Hisamatsu over zen en ontwaken: het leest zo glashelder in een tijd waarin zen onderhevig is aan vertroebeling, aan commercialisering en een noodlottige verstrengeling met een ontspannings- en wellnessoefening genaamd mindfulness.
Dat zen om satori draait, daar wordt in het openbaar het accent niet op gelegd, meestal waarschijnlijk om goede redenen. Het brengt bij mensen de fantasie maar in beweging over verlichting en de verlichting die zij zich voorstellen is meestal niet de verlichting waar het om gaat.
Dat de satori van zen niets meer en niets minder is dan de verlichting die Gautama doormaakte, en dat zen dus de kernervaring van het boeddhisme vertegenwoordigt, hoor je in het wereldje in de Lage Landen al evenmin hardop zeggen. Om de lieve vrede onder de collega-boeddhisten die elkaar bijna allemaal persoonlijk schijnen te kennen?
Sutra’s uit de Pali Canon spellen en aan elkaar uitleggen is niet de weg die tot inzicht voert. Een zwengel geven aan gebedsrollen bij een stoepa evenmin. De zenweg moet u hebben en niets anders.
Voordat ik mij in mijn beweringen vergaloppeer, haast ik mij te verklaren dat ik het niet beter kan zeggen dan Shin’ichi Hisamatsu, de Japanse zenleraar en filosoof, dik vijftig jaar geleden.
Hisamatsu, over wie ik eerder heb geschreven, laat mij niet los. En dus heb ik de complete website van zijn FAS Society overgespoeld naar mijn website.
Tussen de stukken (die ik nog niet heb geïndexeerd en van links voorzien) tref ik een teisho of dharmatoespraak van hem aan uit april 1960. Hij hield de teisho in het Japans, maar deze is door leerlingen vertaald in het Engels.
Hisamatsu had alle recht van spreken. Hij was na een intense training in een Rinzai-klooster opgestaan als leraar en vernieuwer van het klassieke zen dat tijdens de Tweede Wereldoorlog zo lelijk uit de bocht was gevlogen.
Welbeschouwd heeft zen de hele historische Boeddha niet nodig omdat het wezen van zen bestaat uit het tot ontwaken laten komen van de diepste zelfverwezenlijking die in de mensheid besloten ligt. De satori van de Boeddha was ook maar een instantie van die zelfverwezenlijking. Die satori gaat vooraf aan iedere beschrijving in letters of woorden en het beeld van de Boeddha, dat kunnen we met Linji maar beter om zeep helpen.
En passant legt Hisamatsu even uit waarom sutra’s uit de traditie van Mahayana qua gezag niet onderdoen voor die uit de Pali Canon, ook al erkent hij dat de historische kritiek aantoont dat ze niet rechtstreeks uit Shakyamuni ’s mond kunnen zijn voortgekomen. Maar daar gaat het niet om.
Ook Hisamatsu kun je kritisch toetsen, en dit zal ongetwijfeld gebeuren nu ik dit allemaal over hem schrijf. Wat ik bijzonder vind aan de man en zijn manier van uitdrukken is dat hij met een gestrekt been recht op het doel afgaat. Waar wij graag zeggen dat je niet in woorden kunt uitleggen waar het in zen om gaat, zet hij theorie en praktijk in klare taal uiteen, her en der zo nodig nog even een lichte tik uitdelend aan Dogen en Soto Zen of aan Shin, het geloof van zijn jeugd. Het leest zo glashelder in een tijd waarin zen onderhevig is aan vertroebeling, aan commercialisering en een noodlottige verstrengeling met een ontspannings- en wellnessoefening genaamd mindfulness.
De FAS Society was een naam die Hisamatsu’s Japanse sangha kreeg om een brug te slaan naar het Westen met zijn nationalisme, egoïsme en nihilisme – ook toen al. De F staat voor vormloos zelf (formless self), het vormloze zelf dat zich doet ontwaken tot zichzelf in de kensho- of satori-ervaring. De A staat voor heel de mensheid (all humankind) die tot zijn diepste wezen kan en moet ontwaken, al dan niet met hulp van zenbeoefenaren die zich inzetten in dienst van het bevrijden van andere levende wezens. Dat was wel de bedoeling, zen aanjager te laten zijn van een nieuwe wereldgeest samen met vernieuwers uit andere religieuze tradities.
