Vanmorgen ik lag nog in de mand, werd ik wakker met het liedje ‘Hop, Marjanneke, stroop in het kanneke’ in het hoofd. Na de koffie, ik wilde het eigenlijk niet, ging ik het zingen. Een liedje over rare Fransen, uit mijn jeugd. Als oud-politieverslaggever ging ik op zoek naar dit implantaat over stroop en kwam uit op een gerecht dat ik deze week bereidde: bruine bonen met stroop. Oudhollands geloof ik. Zo, toch weer een geruststelling dat ik niet krankzinnig aan het worden ben, de stroop verklaard, maar om dat nou in deze vorm aan mij, die niet van zichzelf bestaat, voor te schotelen. Ik ken geen Marjanneke, al vind ik dat wel een leuke naam.
Vorig jaar nam het lied ‘Ik ben zo blij dat ik je niet vergeten ben…’ van de bard Joost Nuissl bezit van mij. Herinneringen aan mijn jong volwassenheid kwamen boven, mijn eerste serieuze relatie, liefde en geluk, mijn ouders die toen nog leefden. Nu ben ik wees, ik mis ze de ene dag meer dan de andere. Vandaag meer.
En net toen ik zo zat te genieten van deze liedjes, ik was in een opperbeste stemming, zag ik in het Journaal een vertegenwoordiger van de boa’s verschijnen. Waarom, waarheen, waarvoor? Het zal jullie niet verwonderen waarover deze vertegenwoordiger van de bijzondere opsporingsambtenaren, door mijn buurman eeuwige werklozen genoemd, sprak: handhaving.
Mensen die vandaag het ijs opgaan om een potje te schaatsen, te genieten en de coronaellende even willen vergeten, en hun auto fout parkeren of zich niet aan de regels houden bij plas en vaart, een meer niet te vergeten, gracht ook, kunnen strenge represailles verwachten. De man keek recht in de lens, hij waarschuwde Nederland maar 1 keer.
Joost Nuissl begon ineens te zingen: ‘Wat ben ik blij dat ik de boa vergeten kan…’ nou, dat valt verrekte niet mee. De man zat als een boa constrictor om mijn nek.
Waarom, waarom, kan deze hoofdleider boa niet een beetje delen in het geluk en plezier van anderen? Is hij zo verzuurd. Zegt hij niet: ‘Ik ben zo blij voor jullie dat jullie kunnen schaatsen, de ellende van de eenzaamheid even vergeten. Heerlijk een frisse neus halen, genieten, neem oma mee, wij, de boa’s, zijn er voor jullie. En oh ja, laat de auto thuis, kom op de fiets en zorg voor elkaar. Zorg ook dat hulpverleningsdiensten plekken en mensen kunnen bereiken. Wij kijken op afstand toe en houden van jullie. Mooie dag en kom gezond weer thuis.’
Maar nee, ‘ik zal handhaven’. Een grammofoonplaat die iedere keer het zelfde liedje afspeelt. Helaas verslijt de naald nooit.
Moedig voorwaarts!
Joost zegt
Helemaal mee eens Joop, uit mijn eigen ervaringen met boas durf ik wel te stellen dat het allergrootste deel zwaar verzuurd is. Er is weinig tot geen discussie mogelijk( vaak tegen gezond verstand in) met deze mensen.
Ik vermoed dat er veel onderliggende problemen zijn , en dat ze hun ongenoegen ventileren op een manier naar de burger toe die vaak op totale onwil lijkt. De goeden daar gelaten