Het ritueel rond de beëdiging van de nieuwe president van de VS liet zien hoe macht en religie een verbond aan kunnen gaan, ook als ze eigenlijk haaks op elkaar staan.
Mij frappeerde het contrast tussen de standpunten die de nieuwe president in zijn toespraak verkondigde en de teneur van de bijbelteksten en gebeden die zes geestelijken uit de joods-christelijke traditie voorlazen. Hoe is bijvoorbeeld het zalig spreken van armen en nederigen te rijmen met Trumps voorgenomen beleid? Of zo’n zinnetje als ‘laat je goedheid zichtbaar zijn voor allen’. Of de psalmtekst dat op Gods heilige berg alleen mag verkeren wie recht doet en de waarheid spreekt.
De kardinaal keek bij het noemen van de door God verordende integriteit en rechtvaardigheid omhoog – alsof hij bevestiging van hogerhand hard nodig had. Daarna begon het te regenen, wat door een andere geestelijke uitgelegd werd als zegen. God betuigde zijn instemming met zichzelf. Applaus.
Vraag: Hoe kunnen politiek en religie bij zo’n ritueel samen optrekken, terwijl ze eigenlijk slaande ruzie hebben? Ik probeer drie antwoorden uit.
Het eerste antwoord is natuurlijk dat ik zwaar bevooroordeeld ben en dat de geestelijken die daar het woord voerden het probleem helemaal niet zagen. Ik moet dus gewoon onder ogen zien dat hun interpretatie van de geciteerde teksten – èn van Trumps beleidsvoornemens – afwijkt van de mijne.
Het tweede antwoord ontleen ik aan de godsdienstsociologie. Aan de hand van de Amerikaanse situatie is daarin de term civil religion, ‘burgerlijke religie’, bedacht. De identiteit van een land als de VS wordt bij zo’n inauguratie op religieuze wijze gevierd, voorbij en boven de concrete religies, maar met nationale heilige geschriften, rituelen, symbolen, waarden en plaatsen. Vergelijk ons God-Nederland-Oranje. Bij zo’n inauguratie zijn de dienstdoende geestelijken dus even ondergeschikt aan de civil religion, met voorbijgaan van hun onderlinge verschillen. Hun God legitimeert een samenleving die zichzelf ziet als uitverkoren – voorop de president elect.
Er is nog een derde en tamelijk cynisch antwoord. Er werd zonder blikken of blozen een dubbel spel gespeeld, impliciet, maar duidelijk voor alle spelers. Natuurlijk wisten die geestelijken dat Trumps politiek nauwelijks spoort met de kernwaarden van de joods-christelijke traditie. Precies daarom hadden ze de meest brisante teksten uitgezocht die ze konden vinden. Ze gebruikten het geboden platform om die boodschap over te brengen, met een stalen gezicht.
Misschien was ik dus niet helemaal bevooroordeeld en gebruikten die zes geestelijken de civil religion om een kritisch spel te spelen. Alle vrome praat wekte de schijn dat ze bezig waren foute macht te legitimeren, maar voor de hoopvolle verstaander ondermijnden ze die juist.
G.J. Smeets zegt
Het derde antwoord lijkt me het meest voor de hand liggen: dubbelspel. Het is echter geen ‘zero sum game’. Ook in USA is de scheiding van kerk en staat een feit en Trump weet het als geen ander. Hij laat de priesters aan zijn tafel mopperen en gaat verder zijn gang in de wetenschap dat de priesteres niets in de melk hebben te brokkelen.
Tjeerd Zewuster zegt
Met permissie de kluit belazeren
Pist Nusteleijn zegt
Het ritueel rond de beëdiging breng je met deze tekst weer in herinnering. Met een mengeling van gevoelens heb ik ernaar gekeken en geluisterd. Op een bepaalde manier was ik als hoopvolle verstaander blij dat de juiste woorden en aanwijzingen uitgesproken werden door de geestelijken. In de zin van “ze bestaan nog”, die woorden. Een goede leidraad.
