Is de betekenis van Stephen Batchelors boek After Buddhism dat het bestaande boeddhisme plaatsmaakt voor een geheel nieuw, seculier boeddhisme?
Het boek After Buddhism (2015) van de Britse auteur Stephen Batchelor lijkt in het Boeddhistisch Dagblad bij Edel Maex een warmere ontvangst te krijgen dan bij mij. We schreven er vorige week allebei kort na elkaar over, Edel op vrijdag 15 april en ik de dag erna.
Daarom nog een tweetal opmerkingen over het boek, waarbij ik niet in herhalingen zal treden.
Ten eerste: Batchelor beweert dat hij de ware boodschap van de Boeddha heeft weten te isoleren uit de oudste bronnen. En hij verklaart zo ongeveer alle boeddhisten voor gek, of om preciezer te zijn: gelovig.
Batchelors Boeddha is als Batchelor zelf: sceptisch, pragmatisch en rationeel. De vier Nobele Waarheden worden door Batchelor anders geïnterpreteerd dan gangbaar is. Het zijn geen waarheden, maar uitgangspunten voor een goed leven in deze wereld.
Een boeddhist kan, met de tweede Waarheid, menen dat begeerte de oorzaak is van lijden. Dit is bij Batchelor al een voorbeeld van ‘geloven’, van interpretaties die door boeddhisten ten onrechte de ware boodschap van de Boeddha zijn gaan overwoekeren.
Ten tweede: Er is volgens Batchelor iets fundamenteel misgegaan toen het onderscheid tussen relatieve en absolute waarheid het boeddhisme insloop. Het absolute is historisch gezien een invitatie geweest om noties van het transcendente het boeddhisme binnen te smokkelen.
De auteur hekelt de Hartsutra als ware het met zijn ‘vorm is leegte, leegte is vorm’ een soort witwasoperatie om onmogelijke filosofische verschillen met de positie van zijn historische Boeddha te overbruggen. Voor westerse boeddhisten die God nog niet geheel hebben afgelegd, is het behoud van het absolute een mooi pluspunt.
Het gaat mij niet om de positie die Edel Maex inneemt ten opzichte van After Buddhism.
Waar het mij wel om gaat is de groteske manier waarop de auteur van het boek zwelgt in enormiteiten waarop vanuit vele invalshoeken kritiek mogelijk is.
Is de betekenis van After Buddhism dat het bestaande boeddhisme plaatsmaakt voor een geheel nieuw, seculier boeddhisme?
Ik zeg niet dat er geen kritiek mogelijk is op bestaande vormen van boeddhisme. Maar ik denk dat Batchelor te weinig oog heeft voor de oorsprong van religie in de verbeelding die gewone mensen gebruiken om antwoorden te formuleren op ‘filosofische’ levensvragen; en op de veerkracht van boeddhisme om zijn kritiek te absorberen en pareren.
Hopelijk verschijnt er snel een Nederlandse vertaling van Batchelors boek. De scheidslijn tussen religieus en seculier ligt net een tikje anders dan Edel Maex in zijn artikel schrijft; ja, Batchelor wil ook vragen open houden, maar nee, het kenmerk van religieus is bij hem ‘geloven’. En de lichte toets van geloven maakt dat mensen met sympathie voor Batchelors seculiere boeddhisme hierdoor zeer wel ook tevens in de categorie religieuze boeddhisten zouden kunnen vallen. Zoals de auteur zelf, die toegeeft tijdens zijn onderzoek voor het boek het boeddhisme zelf wel eens met ultieme vragen te hebben bestookt. En waarom ook niet?
Siebe zegt
Al dat gedoe over wat de ware leer en boodschap is van de Boeddha. Ja, ik ken dat vuur ook wel. Maar als je daar eerlijk naar kijkt bij jezelf, dan zie je bij jezelf daarin geen kwaliteit. Je ziet eerder haat, afkeer, starheid, koppigheid, agressie, onmacht, vijandigheid. Nee, mij maakt niemand wijs dat het overloopt van kwaliteit.
Als de Boeddha, Dhamma en Sangha je werkelijk lief zijn, doe je niet zo, en ga je onvermoeibaar via meditatie en samen met een leraar op zoek naar de ware betekenis.
Het is denk ik eerder het falen daarin, het merken dat het je niet lukt, jezelf hierin tegenkomen, de onmacht er over, die je alleen maar meer in handen drijft van een filosofische benadering van boeddhisme. Je wordt zo een boeddhistisch extremist uit de onmacht.
Siebe, soms ook een extremist
Petra Klene zegt
Ik kan mij niet voorstellen dat al onze voorgegane vele miljoenen boeddhisten in de vele boeddhistische culturen over de voorgegane 2.500 jaar het in deze fundamentele zaken in het boeddhisme verkeerd hebben gehad.
Juist in basis van het boeddhisme kunnen we vertrouwen en ons persoonlijk leven richting en inhoud geven.