De S staat voor suprahistorisch, de gedachte dat bevrijde mensen ook bevrijd zijn van hun geschiedenis en dus keuzes kunnen maken om het samen anders aan te pakken, nog eens een zwengel te geven aan het dharmawiel.
Hisamatsu moest niets hebben van de Verenigde Naties die na de Tweede Wereldoorlog werd opgericht, omdat hij de spoken van kapitalisme en nationaal eigenbelang er nog in zag rondwaren. Evenals de Dalai Lama nu, of Thich Nhat Hanh vóór zijn beroerte, dacht hij vanuit het vormloze zelf in grotere termen van een alomvattende humaniteit over de mogelijkheden van de wereld.
Als wij Hisamatsu gedenken in onze sangha’s, dan noemen we graag zijn bekende ‘gelofte aan de mensheid’ of zijn ‘fundamentele koan’. Maar waar gaat het mis dat we naar zijn inspiratie niet ook meer ronduit uitkomen voor de ambitie en het radicalisme die de kern uitmaken van zen? Ik erken dat er mensen zijn die in gepaste stilte en bescheidenheid in zijn geest voortwerken vanuit zen en dit is een goede zaak. Als je echter over het benodigde gezag beschikt, dan kunnen klare taal en een gestrekt been op zijn tijd ook wonderen doen en meer mensen tot inspiratie brengen.
.
Myriam zegt
Jules Prast weet wat Zen is. Zorgelijk…
Hielkje zegt
Wat mooi dat ik je weer lees Jules!
Maar nog steeds een beetje anti-Mindfulness ZENdeling?
Het ga je goed!
Gerben Hieminga zegt
Hoi Jules,
Ik kan je artikel niet plaatsen.
Ik lees het als een lofzang op Hisamatsu en dan vooral om zijn onorthodoxe zenhouding om juist wel direct over Satori te spreken, gegeven alle mitsen en maren over het feit dat woorden de plank volledig misslaan.
Dat wekte mijn interesse en ik verwachte dus enkele voorbeelden van situaties waarin “hij met gestrekt been recht op zijn doel afgaat.” Helaas ontbreken die volledig in je artikel.
Kun je een paar van die voorbeelden noemen? Vooral mbt Satori en de overeenkomsten daarvan met het ontwaken waar de Boeddha over sprak.
Highly appreciated!
Groetjes, Gerben
Jules Prast zegt
Mijn tekst bevat al enkele naar mij idee provocerende statements van Hisamatsu. Als dit niet genoeg is, dan raad ik je aan de onderliggende teisho te lezen. Die ga ik niet helemaal samenvatten, maar hier zijn enkele punten in telegramstijl. Ik probeer niet te herhalen wat ik al heb geschreven:
Met kennis bestrijd je de onwetendheid niet. Boeddhisme is even dogmatisch als het christendom. Iedere school heeft voorkeurssutra’s die dezelfde rol vervullen als de bijbel. Zij zijn de bron van absolute waarheid. Twijfel staat gelijk ongelovigheid.
Zo niet zen. Deze school cultiveert de twijfel. Geloof heeft er de functie van volhardendheid, maar is niet het bepalende religieuze moment. Dharma is doen, al handelend de boeddha-natuur verwerkelijken die de wezensaard is van de mensheid.
Al het andere, zoals zoeken naar de historische Boeddha, is afdwalen in de uiterlijkheid van een geobjectiveerde werkelijkheid. Het is oppassen met Dogen, want deze kan zich laten lezen alsof hij Boeddha als een extern fenomeen ziet; Dogen’s denken ligt ook dicht aan tegen de ‘anderkracht’ (tariki) van het reine-landboeddhisme dat ten ontechte uitgaat van zelfverwerkelijking na de dood. Als je de zenweg volgt, kun je in dit leven de bevrijding laten doorbreken en alle oude ballast in één keer van je afschudden.
In het oorspronkelijk gelaat ligt de werkelijke autonomie van het mens-zijn besloten. Zen geeft dit handen en voeten. Als FAS gaan we in deze geest bouwen aan een nieuwe wereldreligie.
Gerben Hieminga zegt
Dank voor je reactie Jules.
Ik vind je citaten echter niet direct over Satori of ontwaken gaan. Wat dat betreft werd ik op het verkeerde been gezet door je titel. Het gaat meer over andere aspecten van de beoefening en verschillende zen-stromingen. Ook relevant, maar voor mij even minder interessant in deze fase.
Groet, Gerben