Wanneer het door de geestelijken bedoeld was als corrigerend en ondermijnend hadden ze daarin, wat mij betreft duidelijk moeten zijn. Dat waren ze niet en daarmee vervalsten ze de waarheid. Ik weet niet goed wat het juiste woord is voor deze praktijk. Was het een legitimering van een gevaarlijke richting die deze nieuwe president uit wil gaan? Bevestigenden ze het? Feitelijk was het afschuwelijk. Omdat het onduidelijk was. Het was misbruik. Van twee wallen eten.
Piet Nusteleijn zegt
En vervolgens maak ik een opvallende schrijffout in mijn eigen voornaam. Misschien geen toeval. Gaarne verschoning.
G.J. Smeets zegt
Piet,
Je dringende verzoek om “verschoning” is een inkoppertje dat we niet kunnen laten lopen. Namens allen verzoek ik je: blijf effe stil liggen zodat we je een schone luier aandoen.
;)
kees moerbeek zegt
Dit heeft niets met je reactie te maken G.J.
Ik maak me zorgen over BD. Het is voor juist sprekende boeddhisten vele malen eenvoudiger hun mening geplaatst te krijgen op de reactiesite van De Telegraaf, De Volkskrant, het AD … en op JOOP dan bij BD. Vooral als de inhoud ervan gaat over de maatschappelijk en ethische aspecten van het boeddhisme, zoals kinderarbeid, milieuvervuiling e.d.
Het wordt al snel weggemodereerd, omdat het begrip sunyata blijkbaar niet voorkomt in het redactiebeleid. Een reactie gaat blijkbaar al heel snel niet in op het oorspronkelijk artikel. Het lijkt er dan op dat het afgedaan wordt als gezwam of gezwatel. Dat doet m.i. fors tekort aan de sociale aspecten van het boeddhisme.
Grappig voorbeeld van meten met twee maten is dat het fors off-topic ingaan op de verschrijving in de naam van Piet Nusteleijn wel geplaatst wordt. Hardstikke goed dat humor mag in deze kolommen, maar dan over de hele linie graag minder star.
Kortom, ik maak me er zorgen over dat het redactiebeleid het van levensvreugde kraaiende en beweeglijke kind (heeft de boeddhanatuur) vanwege wangedrag van enkelen in het verleden met het badwater weggegooid wordt.
nic_schrijver zegt
Het weghalen van reacties of het niet kunnen reageren op artikelen is weghalen wat het Boeddhistisch Dagblad voor mij met kop en schouders boven andere sites deed uitsteken.
Jammer
Joop Ha Hoek zegt
Nic, wij halen alleen reacties weg die niet voldoen aan onze ruim gestelde regels. Als lezers zich daaraan houden zijn ze in een prachtig oerwoud met zingende vogels en eetbaar fruit. Maar we kappen op een drastische wijze het etaleren van grote ego’s, reacties van mensen die schermen met hun achtergronden om toch maar belangrijk gevonden te worden en elkaar de les lezen en afdrijven. En lezers die verbaal op elkaar inhakken. Dus blijf vooral reageren op de inhoud van het artikel en de daaraan gekoppelde dialoog.
Joop Ha Hoek zegt
Wij houden van heerlijk geurend badwater en liken humor, hoe meer hoe beter. Maar niet van gehakketak op elkaar en het in de etalage zetten van ‘hoe goed en op de hoogte ik wel niet ben’, tweegevechten die anderen bang maken en de auteurs doen weglopen. Elke stap voorwaarts die het BD doet wordt door sommige reaguurders met hun van venijn -en zogenaamde humor- doorspekte reacties teniet gedaan. Dat wil ik niet en wordt niet getolereerd. Reacties gaan over de inhoud van het artikel en niet over hoe geleerd we zijn. Als daaruit zich een zinnige dialoog ontstaat is die welkom, maar altijd als vertrekpunt het artikel. Metta, Joop Ha Hoek, uitgever.