basis zijn waarop zijn werken zich vormen. Eize: ‘Elk van mijn werken is een spiritueel portret van de mens, een beeld met vele verwijzingen naar kunst, wetenschap en naar religie. En met religie bedoel ik de schatten die door onze voorgangers zijn achtergelaten in beeld en geschrift. Kunst, wetenschap en religie vormen voor mij een soort Trimurti, en als mijn artistieke werk een doel heeft, is het wel te laten zien dat religie iets moois is, en dat waarheid altijd logisch is.
Mijn werk wordt benoemd als: Los van al het andere dat ik heb gezien, en: die beelden van jou branden zich direct een weg je hersens in, en: helend. Kortom; mijn werk toont een innerlijke, een andere werkelijkheid. De kracht voor mijn leven en werk put ik al vele jaren uit yoga en meditatie, het diamant boeddhisme.’
De Vries is niet aangesloten bij een sangha of enige andere groepsvorm om zijn spiritualiteit te beoefenen en te ontwikkelen. Eize: ‘Groepen eisen altijd wel een vorm van onderwerping en leveren mij in de praktijk veelal ontkenningen van mijn zijn en ervaren op.’
Het atelier is belangrijk voor Eize omdat dat de plaats is waar hij het meest en het langdurigst in meditatieve stemming is, want zijn werk is zijn meditatie. En deze meditatie levert mooie en tastbare zaken op. Eize: ‘In het werk ‘A Touch of Buddha’ heb ik zo goed als ik kon uitgedrukt wat ik als de essentie van het boeddhisme zie. Het werk heeft acht beschilderde panelen in een lijstwerk. De panelen zijn geplaatst in de vorm van een vierkant. Het negende paneel, het midden ontbreekt. Het is het ontbreken dat hier een grote aantrekking uitoefent; het ontbreken van vorm. Geen vorm, niets geschreven, niets getekend, niets geschilderd. Het Ongevormde! Het ongevormde, waaruit alles voortkomt. Daarbij vormen de acht beschilderde panelen een ‘x’ en een ‘+’ of een kruis. Dit is voor mij de Christus aan het kruis, en maakt het werk een synthese tussen boeddhisme en christendom. In literatuur is al uitgebreid geschreven over de overeenkomsten tussen vooral het nieuwe testament en het boeddhisme.’
De dagen van Eize eindigen veelal met yogaoefeningen om de lasten van de dag en bagage vanuit het verleden af te kunnen schudden. Na de oefeningen volgt een meditatie.
Eize: ‘Dit is vooral een schouwen, een bewust waarnemen van de veelheid aan processen van mens-zijn die binnen mijn persoon afspelen. Soms gebeurt er niets en een andere keer vormt zich een piramide van licht om mij heen. Soms word ik ver verheven in de geest, maar een andere keer wordt ik op mijn nummer gezet. Dat hoort ook bij de meditatie: geen verwachtingen hebben en accepteren wat er gebeurt.’
Elke meditatie eindigt met een buiging naar het Oosten, wat hij noemt het land van zijn oorsprong. Hij zegt dat dat ook herkenbaar is in zijn werk. Tibet en India hebben een grote invloed op zijn leven, niet in de laatste plaats door de ontmoetingen met Tibetaanse en Indiase monniken.
Hoe pas je zoiets toe in je dagelijks leven? Eize: ‘Dat begint op het eigen domein. Goed zijn voor alles wat je in beheer hebt. De dingen, de planten, de dieren en natuurlijk het gezin. Naar buiten toe betekent het tijd nemen voor de ander en vriendelijk zijn in de omgang. En vooral beseffen dat je een vibrerend punt van vrede kunt zijn in deze wereld. En vooral ook niet nalaten jouw eigen inzichten te volgen en uit te werken en je niet laten afleiden door de, volgens mij toenemende verwarring van de wereld om je heen. Steeds weer terugkeren eigenlijk naar het centrum van de ‘Touch of Buddha’ , naar het niet tastbaar aanwezige deel van het werk dat wel de kern vormt van het geheel.’