Eva Vriend is een polderkind en boerendochter uit ‘het gemaakte land’, de Noordoostpolder (dat nu Flevoland heet). In een aangename, sferische verhaaltrant laat ze in de Waterzoon haar licht schijnen op de waterbouwkundige aanpak van Nederland – die onze delta bewoonbaar houdt – en op het behoud van unieke natuurwaarden van duinen, plassen en moerassig veenlandschap. Ze roept de vraag op of technologie en natuur als onverenigbare grootheden tegenover elkaar staan. Of kunnen ze samenwerken in een vruchtbare balans? Staat de mens tegenover de natuur, of is de mens met zijn technologie onderdeel van de natuur?
Ze neemt ons mee in haar bewondering voor de noeste arbeid van haar vader die een groot melkveebedrijf tot ontwikkeling bracht. Ze beschrijft haar verdriet als meisje, lopend achter een koe die niet meer voldoende melk oplevert. Deze koe moet naar ‘de oude stal’, het tussenstation naar het abattoir. Ze licht toe dat een koe ieder jaar een kalfje moet krijgen om de melkproductie op gang te houden. De natuurlijke levensverwachting van een koe is zo’n twintig jaar, maar in de melkveehouderij wordt het dier zo’n vijf, zes jaar oud. Wordt ze niet meer drachtig, dan volgt ‘de dood’. Eva Vriend beschrijft dit zonder verontwaardigde toonzetting. Ze neemt ons mee in het verdriet van een onbevangen jong meisje. Haar vertelstijl maakt ingewikkelde thema’s begrijpelijk en toegankelijk. Ze gaat in op fundamentele kwesties: ‘De vragen die ik mezelf (…) stel hebben een universele reikwijdte, ze gaan over veel meer dan die rechte, strakke grond van mijn jeugd. Een van de kwesties die me niet loslaat, gaat over de ingenieurs die aan de basis stonden van de IJsselmeerpolders. Wat dreef deze mannen die ervan uitgingen dat ze de wereld naar hun hand konden zetten? Kenden deze maakbaarheidsstrevers ook hun bedenkingen?’
De eerste vraag op de achterkant van het boek luidt: ‘In hoeverre mogen we ingrijpen in de natuur?’ Op een aansprekende wijze voert ze Jac. P. Thijsse op, de grondlegger van de vereniging Natuurmonumenten. Deze natuurvriend, wandelaar en voorvechter voor het behoud van natuurwaarden was bevreesd dat door de oprukkende technologie de natuur moest wijken en dat we veel zouden verliezen. Door de wijze waarop zij de levenslijnen en idealen van Jac. P. Thijsse beschrijft, voel je het kloppen van het warme hart van deze bevlogen man. Eva neemt je mee in de onderwijsgedrevenheid van Jac. P. Thijsse, zijn onderzoekshouding en zijn familiaire karakter. Thijsse verbond zijn bewondering voor de sprongen voorwaarts van de samenleving met zijn natuurliefde en inzet voor natuurbescherming. Hij geloofde in ‘een organische harmonie’ waarin planten, dieren en mensen gelijkwaardig zijn.
Aansluitend op Jac. P. volgt het levensverhaal van zijn zoon Jo Thijsse, waterbouwkundig ingenieur. Hij wordt de wetenschappelijke man achter de Afsluitdijk en de Deltawerken. Een ‘waterzoon’ van een natuurbeschermer. Eva beschrijft diens bevlogenheid om het land te beschermen tegen de krachten van het water. Als jonge ingenieur krijgt Jo Thijsse een belangrijke rol bij het afsluiten van de Zuiderzee. Hij wordt na de watersnoodramp in 1953 teruggeroepen uit de VS om als ‘redder des vaderlands’ de zee te beteugelen. Hij staat met zijn wetenschappelijke benaderingen, zijn praktische aanpak en gedegen kennis aan de basis van de Deltawerken. Werken die trots oproepen. Maar in dit verhaal komen de keerzijden van deze reusachtige ingrepen op de natuur breed aan bod.
Waren de karakters en de levensuitdagingen van vader Jac. P. en zoon Jo verenigbaar? Bleven ze on speaking terms? Was er animositeit of was er sprake van een ‘organische harmonie in hun relatie’?
Eva Vriend reikt in haar essay veel feiten aan op basis van bronnenonderzoek, maar slaagt erin een verhaal neer te zetten dat niet enkel het hoofd aanspreekt.
Mij blijft uit deze boeiende geschiedenis vooral de mogelijkheid bij van een organische harmonie tussen natuur en menselijke scheppingen. Een vraagstuk, inderdaad, met een universele reikwijdte. Dit prachtige essay van Eva Vriend confronteerde mij met mijn neiging om natuur en cultuur als twee onverenigbare grootheden te beschouwen. De Waterzoon prikkelt om naast tegenstellingen verbinding te blijven zien. Een mogelijkheid die we terugvinden in samenwerkingen tussen natuurorganisaties en boeren. Hoopvolle perspectieven! Het perspectief van een vruchtbare verbinding tussen het menselijke vernuft en de natuur. Een perspectief dat tegenstellingen overbrugt. Een perspectief dat van grote waarde is in het maatschappelijke klimaat van polarisatie.
Oorspronkelijke releasedatum: 23 september 2025
Aantal pagina’s: 64
Prijs: € 7,99


Geef een reactie